Background: Tangential excision of burned tissue followed by skin grafting is the cornerstone of burn surgery. Hydrosurgery has become popular for tangential excision, with the hypothesis that enhanced preservation of vital dermal tissue reduces scarring. The aim of this trial was to compare scar quality after hydrosurgical versus conventional debridement before split-skin grafting. Methods: A double-blind randomized within-patient multicentre controlled trial was conducted in patients with burns that required split-skin grafting. One wound area was randomized to hydrosurgical debridement and the other to Weck knife debridement. The primary outcome was scar quality at 12 months, assessed with the observer part of the Patient and Observer Scar Assessment Scale (POSAS). Secondary outcomes included complications, scar quality, colour, pliability, and histological dermal preservation. Results: Some 137 patients were randomized. At 12 months, scars of the hydrosurgical debrided wounds had a lower POSAS observer total item score (mean 2.42 (95 per cent c.i. 2.26 to 2.59) versus 2.54 (95 per cent c.i. 2.36 to 2.72; P = 0.023)) and overall opinion score (mean 3.08 (95 per cent c.i. 2.88 to 3.28) versus 3.30 (95 per cent c.i. 3.09-3.51); P = 0.006). Patient-reported scar quality and pliability measurements were significantly better for the hydrosurgically debrided wounds. Complication rates did not differ between both treatments. Histologically, significantly more dermis was preserved with hydrosurgery (P < 0.001). Conclusion: One year after surgery scar quality and pliability was better for hydrosurgically debrided burns, probably owing to enhanced histological preservation of dermis. Registration number: Trial NL6085 (NTR6232 (http://www.trialregister.nl)).
Over de maatschappelijke participatie door (jonge) mensen met een licht verstandelijke beperking, lange problematische gezinssituaties, de outliers van de samenleving. Inaugurele rede lectoraat, In verkorte vorm uitgesproken op 9 februari 2011
De prevalentie- en incidentiecijfers geven aan dat schisis (of een lip- en/of kaak- en/of verhemeltespleet) in Afrika (gemiddeld 0.6/1000 geboortes) minder frequent voorkomt in vergelijking met de Caucasische en Aziatische bevolking (gemiddeld 1.2 en 1.9/1000 geboortes). Desondanks is het aantal onbehandelde schisispatiënten in Afrika aanzienlijk, wegens het hoge geboortecijfer en de afwezigheid van voldoende zorgverstrekkers. Ook traditionele gezondheidsbenaderingen, gebaseerd op inheems geloof en cultuur, zijn in Afrika nog steeds sterk vertegenwoordigd en dragen eveneens bij tot een afwezige of onvolledige behandeling. Sedert meerdere jaren worden projecten op touw gezet waarbij geschoolde chirurgen uit het Noorden in een team samenwerken met lokale artsen om schisispatienten een adequate behandeling te geven. Ook in het CoRSU ziekenhuis te Kisubi, Oeganda, loopt een dergelijk project. Naast de aandacht voor een adequate chirurgische behandeling, is er een opstart gemaakt van een logopedisch behandelingscentrum voor spraak- en taalstoornissen. Wij trachten met onze groep logopedisten van de Universiteit Gent bij te dragen in deze ontwikkeling in samenwerking met het bestaande Departement for Speach and Hearing Pathology aan de Makarere University. In dit artikel geven we een overzicht van de epidemiologische gegevens en de noordelijke behandeling van schisis in Afrika. Verder worden de visies van traditional healers omtrent de etiologie en behandeling van schisis opgenomen in de tekst.