De afgelopen jaren is onderzoek gedaan naar nieuwe concepten voor bouwlogistiek en bij negen proeftuinen in binnenstedelijk gebied is aangetoond dat hier forse winst is te behalen in termen van besparingen op logistieke kosten en bouwtijd, betere doorstroming, minder schadelijke uitstoot en minder hinder voor de omgeving. Zo bleek het aantal binnenstedelijke ritten van en naar de bouwplaats met zo’n vijftig tot tachtig procent terug te brengen. Een van die maatregelen is bouwhubs. Voor goede bouwlogistiek is afstemming en medewerking binnen de keten cruciaal. Alle spelers dienen tijdig betrokken te zijn. Bouwlogistiek bestaat uit allerlei maatregelen die effect hebben op het transport en op het bouwproces. Deze paper beschrijft de succesvoorwaarden voor de inzet van BouwHubs bij bouwlogistiek.
Ongeveer 50 procent van de bouwomzet heeft plaats in de grote steden. Nu al is 30 procent van het zakelijke verkeer in steden voor de bouwplaats: dagelijks meer dan 200.000 bestelbusjes en 20.000 vrachtwagens. Dit leidt tot congestie en problemen met luchtkwaliteit, geluid en verkeersveiligheid, en bouwverkeer is een grote uitstoter van CO2 . Het Europese onderzoeksproject CIVIC, waarvan de Hogeschool van Amsterdam penvoerder is, draagt bij aan de ontwikkeling en toepassing van duurzame, efficiente en breed gedragen oplossingen voor bouwlogistiek.
De energietransitie van fossiele naar duurzame energie krijgt brede maatschappelijk aandacht. Er zijn projecten voor het plaatsen van zonnepanelen en windturbines. Dit betreft zowel nationale projecten (zoals windparken op de Noordzee en de discussies over waterstof) als kleinere lokale projecten in huizen in woonwijken en bedrijfsgebouwen op bedrijventerreinen. Netcongestie is een recente ontwikkeling, wat betekent dat het elektriciteitsnet niet meer genoeg transportcapaciteit heeft om afspraken te kunnen maken voor nieuwe aansluitingen. Netcongestie beperkt de uitbreiding en vestiging van nieuwe bedrijven in sterke mate. De opschaling van de installatie van duurzame bronnen zoals zon- en windenergie wordt er door onmogelijk. Dit leidt tot een sterke vermindering van de toekomstige economische activiteiten en brengt het halen van duurzame-energiedoelstellingen in gevaar. Op korte termijn is volledig fysieke versterking van het net onmogelijk door gebrek aan mankracht en trage vergunningsprocedures. Een tussentijdse oplossing is het optimaal benutten van de netcapaciteit door de werkelijke vraag en aanbod te meten en beter op elkaar af te stemmen. In deze aanvraag stellen wij een onderzoeksaanpak voor om op lokaal bedrijventerreinenniveau deze sturing, vanuit een nauwe samenwerking tussen de netbeheerder, de parkorganisatie en de lokale (MKB) bedrijven op een bedrijvenpark, vorm te geven. Dit verkennend onderzoek begint met het in kaart te brengen van lokale (energie-)behoeftes en oplossingsmogelijkheden op laagspanningsniveau. Dit gebeurt door de informatie van slimme meters en de laagspanningstrafo’s momentaan uit te lezen en met AI de te verwachtte belasting te bepalen. Als bekend is wat de lokale regelmogelijkheden zijn, kan er met de bedrijven worden nagegaan hoe het huidige laagspanningsnet beter kan worden benut voorafgaand aan grote netverzwaring. Wij inventariseren hoe de opties en de voordelen voor de ondernemers op een begrijpelijke manier kunnen worden gepresenteerd, bijvoorbeeld met behulp van een dashboard.
Dit PD-traject wil de groei van Groengas productie in Nederland en in het bijzonder het invoeden van Groengas in het gasnetwerk bevorderen. Hiermee heeft het een positieve bijdrage op de overgang naar een CO2 arme energievoorziening. Gezien het verschil in vraag (gasvraag is fluctuerend en weersafhankelijk) en aanbod (productieproces van biogas is continu en heeft een relatief lange levertijd), maakt dat het energiestromen uit evenwicht raken. Dit traject wil de groei van Groengas bevorderen, zonder dat het energienetwerk uit balans raakt of dat er congestie optreedt.
Dit PD-traject wil de groei van Groengas productie in Nederland en in het bijzonder het invoeden van Groengas in het gasnetwerk bevorderen. Hiermee heeft het een positieve bijdrage op de overgang naar een CO2 arme energievoorziening. Gezien het verschil in vraag (gasvraag is fluctuerend en weersafhankelijk) en aanbod (productieproces van biogas is continu en heeft een relatief lange levertijd), maakt dat het energiestromen uit evenwicht raken. Dit traject wil de groei van Groengas bevorderen, zonder dat het energienetwerk uit balans raakt of dat er congestie optreedt.