Iedereen is er tegenwoordig wel van overtuigd dat innovaties cruciaal zijn voor een sterkere economie. Dan is het treurig dat veel innovaties niet van de grond komen of stranden in een web aan procedures en documenten. Dat schrijft Frans M. Donders, directeur van Cube050 in Groningen, in onderstaande blog op de Groninger Internet Courant.
IMAGE
Wanneer een kwaliteitsmanagementsysteem net is opgezet, is het zinvol om een interne audit te beperken tot het onderzoeken of datgene wat is beschreven ook in de praktijk zo wordt uitgevoerd. Naarmate een interne audit vaker wordt gehanteerd, dient het doel te verschuiven van non-conformiteit naar sturing. Pas dan kan de auditor nagaan of doelstellingen van processen en management daadwerkelijk worden behaald en ontstaan zinvolle verbeteracties. Wanneer men bij interne audits blijft steken in het toetsen van non-conformiteiten, bestaat het risico dat het kwaliteitsmanagementsysteem niet verder wordt ontwikkeld en verbeterd. Uit de resultaten van een pilot onderzoek in het Medisch Centrum Alkmaar blijkt dat een combinatie van verschillende procedures voor auditing aanbeveling verdient. Aldus worden resultaten verkregen op meerdere management niveaus en op meer terreinen dan alleen het werkproces als zodanig. Discrepanties tussen de praktijksituatie en de beschreven procedures komen snel aan het licht, evenals opties voor verbetering van de efficiëntie van processen en procedures. De informatie is een belangrijke impuls voor verbetering van werkprocessen en biedt tevens aanknopingspunten voor verbetering van belangrijke thema’s en speerpunten in de organisatie.
DOCUMENT
De vraag die in dit artikel beantwoord wordt is wat nu eigenlijk bepalend is voor de kwaliteit van EVC. In dit artikel worden de verschillende aspecten die bepalend zijn voor de kwaliteit van EVC belicht. Daarbij worden deze aspecten in het licht van zowel de kwaliteitscode EVC als de kwaliteitscriteria voor competentiegerichte assessmentprogramma's beschouwd. De aspecten die achtereenvolgens worden belicht zijn de standaarden, de procedures en instrumenten en personen.
DOCUMENT
Onderzoek bij drie opleidingen van ROC Midden Nederland laat zien dat studenten de verbinding tussen wat op school en op de werkplek geleerd wordt, belangrijk vinden, maar ze ervaren in de praktijk vooral verschillen. Er is gebrek aan onderlinge afstemming. Dat schaadt hun vertrouwen in het leren op school. Studenten willen gezien worden en erkenning krijgen voor de expertise die zij hebben opgedaan in de beroepspraktijkvorming (BPV). De geneigdheid van docenten om gericht te zijn op procedures en verantwoording (dat wil zeggen werken voor de toets) werkt belemmerend bij het vinden van de aansluiting bij de student.
DOCUMENT
Vaak wordt gesproken van de kloof tussen de "systeemwereld" en de "leefwereld". Maatschappelijke instellingen zijn gericht op het leveren van een dienst volgens bepaalde kaders, criteria en procedures, terwijl de bewoners, de burgers redeneren vanuit hun dagelijkse leefwereld en van daaruit bezien wat zij met die diensten en die instellingen aankunnen. Voor veel instellingen, zoals bijvoorbeeld welzijnsinstellingen, ligt dit in het bijzonder gevoelig. Zij hebben immers als doelstelling er voor de burger en diens welzijn te zijn. In Den Haag is een aantal jaren geleden om die reden gestart met informatieshops (kortweg i-Shops) in de buurt. Met een laagdrempelige, buurtgerichte informatievoorziening kan de burger geholpen worden zich een weg te banen in een complexe samenleving met brieven, procedures en dossiers. Voor u ligt een rapport waarin Anja Berkelaar, onderzoeker van het lectoraat Grootstedelijke Ontwikkeling van De Haagse Hogeschool, de i-Shop in de Haagse wijk Transvaal heeft onderzocht. Hierbij is speciale aandacht uitgegaan naar het verschijnsel van "verkokering", een herkenbaar fenomeen in beleidskringen. In de hoogontwikkelde en complexe samenleving is er een hoge mate van specialisme gegroeid die risico's in zich heeft van fragmentatie van beleid. De i-Shops beogen het voor de burger toegankelijker en minder complex te maken. Dit rapport maakt deel uit van het programma van het lectoraat Grootstedelijke Ontwikkeling van De Haagse Hogeschool. Met praktijkgericht onderzoek wil het lectoraat achterhalen hoe partijen in stadswijken werken aan verbetering van de woon- en leefomstandigheden en wat dit betekent voor de ontwikkeling van de stad en de regio.
DOCUMENT
De afgelopen jaren is er veel aandacht voor het voorkomen en effectief beslechten van geschillen met de overheid in de fase van besluitvorming en bezwaarbehandeling. De overheid is bezig met de vraag hoe burgers het beste kunnen worden ondersteund in procedures van besluitvorming en bezwaar en haar eigen rol daarbij.1 In dit onderzoek in opdracht van de Raad voor Rechtsbijstand is de vraag aan de orde hoe procedures van besluitvorming en bezwaar zodanig kunnen worden georganiseerd, dat geschillen worden voorkomen en dat ze, mochten ze toch ontstaan, zo snel, effectief en bevredigend mogelijk kunnen worden opgelost.
DOCUMENT
Column over het Congres van de verleiding dat op Valentijnsdag 2014 georganiseerd werd door de Hanzehogeschool Groningen.
DOCUMENT
Veel ouderen willen zelfstandig blijven wonen. Het liefst doen ze dit in nabijheid van gelijkgestemden in een woning en omgeving die past bij hun levensfase en behoeften. Nieuwe woonvormen ontwikkelen die voorzien in deze wensen is makkelijker gezegd dan gedaan. Initiatiefnemers lopen vaak aan tegen niet-passende regels, stroperige procedures en doorgeslagen hokjesdenken. Die tegenwerking zorgt voor frustratie en moedeloosheid, maar wakkert ook het vuur aan bij initiatiefnemers. Ze willen laten zien dat het anders moet en anders kán. Ze doen dit door de gebaande paden te verlaten, door rebels hun eigen weg te kiezen. Deze uitgave is tot stand gekomen door een bijdrage van het Regieorgaan SIA in het kader van het project Naar Verantwoorde Rebellie: Governance en Inspraak bij Collectieve Woonvormen voor Ouderen (SIA-project nummer RAAK.MKB09.002).
MULTIFILE
Mediation is in de vorige eeuw vanuit de Verenigde Staten van Amerika en Engeland Nederland binnen komen waaien. De juridisering van de samenleving alsmede de onvrede hierover hebben een grote bijdrage geleverd aan de opmars van mediation. In Nederland heeft mediation een grote impuls gekregen nadat de toenmalige minister van Justitie, de heer Donner ruim baan heeft gegeven aan de toepassing van mediation in juridische procedures via de rechtspraak en het Juridisch Loket. Hoewel het middel mediation nog steeds bij grote groepen ombekend is, heeft mediation veel terrein gewonnen de afgelopen jaren. In de praktijk blijkt dit onder andere uit de mogelijkheid om op toevoegingbasis te medieren (vergelijkbaar met het rechtsbijstandsysteem), waardoor mediation voor een brede, niet kapitaalkrachtige groep toegankelijk is geworden. Daarnaast heeft het Nederlands Mediation Instituut (NMI) een kwaliteitsborgingsysteem voor mediators opgezet.
DOCUMENT