Background and aim: The Patient-Generated Subjective Global Assessment (PG-SGA©) is a globally used malnutrition screening, assessment, triage and monitoring tool. The aim of this study was to perform a linguistic and content validation of the translated and culturally adapted version of the PG-SGA for the Danish setting. Method: The study was conducted according to the International Society of Pharmaeconomics and Outcomes Research (ISPOR) Principles of Good Practice for the Translational and Cultural Adaptation Process for Patient-Reported Outcomes Measures. Cancer patients (n = 121) and healthcare professionals (HCPs, n = 80) participated in the cognitive debriefing. A questionnaire was used in the cognitive debriefing in which comprehensibility, difficulty, and content validity (relevance) were quantified by a 4-point scale. Item and scale indices were calculated using the average item ratings divided by the number of respondents for content validity (Item-CVI, Scale-CVI), comprehensibility (Item-CI, Scale-CI) and difficulty (Item-DI, Scale-DI). As pre-defined, item indices
DOCUMENT
De druk op de langdurige ouderenzorg neemt toe. Mede door de forse vergrijzing, het tekort aan personeel én de voortdurende implementatie van innovaties, ligt er een enorme uitdaging om de langdurige ouderenzorg toekomstbestendig te maken. Digitale en technologische ontwikkelingen spelen hierbij een relevante rol, mede omdat ze tot enorme hoeveelheden data leiden die worden verzameld. Al deze data, die veelal worden verzameld tijdens dagelijkse werkzaamheden, kunnen worden benut met het oog op het inzichtelijk maken en verbeteren van kwaliteit van zorg, kwaliteit van leven en kwaliteit van werken in de langdurige zorg. Mede door de inzet van vooruitstrevende analysemethoden, zijn er nieuwe mogelijkheden om kennis, en daarmee waarde, uit data te halen. Maar welke mogelijkheden bieden data eigenlijk en hoe zetten we dergelijke data om in kennis?
DOCUMENT
Dit artikel gaat in op het ontwikkelen van een beoordelingsprocedure voor het afstudeeronderzoek bij de hbo-opleiding Huidtherapie. Het team van deze opleiding heeft een beoordelingsprocedure en rubrics ontwikkeld die zowel voor summatieve als voor formatieve toetsing gebruikt kunnen worden. Alle docenten van het team die betrokken zijn bij de beoordeling van het afstudeerrapport, stemmen twee keer per jaar met elkaar af, door hetzelfde afstudeerrapport te beoordelen en te bespreken. Juist het bespreken lijkt goed te werken en te leiden tot meer overeenstemming tussen beoordelaars.
DOCUMENT
De overgang naar volwassenheid verloopt voor veel jongeren niet vanzelf. Dit geldt zeker voor jongeren die moeilijkheden ervaren op een of meerdere leefgebieden, zoals in de relatie met ouders of vrienden, op gebied van school, werk of financiën, jongeren die worstelen met psychische of lichamelijke klachten of het gebruik van verdovende middelen. OJOV – Ondersteuning Jeugd in Overgang naar Volwassenheid – is een onderzoeksprogramma dat middels onderzoek naar de leefwereld en het perspectief van jongeren bijdraagt aan het verbeteren van de begeleiding van en hulp aan oudere jeugd en jongvolwassenen met ondersteuningsbehoeften. In deze rapportage worden de resultaten gepresenteerd van de semigestructureerde interviews met jongeren van 16 en 17 jaar die in het kader van het OJOV-onderzoek zijn afgenomen. Voor al deze jongeren geldt dat ze gebruik maken van een vorm van professionele hulp voor ondersteuning op een of meerdere leefgebieden.
MULTIFILE
Reclame is in onze samenleving een zeer aanwezig fenomeen waarin bovendien veel geld omgaat. Een hoge dunk van het verschijnsel heeft de consument niet; reclame werkt prijsverhogend, is misleidend en geeft geen betrouwbare informatie. Bovendien gaat er een systeembevestigende en manipulatieve werking van uit. Vooral de jonge consument prikt de droomwereld genadeloos door, zo blijkt uit onderzoek. Het komt toch weer aan op authenticiteit, kwaliteit en service. Criteria als goede smaak en fatsoen zijn zeer omstreden, niet alleen omdat het vage normen zijn die vrij willekeurig toegepast lijken te worden, maar ook uit een oogpunt van uitingsvrijheid. Bovendien is er nog het probleem van de morele consensus in onze pluriforme samenleving. Al met al voldoende redenen om te bepleiten dat ook de reclame in de mediaopvoeding voldoende aandacht krijgt en dat nieuwe generaties mediaconsumenten worden ingewijd in de werking van de reclame, niet alleen in psychologisch maar zeker ook in moreel opzicht. Voorts zou de zich in ons land maar moeizaam ontwikkelende mediakritiek meer aandacht kunnen besteden aan wat in de reclamewereld gebeurt. Maatschappelijk debat is efficiënter en effectiever dan restrictieve bepalingen.
DOCUMENT
Verschillende studies laten zien dat zzp’ers en kleine ondernemers economisch het hardst worden getroffen door de coronacrisis. De gemeente Utrecht had echter nog geen coherent beeld van de aard van de problemen van regionale ondernemers. En dus ontbrak het de gemeente aan inzicht in de behoeften aan extra ondersteuning, naast bestaande, landelijke regelingen als de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo). Daarom vroeg de gemeente Utrecht het lectoraat Organiseren van Waardig Werk (OWW) van Hogeschool Utrecht om – gesteund door ZonMw en samen met zelfstandig onderzoekers Mayke Kromhout en Jurriaan Omlo – onderzoek te doen naar de impact van COVID-19 op deze ondernemers. De hoofdvraag van dit onderzoek was: welke ondersteuning kunnen de gemeente en partners (nog meer) bieden aan zzp’ers en kleine ondernemers bij het omgaan met de financieel-economische, psychologische en sociale impact van de coronacrisis?
DOCUMENT
INLEIDING In deze module worden behandeladviezen gegeven voor de Post-COVID-19 ambulante behandeling in de geriatrische revalidatie gericht op somatische-, functionele- en psychische status. Deze module is een onderdeel van het behandeladvies post-COVID-19 (geriatrische) revalidatie-Verenso. Deze module is in een zeer korte tijd tot stand gekomen en heeft de status van groeidocument. Zorgvuldigheid is betracht om zowel de (beperkte) ervaringskennis, als de actuele stand van de wetenschappelijke literatuur hierin te betrekken. Voor dit behandeladvies is gebruik gemaakt van het door GRZPLUS ontwikkeld ambulant revalidatieprogramma CO FIT+. Bij GRZPLUS is een doorontwikkeling gemaakt op basis van de update behandeladvies post-COVID-19 geriatrische revalidatie van Verenso (Verenso, 19-05-2020) welke is gebaseerd op de principes van longrevalidatie zoals vertaald in het Behandelprogramma geriatrische COPD-revalidatie (van Damvan Isselt et al.) en het Behandelprogramma COVID-19 Post IC, van Revalidatiecentrum de Hoogstraat (Brouwers, de Graaf). Dit is aangevuld met behandeladviezen en leidraden vanuit de beroepsverenigingen en kennis uit wetenschappelijk onderzoek (long-revalidatie) en vanuit het REACH netwerk (REhabilitation After Critical illness and Hospital discharge). De komende maanden zullen zowel de nieuwe wetenschappelijke literatuur als de ervaringen uit de praktijk gebruikt worden om de handreiking te verbeteren en zo nodig aan te vullen. Dat zullen wij doen met specialisten ouderengeneeskunde, revalidatieartsen, klinisch-geriaters, paramedici, longartsen, verpleegkundigen, infectie deskundigen, en andere betrokken beroepsgroepen. De revalidatie van ambulante post-COVID-19 patiënten vereist vooral afstemming binnen de multidisciplinaire zorg. De complexiteit en ernst van de problematiek en de interactie van beperkingen op diverse domeinen maakt dat interdisciplinaire behandeling essentieel is.
DOCUMENT
Uit de Veluwe zijn talrijke sagen afkomstig. Om binnen het Veluwe-op-1-belevingsgebied Veluws Verleden vorm te geven aan de beleving van deze sagen heeft er een onderzoek plaatsgevonden naar de mogelijkheden voor een sagenroute. Dit onderzoek vond plaats binnen het kader van een stage. De eerste stap was een onderzoek naar plaatsgebonden sagen in het onderzoeksgebied, bestaande uit de gemeenten Apeldoorn, Ermelo, Epe, Putten en Nunspeet. Dit resulteerde in een verzameling van 83 volksverhalen. Hierna zijn er door middel van interviews criteria verzameld voor het verloop en de locatie van de route. Beoordeling van locaties en mogelijke routescenario’s door de onderzoeker, gevolgd door een focusgroep met belanghebbenden leidde uiteindelijk tot één fietsroute van circa 50 kilometer waarbij 10 sagen worden gepasseerd. Tenslotte wordt nog aandacht besteed aan de beleving en overdracht van deze sagen.
DOCUMENT
Proefschrift ter verkrijging van de graad van doctor aan de Universiteit Utrecht op gezag van de rector magnificus, prof. dr. H.R.B.M. Kummeling, ingevolge het besluit van het college voor promoties in het openbaar te verdedigen op vrijdag 1 december 2023 des middags te 12.15 uur.
DOCUMENT
Enige tijd geleden presenteerde de commissie Lemstra haar rapport over het Maasstad ziekenhuis Rotterdam, waar de klebsiella bacterie heerste. Opvallend uit het rapport is de dominante rol die de lijstjes met de 'beste ziekenhuizen' van Elsevier en het Algemeen Dagblad vervullen binnen de strategie van dit ziekenhuis (en waarschijnlijk bij vele andere). In dit artikel wordt aandacht besteed aan de verschillen, de overeenkomsten en de conclusies die aan deze rankings worden verbonden. De performance bubble wordt doorgeprikt: het beste ziekenhuis bestaat niet. Ten eerste wordt duidelijk dat er geen eenduidige definitie van kwaliteit wordt gehanteerd, de onderzoeken richten zich op verschillende kenmerken van kwaliteit. Daarnaast worden gegevens aangeleverd door de (bestuurders van) ziekenhuizen zelf, wat strategisch gedrag opwekt en de betrouwbaarheid van de gegevens in negatieve zin beïnvloedt. Ten derde blijken er fouten te zitten in de toegekende scores. Kortom, de gegevens zijn deels onbetrouwbaar, de meetmethodes zijn aanvechtbaar en de eindoordelen zijn arbitrair. ABSTRACT Some time ago the Commission Lemstra presented its report on the Maasstad Hospital Rotterdam, where the klebsiella bacterium prevailed. What stands out, in the report is the dominant role that the lists (best hospitals) of Elsevier and the Algemeen Dagblad play in the strategy of this hospital (and probably many others). This article focuses on the differences and similarities between, and the conclusions drawn from these rankings. The performance bubble is punctured: the best hospital does not exist. Firstly, it is clear that there is no single definition of quality employed; the research is based on varying characteristics. Additionally, data are supplied by the hospitals or hospital directors themselves, which generates strategic behavior and the reliability of the data is negatively affected. Thirdly, errors appear in the assigned scores. In short, the data are partly unreliable, the measurement methods are questionable and the final judgments are arbitrary.
DOCUMENT