Dit reflectie-instrument is een hulpmiddel voor jeugdprofessionals om te reflecteren over het begeleiden van peer-to-peer interacties en hierover met elkaar het gesprek te voeren. Dit instrument is gebaseerd op literatuuronderzoek (Manders, Metz & Sonneveld, 2017)1 en op observaties en interviews met jeugdprofessionals bij 9 jongerenwerkaanbieders. In dit instrument zijn alleen handelingsvormen opgenomen die in de praktijk aantoonbaar bijdragen aan het versterken van peer-to-peer interacties. Hieronder beschrijven we kort de achtergrond van het instrument, welke peer-to-peer interacties jeugdprofessionals kunnen bevorderen, welke handelingsvormen jeugdprofessionals in kunnen zetten om peer-to-peer interacties te bevorderen, en hoe het reflectie-instrument gebruikt kan worden.
Op vrijdag 14 mei 2004 heeft de Haagse Hogeschool/TH Rijswijk een internationaal symposium over 'Leiderschap en Diversiteit' georganiseerd. Het symposium handelde over de dynamiek van gender, nationale cultuur en etniciteit in moderne organisaties. Door de diversiteit van medewerkers, klanten en afzetmarkten worden nieuwe eisen gesteld aan de leidinggevende en is de bedrijfscultuur blijvend veranderd. Veel bedrijfsactiviteiten strekken zich uit tot buiten de landsgrenzen. Leidinggeven in of in samenwerking met bijvoorbeeld vestigingen in Zuid-Amerika of Aziatische landen vergt een andere leiderschapsstijl. Kennis van elkaars achtergronden, ofwel transcultureel inzicht, is nodig om optimaal te kunnen samenwerken. Internationaal gerenommeerde sprekers zijn ingegaan op: leiderschap in de Arabische wereld. leiderschap, gender en etniciteit. leiderschap en culturele dynamiek in organisaties. leiderschap en nationaliteit. Na de inleidingen van de gastsprekers werd in vier werkgroepen over deze thema's verder met de gastsprekers van gedachten gewisseld. Het symposium werd afgesloten met een gezamenlijke forumdiscussie en een borrel. Dit verslag is tevens het startsein voor verdere studie over het thema leiderschap en diversiteit binnen het HRM lectoraat. De leden van de HRM Kenniskring gaan verder onderzoek doen en hun kennis over dit thema overdragen in de dagelijkse onderwijspraktijk aan de Haagse Hogeschool/TH Rijswijk.
Op 15 september verdedigde Jos van Helvoort, docent aan De Haagse Hogeschool, in de Amsterdamse Agnietenkapel zijn proefschrift over het beoordelen van informatievaardigheden in het hoger onderwijs. In het boek staat een door hem ontwikkelde ‘Scoringsrubriek voor Informatievaardigheden’ centraal. Met dit instrument kan de informatievaardigheid van studenten worden beoordeeld en kan feedback worden gegeven. Op verzoek van IP reflecteert Van Helvoort nader op de uitkomsten van het onderzoek en gaat hij in op de vraag hoe de scoringsrubriek in de toekomst toegepast kan worden in het onderwijs aan universiteiten en hogescholen.
Dit project richt zich op het vergroten van de zichtbaarheid, kwaliteit en het gebruik van bestaande Data Literacy activiteiten bij de deelnemende universiteiten van het project.Doel De projectpartners werken samen om infrastructuren te ontwikkelen tussen afdelingen, instellingen en externe partners met als doel om de opbouw van een datageletterdheid gemeenschap voor het overbrengen van datageletterdheid competenties te stimuleren. Daarmee draagt het project bij aan: een culturele verandering bij de deelnemende instellingen met betrekking tot studenten en docenten. attitudes ten opzichte van datageletterdheid en openheid in staat stellen van docenten en studenten om op maat gemaakte procedures te ontwikkelen om succesvol om te gaan met data in hun specifieke domein het vergroten van de datacompetenties van docenten en studenten en daarmee hun academische succes te vergroten en hen te kwalificeren voor een succesvolle carrière door zich aan te passen aan de groeiende behoefte aan datageletterdheid in de steeds meer datagedreven banenmarkten. Resultaten De volgende outputs zijn geformuleerd: Datageletterdheidskaart Train-the-Trainer-concept Datageletterdheid leeromgeving Meet- en beoordelingsinstrument voor datageletterdheid Pilot voor lokale implementatie van internationale Data Literacy-standaard. Looptijd 01 september 2019 - 31 augustus 2022 Aanpak Er worden transnationele meetings georganiseerd, summerschools en multiplier events. Lees meer over het project Artikel Summerschool Data Literacy in Context
'Computational thinking’ is het denken in oplossingen met behulp van computertechnologie. Het overheidsbeleid in Nederland wil dit én programmeren onderdeel maken van de lesstof binnen het basisonderwijs. Maar wat is dan een geschikte leerlijn? En welke kennis en vaardigheden hebben de leerkrachten hiervoor nodig?Doel Het centrale doel van dit onderzoek is het ontwikkelen van een geschikte, aansprekende en haalbare leerlijn voor de bovenbouw van het basisonderwijs. We willen inzicht geven in; het ontwikkelingsniveau van leerlingen en hoe dit het leren van ‘computational thinking’ en programmeren beïnvloedt; welke praktijkvoorbeelden aansprekend zijn voor leerlingen; hoe er een balans gevonden kan worden tussen verschillende lesmethodes; hoe vooruitgang zichtbaar gemaakt kan worden; welke deskundigheid leerkrachten nodig hebben om de leerlingen te begeleiden en onderwijzen in ‘computational thinking’ en programmeren. Resultaten We verwachten dat de ontwikkelde leerlijn het volgende zal opleveren: Onderwijsmaterialen Mogelijke onderwijsmethodes Beoordelingsinstrumenten Een beschrijving van de kennisontwikkeling van leerlingen Mogelijkheden voor het professioneler maken van leerkrachten We publiceren de praktijkopbrengsten in de vorm van lessen, opdrachten en handleidingen onder Creative Commons-licentie. Wetenschappelijke opbrengsten stellen we open in de vorm van vier wetenschappelijke artikelen. Looptijd 01 december 2017 - 01 september 2022 Aanpak We doen onderzoek naar het ontwerp van de leerlijn in samenwerking met leerkrachten. We testen versies van het ontwerp op meerdere scholen van de SPO Utrecht en KSU. De leerkrachten doen mee in de verschillende fasen van het onderzoek als bron, medeontwerper en proefpersoon.
Het Raak-Pro-project “Shared decision making in zorgnetwerken van ouderen met dementie” heeft inzichten en producten opgeleverd over gezamenlijke besluitvorming in complexe situaties: o.a. een theoretisch model; een competentiebeschrijving voor professionals; een concept-trainingsmodule; een prototype webtool ter ondersteuning van gezamenlijke besluitvorming; en een stappenplan inclusief verantwoording van gezamenlijke besluitvorming voor professionals. Deze producten worden gebruikt in de Windesheim-opleiding verpleegkunde en in de beroepspraktijk van casemanagers dementie, wijkverpleegkundigen en leden van sociale wijkteams. Duurzame implementatie van de opgeleverde kennis en producten in praktijk, onderwijs en onderzoek vraagt om methoden die de competenties van professionals meetbaar verbeteren en een beroepspraktijk die ruimte biedt voor oefensituaties, feedback en kenniscirculatie tussen praktijk, onderwijs en praktijkgericht onderzoek. De Top-up subsidie zet de projectgroep in voor de ontwikkeling van: 1. Trainingshandleiding (inclusief implementatiehandleiding) en trainingsmodule Gezamenlijke besluitvorming in complexe situaties. Te gebruiken: • In zorg en sociale hbo-opleidingen • In bij- en nascholing voor professionals 1. Assessment tool waarmee de kwaliteit van de professionele Gezamenlijke Besluitvorming kan worden gemeten 2. Format voor de inrichting van een proeftuin in de beroepspraktijk i.s.m. opleidingen Verpleegkunde en Sociaal Werk en het lectoraat Innoveren met Ouderen De projectleider ontwikkelt deze producten stapsgewijs, door herhaalde toetsing aan de praktijk en doorvoeren van aanpassingen.