Service of SURF
© 2025 SURF
Sportaccommodaties en sportevenementen zijn niet meer weg te denken in ons (sport- en bewegings) landschap. Ze creëren mogelijkheden om te sporten en te bewegen, trekken fans, toeschouwers en in die zin ook sponsors aan, en vormen een interessant communicatie-instrument voor steden en regios. Bovendien komen sportaccommodaties en sportevenementen met private dan wel publieke middelen tot stand. Met sporters, supporters, sponsors, commerciële partners en overheden als belangrijke stakeholders dringt ook een specifieke management- en marketingbenadering van sportaccommodaties en sportevenementen zich op. In het boek Geen sportcultuur zonder sportinfrastructuur wordt uitvoerig aandacht besteed aan het beleid, het management en de marketing van sportaccommodaties en sportevenementen. Het boek onderscheidt zich van andere boeken met betrekking tot sportaccommodaties en sportevenementen, enerzijds door de focus op de Lage Landen en anderzijds door de multidisciplinaire benadering. Onder redactie van Jeroen Scheerder en Steven Vos geven meer dan dertig experts uit Nederland en Vlaanderen wetenschappelijk onderbouwde en/of beleidsrelevante inzichten in diverse beheers- en beleidsaspecten van sportaccommodaties en sportevenementen. Geen sportcultuur zonder sportinfrastructuur is geschreven voor studenten, beleidsmakers en professionals die actief zijn en/of interesse hebben in het management en de marketing van sportaccommodaties en sportevenementen.
Credit management neemt toe in belang. Oorzaken hiervan zijn onder meer de toenemende concurrentiedruk, nieuwe regelgeving zoals Basel II en de grotere focus op werkkapitaal in het kader van sturen op aandeelhouderswaarde. Publicaties over credit management richten zich overwegend op proces- en procedurebeschrijvingen, kredietwaardigheidsbeoordeling en auditingchecklists. Deze onderwerpen zijn ontegenzeggelijk relevant voor de analyse van credit management, maar vormen geen antwoord op de vraag hoe de control van credit management moet worden ingericht. In dit artikel wordt een praktische controlaanpak geïntroduceerd die gebaseerd is op het management control framework van Merchant en de verschillende typen kredietbeleid zoals omschreven door Wallis. Het resultaat is een aanpak die eenvoudig en praktisch toepasbaar is, geschikt is voor verschillende typen kredietbeleid en rekening houdt met verschillende typen controls.
Sport, en bij uitbreiding beweging, is in de afgelopen decennia opgeschoven van een maatschappelijk randverschijnsel naar het centrum van de samenleving: sport en beweging zijn alledaags geworden. Deze ontwikkeling heeft voor heel wat veranderingen in het sport- en bewegingslandschap gezorgd. Zo is er niet enkel een grote verscheidenheid aan sport- en bewegingsactiviteiten, maar ook een variatie aan aanbieders van deze activiteiten. In dit boek staat het strategisch, tactisch en operationeel management van organisaties die sport en beweging aanbieden centraal. Het betreft organisaties uit zowel de non-profit, de publieke als de commerciële sector. In het boek wordt onder meer uitvoerig aandacht besteed aan de balans die sport- en bewegingsorganisaties dienen te vinden tussen hun externe omgeving en de eigen interne werking. Daarnaast wordt ingegaan op aspecten zoals het human resources management in sport- en bewegingsorganisaties, het opzetten van samenwerkingsverbanden, het effectief en efficiënt managen van organisaties, etc. Het boek verschaft kennis en inzichten in deze en andere aspecten van sport- en bewegingsmanagement, maar reikt daarnaast ook de nodige tools en modellen aan die toelaten om deze inzichten te vertalen en toe te passen in de dagelijkse praktijk. De regels van het spel: management van sport en beweging is voornamelijk geschreven voor studenten, beleidsmakers en professionals die actief zijn en/of interesse hebben in het managen van sport- en bewegingsorganisaties. Het schrijven van dit boek wordt geleid door twee centrale vragen: (i) welke kennis over (organisatie)management is cruciaal voor mensen die actief (zullen) zijn in de sport- en bewegingssector, en (ii) hoe kan maximaal de vertaalslag gemaakt worden naar het managen van organisaties in het domein sport en beweging.