Ontwikkelingen in het kwaliteitsdenken in het hbo laten zien dat er steeds meer eisen worden gesteld aan de deskundigheid van docenten. Door het invoeren van competentiegericht onderwijs komt daarbij dat nieuwe competenties moeten worden ontwikkeld voor verschillende docentrollen. De rol van assessor staat in dit artikel centraal. Hogeschool van Amsterdam en Fontys Hogescholen hebben ervaring opgedaan met certificeringsprogramma's voor assessoren, die, hoewel verschillend qua invulling en vormgeving, haalbaar blijken in de (praktische) uitvoering.
DOCUMENT
In dit artikel wordt ingegaan op een nieuwe docentrol binnen het hbo, de rol van assessor. Met behulp van het profiel 'assessor hbo'wordt duidelijk gemaakt waarom er sprake is van een vak apart, een docentspecialisatie. Assessorentrainingen waarin docenten op deze rol worden voorbereid, voorzien in een behoefte, getuige het grote aantal trainingen binnen Fontys Hogescholen. Ervaringen wijzen uit dat het organiseren van aansluitende vormen van professionalisering, voor het onderhouden en doorontwikkelen van assessorkwaliteit, een noodzaak is.
DOCUMENT
Het hoger beroepsonderwijs staat voor de taak om professionals op te leiden die in staat zijn om hun werk goed uit te voeren. Daarnaast dienen ze een bijdrage te leveren aan innovatie en het oplossen van steeds complexere maatschappelijke vraagstukken. Om studenten hier goed op voor te bereiden, heeft het ontwikkelen van onderzoekend vermogen de laatste jaren grote aandacht gekregen in de curricula van associate degrees, bachelor- en masteropleidingen. Gezien deze complexere eisen aan aankomende professionals, is de kwaliteit van docenten nog essentiëler geworden (Darling-Hammond et al., 2017).
DOCUMENT
De ontwikkeling naar competentiegericht onderwijs brengt voor u als docent nogal wat veranderingen met zich mee. Er wordt van u verwacht dat u niet langer alleen optreedt als instructeur of trainer maar ook als coach, studieloopbaanbegeleider, projectbegeleider, vaardigheidstrainer, et cetera. Dit boek ondersteunt u bij deze omschakeling. Het boek legt uit wat competentiegericht leren betekent en wat competentiegericht opleiden inhoudt. Tevens komen nieuwe docentenrollen en -vaardigheden aan de orde en geeft het boek handvatten hoe je 'een docent nieuwe stijl' kunt blijven.. Tenslotte worden de gevolgen ten aanzien van persoonlijke en beroepsvaardigheden van de nieuwe leeromgeving voor de student besproken.
MULTIFILE
Het lectoraat Werken in Onderwijs is in 2020 gestart tegen een achtergrond van kwantitatieve en kwalitatieve tekorten aan leraren en schoolleiders. Anno 2024 vormen deze tekorten nog altijd een veelkoppig monster. De ervaren werkdruk is hoog en leidt tot uitval, er zijn toenemende zorgen over de kwaliteit van het onderwijs zelf, het werk en ook schoolvakken zijn in voortdurende beweging. Bovendien lopen de tekorten de komende tien jaar nog verder op en zal de in- en uitstroom aan lerarenopleidingen te beperkt zijn om dit op te vangen. Het tekort aan onderwijsprofessionals kan worden gezien als een sluimerende crisis. Het is een gegeven dat onderwijsprofessionals continu met verandering te maken hebben en dat ontwikkelingen in hun werk (zoals het lerarentekort of de vraag hoe vorm te geven aan de onderwijsopdracht) zorgen voor permanente 'schuring' tussen belangen. Op basis van een analyse van onze inzichten en recente ontwikkelingen rondom het werken in onderwijs concluderen we dat het noodzakelijk blijft onderzoek te doen naar dit thema. We houden onze koers vast, maar met scherpere ambities. We formuleren onze nieuwe missie als volgt: met ons onderzoek dragen we bij aan het versterken van het beroep van onderwijsprofessionals in de volle breedte in schoolorganisaties die te kenmerken zijn als leerwerkplekken, waarbinnen wordt samengewerkt gericht op een aantrekkelijk beroep en goed onderwijs. Onze visie is dat praktijkgericht en, waar mogelijk, participatief onderzoek sámen met onderwijsprofessionals en vanuit een systemische kijk (gericht op de lagen van onderwijsprofessionals en schoolorganisatie; met oog voor het waartoe) bijdraagt aan deze missie. Voor onze tweede termijn formuleren we daarom de volgende hoofdvraag: Hoe kunnen (aanstaande) onderwijsprofessionals zich professioneel (blijven) ontwikkelen in schoolorganisaties die fungeren als leerwerkplek voor het realiseren van een aantrekkelijk beroep en kwalitatief goed onderwijs?
DOCUMENT
Beschrijving van toegevoegde waarde van een meer geïntegreerde benadering van openheid bij open science en open education.
DOCUMENT
Voortbordurend op de eindrapportage van de evaluatie van de Basiskwalificatie Didactische Bekwaamheid (BDB) in 2020 (Van der Klink, Simon, & Sluijsmans, 2020) is invulling gegeven aan een herontwerp van de BDB. In september 2020 is de herziene versie van de BDB gestart met een pilot van de startmodule en de vervolgmodule. Dit gehele traject liep van september 2021 tot juni 2021. In dit rapport wordt verslag gedaan van flankerend onderzoek met als doel om evidentie te verzamelen over de pilots van de start- en vervolgmodule. Het onderzoek was gericht op de volgende onderzoeksvragen: Realiseert de BDB de beoogde opleidingsdoelen? Verloopt de uitvoering rimpelloos? En waar is vanuit inhoudelijke of pragmatische redenen bijstelling nodig óf wenselijk van de start- en vervolgmodule? Uit de resultaten van de toegepaste onderzoeksinstrumenten (vragenlijsten, interviews en observaties) kan geconcludeerd worden dat het herontwerp van de BDB succesvol is verlopen. Alle geïnterviewde BDB-deelnemers geven aan over het algemeen tevreden te zijn over de opzet, inhoud en leeropbrengsten van de BDB. Door hun leeropbrengsten hebben zij het idee dat zij een meer volledig beeld verkregen hebben van wat het docentschap bij Zuyd inhoudt.
DOCUMENT
We weten meer dan ooit over de wereld en kunnen aan meer knoppen draaien dan ooit tevoren. We hebben het menselijk genoom in kaart gebracht, slimme algoritmen voorspellen ons gedrag en we veroorzaken ingrijpende veranderingen in onze leefwereld. Om jonge mensen op te leiden voor de samenleving van morgen moeten duurzaamheid en persoonsvorming in het bèta- en technologieonderwijs meer aandacht krijgen. Dat betoogt lector Bèta- en Technologiedidactiek Elwin Savelsbergh van Hogeschool Utrecht (HU) in zijn openbare les van 31 januari.
DOCUMENT
In juni 2006 kwamen sleutelfiguren van hogescholen en universiteiten in een expertmeeting bijeen om ervaringen uit te wisselen over het beoordelen 1 van (competenties van) docenten. Deelnemers bogen zich over ‘good practices’ uit zowel hbo als wo. In dit artikel worden de portfoliobeoordelingsprocedures van vier van deze voorbeeldinstellingen beschreven en vergeleken aan de hand van relevante topics. Vervolgens worden de beoordelingsprocedures zelf beoordeeld aan de hand van kwaliteitscriteria. Er wordt afgesloten met conclusies en aanbevelingen. Met dit artikel hopen we onze ervaringen gesystematiseerd toegankelijk te maken voor andere ho-instellingen. We hopen tevens een bijdrage te leveren aan de discussie over het ontwikkelen en beoordelen van docentcompetenties en aan de verdere kwaliteitsverbetering van portfoliobeoordeling.
DOCUMENT
De natuurwetenschappelijke en technische vakken bedienen zich van hun eigen vaktaal, hetgeen uitdagingen voor leerlingen met zich meebrengt. Deze studie laat zien hoe vakdocenten daarop kunnen worden voorbereid in de lerarenopleiding. De gevolgde onderzoeksmethode is ‘ontwerpgericht onderzoek’, waarbij gedurende drie jaar een curriculair ontwerp werd geconstrueerd, beproefd en verfijnd. Acht lerarenopleiders scheikunde, natuurkunde en techniek en 23 studenten participeerden in het onderzoek. De opbrengsten werden geformuleerd in termen van een concreet ontwerp en als ontwerpprincipes. Deze ontwerpprincipes zijn gestoeld op empirische werk en verankerd in theorieën over het opleiden van leraren, didactiek van natuurwetenschappen en techniek en toegepaste taalwetenschappen. Voor de inhoud van het opleidingsontwerp werd een variant van taalgericht vakonderwijs (TVO) beschreven die is verrijkt met genredidactiek, met als leerobject het practicumverslag. De interventies zijn verdeeld over A) vakcursussen waarin lerarenopleiders de taalgerichte benadering modelleerden, B) cursussen vakdidactiek waarin dezelfde taalgerichte benadering werd bestudeerd, en C) een stageopdracht om te oefenen met deze aanpak in de eigen onderwijspraktijk. Het onderzoek laat zien dat TVO als vorm van vakdidactiek kan worden aangeleerd in een bèta-technische lerarenopleiding en dat daarbij specificering nodig is van de vaktaal en functionele taaltaken. Ook is ruime aandacht nodig voor de uiteenlopende onderwijscontexten waarbinnen studenten werken.
DOCUMENT