Staatssecretaris Uslu en de Raad voor Cultuur hameren op het belang van fair pay door rijksgesubsidieerde culturele instellingen. Ook in het muziekonderwijs valt nog een wereld te winnen, weet onderzoeker en docentenopleider Imre Kruis. De uurtarieven van muziekdocenten zijn bedroevend laag. ‘Ik schrijf dit in een tijd dat er aan tafels veel gepraat wordt over fair pay. Als het maar niet bij praten blijft, denk ik dan.’
LINK
Het meeste vlees dat Nederlanders eten wordt niet duurzaam geproduceerd. Veel productie leidt tot overbemesting, kost veel water en gaat ten koste van de biodiversiteit en het landschap, terwijl dierenwelzijn niet per se is geborgd. Hogeschool Van Hall Larenstein participeerde binnen het onderzoek ‘Dierzaam’ van de Hogeschool Utrecht. Het project zocht naar marketingstrategieën die consumenten verleiden om over te stappen naar meer duurzaam geproduceerd vlees. In dit whitepaper beschouwt Van Hall Larenstein (VHL) de kansen in de keten vanuit het perspectief van de boer. Hiervoor bestudeerden onderzoekers literatuur en inspirerende voorbeelden. Meer aandacht voor dierenwelzijn zal leiden tot extensivering van de veehouderij. De milieubelasting van vlees wordt bepaald op veel criteria, de uitkomsten verschillen per diersoort en voor traditioneel of organische houderijsystemen. Over het algemeen zijn kip- en varkensvlees minder milieu belastend dan rundvlees. Echter, varkens en kippen eten weer meer granen die wereldwijd voor mensen belangrijk zijn en rundvee kan daarentegen op grasland leven. Voor de omschakeling naar duurzame vleesvee houderij is een systeemverandering nodig waar álle partijen een rol in hebben. De boer moet voldoen aan de vele normen en heeft deskundigheid nodig. Sociale media kunnen een transparante communicatie tussen boer en consument ondersteunen. De supermarkt en de slager kunnen het eigen assortiment kiezen en meer communiceren en informeren en de consument maakt uiteindelijk de keuze in de winkel. De overheid moet zich actiever opstellen in markt- en prijsbeleid. Boeren staan onder druk door enerzijds maatschappelijke eisen en aan de andere kant de kostprijs van duurzame productie. Een eerlijk en duurzaam verdienmodel voor de boer vereist een hogere vleesprijs, gecombineerd met betalingen van de boer voor maatschappelijke (ecosysteem)diensten.
DOCUMENT
Het True Price Lab van de Hogeschool van Amsterdam (HvA) voerde een onderzoek uit om te begrijpen hoe consumenten reageren op het concept van true pricing. Dit houdt in dat de werkelijke kosten van een product, inclusief verborgen milieu- en sociale kosten, zichtbaar worden gemaakt. Het doel van dit project was om het bewustzijn rondom duurzaam consumeren te vergroten en zo bij te dragen aan een rechtvaardigere en duurzamere economie.
MULTIFILE
Het concept true pricing wint steeds meer terrein in de maatschappij. True pricing, waarbij de werkelijke kosten van een product – inclusief milieu-impact en sociale kosten – worden weergegeven, belooft een eerlijker en duurzamer marktmechanisme te zijn. Maar wie zou de verantwoordelijkheid voor deze kosten op zich moeten nemen: de overheid, het bedrijfsleven, of de consument? En als bedrijven ervoor kiezen deze kosten door te rekenen naar de consument, hoe zorgen ze er dan voor dat consumenten true pricing begrijpen en vertrouwen én bereid zijn de vaak hogere prijs te betalen?
LINK
True pricing – het zichtbaar maken van verborgen sociale en milieukosten naast de reguliere verkoopprijs – krijgt steeds meer aandacht als een manier om bewuste consumptie te stimuleren. In een recente pilot op de Business Campus van de Hogeschool van Amsterdam (HvA) werd onderzocht hoe consumenten reageren op dit concept.
LINK
Op basis van een literatuurstudie biedt dit rapport een overzicht van sleutelvariabelen voor de transitie naar Natuur-inclusieve Landbouw (NIL) vanuit een multi-level en multi-dimensionaal systeemperspectief. Het doel van de literatuurstudie is om te analyseren welke succes- en faalfactoren in de literatuur genoemd worden om de transitie naar een natuurinclusieve landbouw mogelijk te maken dan wel te versnellen. Deze studie geeft daarmee handen en voeten aan een handelingsperspectief voor NIL. Dit handelingsperspectief vergt maatwerk per gebied, en kan verschillen afhankelijk van het schaalniveau waarop geacteerd wordt, en is afhankelijk van de mate waarin sleutelfactoren en betrokken actoren elkaar versterken of beperken.
DOCUMENT
In het werving- en selectieproces proberen organisaties in eerste instantie zoveel mogelijk geschikte kandidaten te laten solliciteren (een marketing/ branding probleem) om daaruit dan de meest geschikte kandidaat te kiezen (een selectieprobleem).Het is wettelijk verboden om bij het selecteren van kandidaten te discrimineren op kenmerken die niet relevant zijn voor de selectie (zoals huidskleur, geloof of leeftijd). Maar een eerlijk en rechtvaardig proces moet verder gaan dan de wet. Een ethische aanpak zorgt ervoor dat gelijk gesitueerde mensen gelijk behandeld worden, dat vooroordelen geen kans hebben, dat kandidaten met menswaardigheid en respect behandeld worden, dat de procedures en uitkomsten voor iedereen helder zijn, dat de kandidaat zinnige feedback krijg na het proces, en dat de voorspellingen over het toekomstige werksucces van een kandidaat daadwerkelijk kloppen.Voor elk van de fasen van werving- en selectie zijn er kunstmatige intelligentiesystemen op de markt die organisaties kunnen helpen bij het proces. Die technologieën hebben gevolgen voor wie er wel of niet worden geselecteerd en kunnen dus een impact hebben op de diversiteit van een organisatie.De diversiteit binnen een organisatie kan op drie manieren worden vergroot. Je kunt de bestaande bias uit het proces proberen te halen, je kunt barrières die ervoor zorgen dat alleen specifieke groepen kunnen of willen solliciteren wegnemen, en je kunt actief op zoek gaan naar kandidaten met een divers profiel.Technologie zou op drie manieren kunnen helpen bij het verminderen van bias binnen het proces. Irrelevante persoonskenmerken kunnen automatisch buiten beschouwing worden gelaten en je kunt een stuk makkelijker dan bij een menselijke recruiter meten op wat voor manier het systeem biased is. Ook zou technologie kunnen helpen bij het vindenvan nieuwe groepen kandidaten die eerder nog niet in beeld waren.De voordelen van het gebruik van kunstmatige intelligentie hebben daarnaast vooral te maken met efficiëntie. Delen van het proces kunnen worden geautomatiseerd, en de werkwijze kan meer uniform gemaakt. Het zijn daarom vooral organisaties die grote aantal kandidaten werven die op dit moment gebruik maken van kunstmatige intelligentie.Er kleven ook grote risico’s aan het gebruik van kunstmatige intelligentie binnen werving- en selectieprocessen. Omdat veel van de technologie uitgaat van de huidige (succesvolle) werknemers is er de kans dat je de (weinige diverse) status quo juist handhaaft. Het is nooit uit te sluiten dat er hele specifieke vormen van bias met betrekking tot bepaalde groepen in het systeem blijven zitten, en dit soort systemen kunnen sowieso slecht omgaan met individuen die op een of andere manier afwijken van de norm. Die bias die – ook na een zorgvuldige implementatie – overblijft is dan wel meteen systematisch en schaalt mee met de inzet van de technologie. Verder blijft het moeilijk om te valideren of de kunstmatige intelligentie die je inzet wel goed werkt. Tot slot hebben dit soort systemen veel data nodig. Dit kan op het gebied van privacy en de vereiste dataminimalisatie problemen opleveren.Je hoort vaak dat we ons geen zorgen hoeven te maken over de inzet van kunstmatige intelligentie binnen werving- en selectie. Het is immers voorlopig nog steeds de mens die de uiteindelijke beslissing neemt. Dit klopt (vooralsnog) misschien nog wel voor het aannemen van de kandidaat, maar is allang niet meer het geval voor de kandidaten die worden afgewezen. Daar is het vaak al de machine die kiest, zonder enige menselijke tussenkomst.Als je er toch voor kiest om kunstmatige intelligentiesystemen binnen werving- en selectieprocessen te implementeren, dan moet je dat op een heel intentionele manier doen. En met een scherpe blik op de achterliggende waarden. Dit onderzoek heeft gereedschap opgeleverd dat daarbij kan helpen. Met de AI in Recruitment (AIR) Discussietool kun je aan de hand van de volgende vijf vragen (en de bijbehorende deelvragen) komen tot een zo verantwoord mogelijke implementatie:1. Wat is voor jouw organisatie eerlijke en rechtvaardige werving en selectie?2. Hoe zit het met de benodigde data?3. Blijft de mens de baas over het proces?4. Is jouw organisatie en is de technologie onbevooroordeeld?5. Weet je zeker dat de technologie werkt en dat het blijft werken?
MULTIFILE
Op basis van een uitgebreide literatuurstudie, 25 interviews met gebiedspartijen in Midden-Delfland en een aantal multi-stakeholders workshops is in kaart gebracht hoe een gebiedsgerichte aanpak gericht op landschapinclusieve kringlooplandbouw in Midden-Delfland vorm krijgt dan wel versterkt kan worden. Hiervoor is de Transitiebloem-aanpak (TBA) gebruikt als holistische, transdisciplinaire en praktijkgerichte transitiebenadering. Deze benadering helpt gebiedspartijen bij het realiseren van een integrale systeemaanpak en collectief handelingsperspectief gericht op de samenhang van verschillende gebiedsopgaven met betrekking tot landbouw, water, voedsel, bodem, biodiversiteit, energie, klimaat, erfgoed, stadplattelandrelaties en economie.
DOCUMENT
Onder invloed van digitalisering en internet is de afgelopen jaren de discussie over auteursrechten in het journalistieke veld opgelaaid. Verschillende aspecten spelen een rol in deze discussie. Sommigen benadrukken het belang van de online rechten van de makers en stellen dat het traditionele systeem van auteursrechten in de digitale wereld aan een update toe is. In 2008 opende de Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ) bijvoorbeeld een plagiaatdienst terwijl ook het Algemeen Nederlands Persbureau (ANP) onlangs een meldpunt in het leven heeft geroepen om ongeoorloofd hergebruik van hun nieuwsberichten in kaart te brengen. Anderen vinden auteursrecht in deze digitale tijd een achterhaald systeem. De sector zou zich volgens hen in plaats daarvan moeten richten op nieuwe manieren om geld te verdienen met nieuws. Modellen gebaseerd op Creative Commons zijn misschien wel geschikter om rechtenkwesties te regelen. In het kader van het Designing the Daily Digital project (3D) brengt de 3D Academy deze discussie in kaart. In deze bundel belicht een gevarieerde groep auteurs in een aantal mini-essays de verschillende kanten van het debat. Erik Huizer, algemeen directeur van TNO Informatiemaatschappij, verzorgt de inleiding op deze bundel. We zijn alle auteurs zeer erkentelijk voor hun bijdragen en hopen dat hun essays een vruchtbaar uitgangspunt zullen zijn bij de discussies die de komende tijd over auteursrechten en journalistiek gevoerd zullen worden.
DOCUMENT