Een Geriatriefysiotherapeut is een geschoolde en vakbekwame fysiotherapeut die zich, middels een, door de NVAO Geaccrediteerde en KNGF en NVFG erkende, opleiding, heeft gespecialiseerd in de zorg voor kwetsbare ouderen.Het specialisme richt zich op verbetering en behoud van gezondheid, zelfredzaamheid, participatie en kwaliteit van leven van kwetsbare ouderen of ouderen die het risico lopen kwetsbaar te worden, met de focus op het bewegend functioneren.Het domein van de geriatriefysiotherapie valt onder de medische, bewegings- en gedragswetenschappen en baseert zich op actuele wetenschappelijke inzichten, methoden en technieken uit deze kennisgebieden.
DOCUMENT
Publicatie bij de rede, uitgesproken bij de aanvaarding van het ambt als lector HRM en Persoonlijk Ondernemerschap aan Hogeschool Inholland Haarlem op 11 oktober 2007 door dr. Petra Biemans.
DOCUMENT
Er is wereldwijd een toenemend tekort aan goed opgeleide en eNaren informatiebeveiligers. Om daarop te anticiperen zijn voor informatiebeveiliging meer volwaardige opleidingsmogelijkheden nodig. Bovendien is meer harmonisatie van bestaande en nieuwe nformatiebeveiligingsopleidingen gewenst om beter door te kunnen stromen naar veNolgopleidingen en deelopleidingen aan andere opleidingsinstellingen te kunnen volgen. In dit artikel delen we de eNaringen met het opzetten van een geaccrediteerde masterstudie in de informatiebeveiliging, gebaseerd op een estandaardiseerd PvlB-beroepsprofiel en het onderliggende Europese e-Competence Framework. LinkedIn: https://www.linkedin.com/in/marcelspruit/
DOCUMENT
Foundation and principles of the professional Social Worker in the Netherlands.
DOCUMENT
Veel maatschappelijk werkers presenteren zichzelf tegenwoordig als presentiebeoefenaars. Ook het Beroepsprofiel van de maatschappelijk werker benadrukt het belang van presentie. De presentietheorie is bovendien toegepast in sectoren als de maatschappelijke opvang en de zorg. Tegelijk is het een complexe en omvangrijke theorie waar moeilijk greep op te krijgen is. Dit theoretisch nadeel is echter tevens een praktisch voordeel voor maatschappelijk werkers.
DOCUMENT
In dit hoofdstuk worden de ontwikkelingen in mediation in Nederland geschetst. Mediation wordt al enige tijd ingezet voor bemiddeling in conflicten. Niet onbelangrijk is dat de druk op de Rechtspraak hierdoor vermindert. Nieuw is de inzet van mediation in strafzaken. Voor de verdere ontwikkeling van mediation is een stevig beroepsprofiel en verdergaande professionalisering wenselijk. Er is behoefte aan onderzoek, waardoor het vak meer handen en voeten krijgt.
DOCUMENT
Leerlingen oefenen met de sociale rollen en praktijken die essentieel zijn voor hun (toekomstig) beroep door een spreektaak uit te voeren die past bij het beroepsprofiel waarvoor zij worden voorbereid of opgeleid in het (v)mbo.
LINK
Bij de economische opleidingen van Fontys, te weten bedrijfseconomie, bedrijfskundige informatica, commercikle economie, communicatie, fiscale economie en management, economie en recht is in 2000 en 2001 gewerkt aan het studievorderingen- en toetsingsbeleid. Op basis van de ervaringen is dit rapport opgesteld voor opleidingsmanagement, toetscommissies, opleidings- en onderwijscommissies die belast zijn met de verdere ontwikkeling van het beleid. Dit rapport richt zich dus op het strategische en tactische niveau van toetsen. Het studievorderingenbeleid bevat de omschrijving en verantwoording van de planning en onderwijsorganisatie rondom toetsen, om te bevorderen dat studenten hun studie kunnen afronden via een zo efficiknt mogelijke studieloopbaan. Het toetsingsbeleid bevat de omschrijving en verantwoording van de gekozen toetsvormen en de kwaliteitsbewaking rondom toetsing, om te bevorderen dat er vertrouwen is dat de verworven eindkwalificaties van afgestudeerden qua inhoud en niveau (diepgang) congruent zijn met de opleidingskwalificaties. Het studievorderingen- en toetsingsbeleid moet zijn vertaling krijgen naar de onderwijspraktijk op twee punten: De toetsplannen. Een overzicht per semester of periode van alle toetsen met deeltoetsen. Het Onderwijs- en Examenreglement (OER) met de regels, rechten en plichten van alle betrokkenen rondom toetsen. Hoofdstuk 2 gaat in beroepsprofiel, eindtermen en leerdoelen. Centraal staat de wijze waarop de opleidingsinhoud ingedeeld wordt. Hoofdstuk 3 geeft enkele mogelijkheden waarop het curriculum is ingericht. Toetsen, onderwijsmethoden en didactische werkvormen moeten immers op elkaar aansluiten. Hoofdstuk 4 gaat kort in op de wettelijke, organisatorische en financikle kaders. Deze zijn niet verder uitgewerkt omdat deze in het rapport "Accreditering, toetsing en toetsbeleid Fontys" van september 2000 zijn uitgewerkt. De hoofdstukken 5, 6 en 7 gaan in op het studievorderingen- en toetsingsbeleid, de toetsplannen en de toetsen. De hoofdstukken 8 en 9 bevatten informatie over de organisatie en kwaliteitszorg rondom toetsing. Tot slot wordt in hoofdstuk 10 ingegaan op het opstellen van een studievorderingen- en toetsingsbeleid als zodanig. Want afhankelijk van de startpositie en het beoogde doel kan een werkwijze bij het maken van een beleid gekozen worden. Dit rapport vormt iin geheel met het toetsvormenboek, waarin kwaliteitscriteria, toetscyclus etc. zijn uitgewerkt. Het toetsvormenboek is een handreiking voor docenten, toetscommissies, docenten-, semester- of projectteams, die met de ontwikkeling en uitvoering van toetsen zijn belast. Het richt zich dus op het operationele niveau van toetsen.
DOCUMENT
Ed de Jonge pleit voor een vierde aspect van professionaliteit in het beroepsprofiel: collectieve professionalisering, als aanvulling op de normatieve, technisch-instrumentele en persoonlijke aspecten. Hier laat hij zien wat deze vier aspecten van professionaliteit kunnen betekenen voor het versterken van sociaal werk.
LINK
In het beroepsprofiel van de maatschappelijk werker worden drie aspecten van professionaliteit onderscheiden: normatief, technisch- instrumenteel en persoonlijk. In dit artikel pleit Ed de Jonge voor een vierde vorm: collectieve professionaliteit. Collectieve professionalisering kan een waardevolle bijdrage leveren aan de verdere versterking van sociaal werk.
DOCUMENT