"Het jonge kind uit de gevarenzone" is een initiatief van het Docentennetwerk Specialisten jonge kind. Het geeft door middel van een profielbeschrijving een aanzet tot aanscherping van de kwaliteitsindicatoren door kennisgebieden en vaardigheden te expliciteren. Zij heeft hiervoor een instrument ontwikkeld, in de vorm van een aanvulling op en verdieping van de bestaande competentievensters met betrekking op wat expliciet samenhangt met onderwijs en ontwikkeling van het jonge kind. Het uitgangspunt hierbij is geweest het onderscheiden van verschillende mogelijkheden van het jonge en oudere kind. Dat is ook de reden waarom wij niet bij alle competenties een aanvullingsvoorstel/verdiepingsvoorstel hebben gedaan. Het concrete resultaat van onze werkzaamheden is een competentieprofiel Jonge Kind, opgesteld vanuit de SBL-competenties, aansluitend bij de Dublin-descriptoren (competenties 1 t/m 4). Het is een basisdocument om het competentiegericht curriculum vanuit het jonge kind verdieping te geven. Bovendien kan het gebruikt worden om de specifieke indicatoren met betrekking tot het jonge kind te formuleren, aan te scherpen en/of te screenen. Dit document is naast alle Pabo's in Nederland, ook verstuurd naar de HBO-raad, Ministerie van OCW en overige relevante onderwijsorganisaties. Het is te downloaden via www.netwerkjongekind.nl
Dit onderzoek beschrijft een mogelijke match tussen de ictcompetenties van Bedrijfskunde MER-studenten en de wensen en eisen die het werkveld, bank en overheid, aan deze studenten stelt. De aanleiding voor deze studie vormde een recent geformuleerde ict-competentie in het nieuwe opleidingscurriculum, competentie nummer 9, ict-vaardig. De onderzoeksresultaten laten zien dat er vier eisen zijn op ictgebied, waaraan de studenten volgens het werkveld moeten voldoen: (1) kennis van MS-Office, (2) snelle en flexibele houding ten opzichte van bedrijfsspecifieke software, (3) de toepassing en het gebruik van ict als ondersteuning in een specifieke taak of opdracht en (4) inzicht in wat het gebruik van ict betekent voor een organisatie op het gebied van het verbeteren van bedrijfsprocessen. Voor wat betreft de eerste twee eisen is er sprake van een match: studenten kunnen goed met MS-Office omgaan en hebben een flexibele houding tegenover nieuwe, bedrijfsspecifieke software en systemen, maar in relatie tot de laatste twee eisen is dit niet het geval. De opleiding voorziet studenten voornamelijk van theoretische kennis en niet zozeer van praktische ervaring over ERP of SAP-programma’s, hetgeen als effect heeft dat studenten niet voldoende inzicht in de rol van ict hebben in hun professionele taken om bedrijfsprocessen te verbeteren. Toegevoegd is een tweede licht gewijzigde versie van het artikel.
MULTIFILE
Er worden competentieprofielen beschreven voor vier doelgroepen die betrokken zijn bij onderwijsinnovatie met gebruik van ICT: ontwikkelaars van digitale materialen, opleidingsmanagers, docenten en onderwijsexperts. Het doel is een overzicht te geven van relevante competenties voor deze doelgroepen zodat het huidige en toekomstige scholingsaanbod van de DU getoetst kan worden aan professionaliseringsbehoeften.
Artificial Intelligence (AI) wordt realiteit. Slimme ICT-producten die diensten op maat leveren accelereren de digitalisering van de maatschappij. De grote innovaties van de komende jaren –zelfrijdende auto’s, spraakgestuurde virtuele assistenten, autodiagnose systemen, robots die autonoom complexe taken uitvoeren – zijn datagedreven en hebben een AI-component. Dit gaat de rol van professionals in alle domeinen, gezondheidzorg, bouwsector, financiële dienstverlening, maakindustrie, journalistiek, rechtspraak, etc., raken. ICT is niet meer volgend en ondersteunend (een ‘enabling’ technologie), maar de motor die de transformatie van de samenleving in gang zet. Grote bedrijven, overheidsinstanties, het MKB, en de vele startups in de Brainport regio zijn innovatieve datagedreven scenario’s volop aan het verkennen. Dit wordt nog eens versterkt door de democratisering van AI; machine learning en deep learning algoritmes zijn beschikbaar zowel in open source software als in Cloud oplossingen en zijn daarmee toegankelijk voor iedereen. Data science wordt ‘applied’ en verschuift van een PhD specialisme naar een HBO-vaardigheid. Het stadium waarin veel bedrijven nu verkeren is te omschrijven als: “Help, mijn AI-pilot is succesvol. Wat nu?” Deze aanvraag richt zich op het succesvol implementeren van AI binnen de context van softwareontwikkeling. De onderzoeksvraag van dit voorstel is: “Hoe kunnen we state-of-the-art data science methoden en technieken waardevol en verantwoord toepassen ten behoeve van deze slimme lerende ICT-producten?” De postdoc gaat fungeren als een linking pin tussen alle onderzoeksprojecten en opdrachten waarbij studenten ICT-producten met AI (machine learning, deep learning) ontwikkelen voor opdrachtgevers uit de praktijk. Door mee te kijken en mee te denken met de studenten kan de postdoc overzicht en inzicht creëren over alle cases heen. Als er overzicht is kan er daarna ook gestuurd worden op de uit te voeren cases om verschillende deelaspecten samen met de studenten te onderzoeken. Deliverables zijn rapporten, guidelines en frameworks voor praktijk en onderwijs, peer-reviewed artikelen en kennisdelingsevents.
De afgelopen jaren hebben we veel kennis opgedaan over de samenwerking met informele zorgers. In dit project willen we dit verder onderzoeken en vertalen naar de curricula van de opleidingen Sociaal Werk en Verpleegkunde. Doel We willen de kennis over informele zorg in de opleidingen Sociaal Werk en Verpleegkunde en in de beroepspraktijk versterken, met als doel om: Interprofessionele crossovers te versterken (Toekomstige) beroepskrachten beter toe te rusten om samen met informele zorgers adequate ondersteuning te bieden aan mensen met chronische ziektes of beperkingen Te voorkomen dat informele zorgers zelf in de problemen raken Beoogde resultaten Een werkgroep waar ontmoeting plaatsvindt tussen (toekomstig) sociaal werkers en verpleegkundigen, informele zorgers en docenten. Een profiel met generieke en (discipline en sector) specifieke competenties die van belang zijn in de professionele samenwerking met informele zorgers. Concrete verbeteringen van de curricula van de opleidingen Sociaal Werk en Verpleegkunde. Een leergang of e-learning module voor deskundigheidsbevordering van docenten. Looptijd 01 oktober 2021 - 01 juli 2022 Aanpak In eerdere projecten zijn er competentieprofielen ontwikkeld waarin beschreven werd welke competenties van belang zijn in de professionele samenwerking met informele zorgers in situaties waarin sprake is van dementie, niet aangeboren hersenletsel of een licht verstandelijke beperking. In dit onderzoek bekijken we welke competenties generiek zijn. En welke competenties specifiek gelden voor de sociaal werker of de verpleegkundige. Deze inzichten gebruiken we om (kennis over) informele zorg in de opleidingen Social Work en Verpleegkunde te verstevigen.
City Deal Nijmegen wil een versnelling tot stand brengen in het oplossen van maatschappelijke opgaven van de stad door onderzoekers, docenten en studenten hierbij grootschalig te betrekken. De Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, de Radboud Universiteit en de gemeente Nijmegen hebben zich vanaf 2017 tot doel gesteld om (vaak al bestaande) samenwerking te verduurzamen door het beter ontsluiten en verbinden van succesvolle initiatieven waardoor er een rijke leeromgeving voor studenten kan ontstaan. Onze ambitie is dat over tien jaar een instrumentarium beschikbaar is waarmee kennisinstellingen en gemeente via een interdisciplinaire en multilevel aanpak, in gezamenlijkheid werken aan (grote) maatschappelijke thema’s. De belangrijkste uitdagingen voor de komende twee jaar zijn: 1. Meer interdisciplinair en multilevel maken van onderwijsprojecten 2. Deze projecten op een duurzame en longitudinale manier inbedden in het reguliere onderwijs. Om deze uitdagingen het hoofd te bieden, investeren wij de komende twee jaar op twee manieren in een toekomstbestendige en logische infrastructuur binnen de inhoudelijke thema’s zoals deze zijn vastgesteld in de strategische agenda: 1. Wij investeren in onderwijsinnovatie via een impulsfinanciering; bestaande succesvolle onderwijsprojecten worden verder verspreid over de stad Nijmegen, projecten worden méér interdisciplinair en mulitlevel, projecten worden bij meer opleidingen steviger ingebed in het onderwijs. 2. Wij investeren in netwerk governance; kennisdeling, verbinding, communicatie en onderzoek zijn essentieel bij het opbouwen van een werkend en succesvol instrumentarium.