Sociale professionals begeleiden kinderen, jongeren en hun opvoeders in normale en in complexe opvoedingssituaties. Samen opvoeden helpt (toekomstige) professionals zich te oriënteren op hun voorkeuren, mogelijkheden en kansen binnen het pedagogisch beroepenveld dat aan verandering onderhevig is. Het legt een verbinding tussen pedagogisch handelen, opvoedingstheorieën en (professionele) opvoedingspraktijken. In Samen opvoeden. Oriëntatie op pedagogische werkvelden (H. Janssen)
DOCUMENT
RAAK-project in de aandachtswijk Caberg Malpertuis in Maastricht waarin middels het maken van kunstzinnige creaties door de buurtkinderen en ondersteuning van de buurtbewoners (o.a. ouders en leerkrachten) werd gewerkt aan grotere leefbaarheid en gezamenlijkheid in de buurt.
DOCUMENT
De publicatielijst bevat alle publicaties van het lectoraat Jeugd en Samenleving in de periode 2013 - 2020
DOCUMENT
Hoe kunnen vaktherapeuten samen met het kinderwerk en de bijbehorende nieuwe (regionale) zorgnetwerken, nieuwe interventies ontwikkelen en vormgeven met en voor kwetsbare jongeren in hun eigen leefomgeving, zodat enerzijds ontwikkeling van delinquent gedrag bij kwetsbare jongeren voorkomen wordt en anderzijds ketenzorg ontstaat en terugval van jongeren in delinquent gedrag (her)opname in justitiële jeugdinrichtingen en de gesloten jeugdzorg voorkomen wordt. In dit participerend actiegericht onderzoek was er sprake van een intensieve samenwerking tussen professionals en betrokkenen in de praktijk. Hiertoe werd een Community of Practice (CoP) opgericht bestaande uit Jongerenwerkers, Beeldend therapeut, deelnemende kinderen uit een aandachtswijk in Maastricht. De interventies zijn door deze samenwerking ontwikkeld en voortdurend geëvalueerd, waarbij gebruik werd gemaakt van zogenaamde van kwalitatieve en kwantitatieve methoden en instrumenten bij alle betrokken partijen.
DOCUMENT
Met de tool ‘Opvoeden in de buurt’ (bestaande uit een kaartspelvariant, powerpointvariant en website met o.a. de producten en instructiefilmpjes) kunnen ouders, leerkrachten, buurtwerkers en andere opvoeders aan de hand van 24 praatplaten de dialoog aangaan over pedagogisch handelen bij situaties met kinderen in de buurt. De praatplaten zijn ontwikkeld op basis van onderzoek naar manieren om positieve en veilige opgroei-omgeving in buurten te stimuleren (Rumping, 2022).
MULTIFILE
Onderzoek naar de vraag wat verschillende groepen mensen met een verstandelijke of psychiatrische beperking die in de buurt of wijk wonen nodig hebben, om een informeel sociaal netwerk op te bouwen of uit te breiden in hun buurt of wijk, dat er aan bijdraagt dat ze naar vermogen kunnen deelnemen aan de samenleving
DOCUMENT
Dit rapport doet verslag van het onderzoek naar de manier waarop contact tot stand komt tussen mensen met een verstandelijke beperking of psychiatrische problematiek en andere buurtbewoners. Het betreft een onderdeel van het meerjarig onderzoek ‘Netwerkondersteuning in buurt en wijk’, waarin gedurende vier jaar (2015-2018) wordt samengewerkt met een aantal zorgorganisaties (RIBW Groep Overijssel, Frion, MEE en Dimence (De Kern)), acht gemeenten (Zwolle, Zwartewaterland, Steenwijkerland, Kampen, Hardenberg,Dalfsen, Ommen en Staphorst), Hogeschool Viaa en de Universiteit voor Humanistiek. De centrale vraag van dit onderzoek is: Wat hebben verschillende groepen mensen met een verstandelijke of psychiatrische beperking die in de buurt of wijk wonen nodig om een informeel sociaal netwerk op te bouwen of uit te breiden in hun buurt of wijk dat er aan bijdraagt dat ze naar vermogen kunnen deelnemen aan de samenleving?
DOCUMENT
Inleiding De gemeente Waalwijk, Casade Woondiensten en Mozaïek Waalwijk/de Twern werken hard aan de sociale samenhang van de Waalwijkse wijken, en willen daarbij zo goed mogelijk ook de bewoners betrekken. Maar wie zijn die bewoners precies? Welke zaken houden hen bezig? In hoeverre kunnen en willen zij eigenlijk betrokken zijn? Het rapport Buurten in beweging gaat in op dit soort vragen. Onderscheid wordt gemaakt tussen de participatie van bewoners in beleidsvormingstrajecten (meedenken) en 2) de deelname van bewoners aan concrete buurtinitiatieven (meehelpen). De eerstgenoemde trajecten zijn doorgaans geïnitieerd door de instanties en gericht op het oplossen van problemen op het niveau van de wijk of gemeente als geheel. De laatstgenoemde trajecten zijn daarentegen meestal het initiatief van bewoners zelf; niet in eerste instantie gericht op het oplossen van problemen maar op leuke zaken zoals het (verder) verbeteren van de sfeer in de buurt, de straat of het pleintje voor de voordeur. Als casus is in dit rapport gekozen voor de wijk Sint Antoniusparochie/Bloemenoord. Aanleiding Hoewel de gemeente, Casade Woondiensten en Mozaïek Waalwijk/de Twern veel aandacht besteden aan bewonersparticipatie, valt op dat nogal eens een beroep wordt gedaan op steeds dezelfde bewoners. Daar komt bij, dat de belevingswereld van bewoners niet altijd aansluit bij de beleidstaal en beleidslogica van de gemeente. En verder valt op dat bewoners wel vaak willen meedenken over verbeteringen in hun omgeving, maar minder vaak bereid of in staat zijn mee te helpen in de uitvoerende fase. Waarom is dat zo? Wat zijn de redenen en motieven van bewoners om zich in te zetten voor de wijk, of om dat niet te doen? Kunnen de professionals in Sint Antoniusparochie/ Bloemenoord de bewoners, beter dan nu gebeurt, ondersteunen?
DOCUMENT
Het bespreekbaar maken van opvoedsituaties in de buurt is niet makkelijk en vergt aandacht om te kunnen werken aan een positief opvoedklimaat in de buurt. Deze tool is bedoeld als hulpmiddel hiervoor. Het doel van interactieve tool met animaties, helpt (toekomstige) professionals die in buurten en op scholen werken om na te denken over opvoeden in de buurt en hierover uit te wisselen binnen bijvoorbeeld hun teams. Ook kunnen de animaties helpen om met (groepen) ouders en/of vrijwilligers over opvoeden in de buurt na te denken.
DOCUMENT
Door de toegenomen mobiliteit en moderne communicatiemiddelen hebben mensen veelal sociale netwerken die de buurt overstijgen. Vrienden en familie wonen verspreid door het land, ouders en kinderen wonen niet altijd meer bij elkaar in de buurt terwijl contacten binnen de buurt vaak ophouden bij de voordeur. In dit paper staat de vraag centraal in hoeverre deze veranderde lokale oriëntatie zijn weerslag heeft op het verlenen van informele zorg. Het paper is gebaseerd op de eerste onderzoeksresultaten van het promotieonderzoek van de auteur, die eind 2008 hoopt te promoveren.
DOCUMENT