1e alinea column: Beste banken. U heeft het moeilijk. Crisis. Of u dit nu zelf heeft veroorzaakt dan wel dat u dit ook "is overkomen" maakt me niet uit. Interessanter is de vraag of u deel van het probleem dan wel deel van de oplossing wilt zijn. Ik neem aan het tweede. Hier een praktisch voorstel.
LINK
Martien Visser roept de beleidsmakers op te gaan werken aan structurele verbeteringen van het huidige koperen plaatmodel. Dat zal in zijn ogen stroomproducenten en afnemers hopelijk aanzetten tot betere keuzes voor de locaties van toekomstige opwek en vraag. De maatschappelijke baten van verbeteringen zijn bovendien groot.
LINK
De Haagse economie is hersteld van de coronacrisis. De economie van het stadsgewest ‘s-Gravenhage is in 2021 met 3,5 procent gegroeid en liet het BBP per inwoner een groei zien van bijna 6 procent. Hiermee zet de groei van pre-corona door. Na een lange periode van matige economische groei en minder gecreëerde banen dan de andere drie grote steden laat Den Haag in de laatste paar jaar een beter economisch verhaal zien. Terwijl het economisch herstel verder doorzet in de eerste helft van 2022, is de Nederlandse economie in de laatste helft van het jaar afgekoeld. De ramingen van regionale cijfers laten een soortgelijke ontwikkeling zien voor Den Haag. De groei in economische bedrijvigheid heeft tot versnelde banengroei geleid in de gemeente. De werkgelegenheid in de regio is met bijna 3 procent gegroeid ten opzichte van het jaar ervoor. De werkloosheid in de stad ontwikkelt zich volgens de dalende trend die zich had ingezet voor de uitbraak van corona. Het werkloosheidspercentage bedroeg in het derde kwartaal van 2022 4,6 procent. Daarmee lag de werkloosheid in Den Haag opnieuw lager dan Amsterdam en Rotterdam. Den Haag heeft zoals andere Nederlandse steden veel last van de krappe arbeidsmarkt en er zijn veel onvervulde vacatures binnen de gemeente in vrijwel alle beroepsgroepen. De lage arbeidsdeelname is hierdoor een groter punt van aandacht voor de stad. Het biedt de stad kansen om de lage arbeidsparticipatie in de stad aan te pakken. De groei in werkgelegenheid in 2021 verklaart zich voornamelijk door startende ZZP’ers en het grootbedrijf. Daartegenover lieten kleine mkb-vestigingen een daling zien in het aantal banen. Begin 2022 telde Den Haag ruim 321.000 banen. De ZZP’er blijkt een steeds groter deel te worden van de werkgelegenheid in de stad en neemt bijna 18 procent van de banen voor haar rekening. In verhouding tot andere steden zijn er meer ZZP’ers in de agglomeratie’s-Gravenhage. De groei van de economie en de zeer krappe arbeidsmarkt heeft zich vertaald naar een lager niveau van bijstandsuitkeringen. Er is een dalende trend in het percentage van personen die na een beëindiging van hun WW-uitkering de bijstand instromen. Ook hebben Haagse ZZP’ers minder vaak een langdurig laag inkomen. Wanneer we verder kijken dan alleen ontwikkelingen in werk en inkomen wordt duidelijk dat de beleving van brede welvaart in de regio op een lager niveau ligt dan het gemiddelde van Nederland en Amsterdam en Utrecht. Den Haag blijft groeien. Wel is het binnenlandse migratiesaldo negatief: er vestigen zich minder Nederlanders uit andere gemeenten in Den Haag dan er vertrekken naar andere Nederlandse gemeenten. De stad trekt veel immigranten en studenten. Ongeveer een vijfde van de studenten aan de Haagse Hogeschool blijft ook in Den Haag wonen. Daarnaast vestigen zich vooral veel alumni uit Delft in Den Haag. Het aantal hbo/wo-studenten is na jaren van groei in 2021 vrij stabiel gebleven ten opzichte van 2020. De uitbraak van de coronapandemie heeft geleid tot minder aanmeldingen van buitenlandse studenten aan Nederlandse onderwijsinstellingen. Vooruitblikkend wordt duidelijk dat Den Haag wordt geconfronteerd met meerdere knelpunten. Inflatie, torenhoge energieprijzen en een tekort aan personeel en grondstoffen zorgen ervoor dat binnenlandse en buitenlandse vraag afneemt. Ook zijn ondernemers huiverig om te investeren. De meest recente landelijke cijfers laten zien dat de economie sterk is afgekoeld, het derde kwartaal kromp de Nederlandse economie met 0,2 procent ten opzichte van een kwartaal eerder. Het vierde kwartaal is er weer een kleine plus van 0,6 procent. Zeker is dat de groei beduidend lager zal zijn in 2023. Voor Den Haag betekent de aanwezigheid van een grote tertiaire sector een dempend effect op de gemiddelde economische groei omdat deze minder crisisgevoelig is. Daarbij is ook een pluspunt dat de economische activiteiten in de stad minder afhankelijk zijn van de toeleveringsproblematiek van grondstoffen en de zeer hoge gasprijzen dan steden met meer industrie. Daarentegen heeft de stad veel ZZP’ers die de effecten van het wegvallen van vraag sneller en heviger zullen ondervinden. Dit heeft als gevolg dat de werkloosheidscijfers in de stad sneller zullen reageren op dalende vraag. De grote uitdagingen om over te stappen naar een duurzame economie zullen veel vaker voelbaar worden voor de economische bedrijvigheid van de stad. Het energieverbruik in de regio is in vergelijking met de andere drie grote steden aanzienlijk lager. Dit wordt met name door de sectorstructuur gedreven, waarbij de zware industrie in Den Haag relatief minder vertegenwoordigd is. De stad heeft in de afgelopen jaren stappen gezet in verduurzaming, maar bevindt zich nog wel in de startblokken. Zo is het verbruik van hernieuwbare energie relatief laag. Dit verbruik is voor een groot deel afhankelijk van opwekking van binnen de regio. Daarnaast worden steeds meer gebouwen verduurzaamd. Het aantal vacatures in klimaatberoepen stijgt op vergelijkbaar niveau als de rest van de G4. Ondernemers ervaren steeds vaker belemmeringen in het voortzetten van hun bedrijfsactiviteiten. Inmiddels vormen de ervaren tekorten aan passend personeel een belemmering in het voortzetten van bedrijvigheid voor meer dan 40 procent van de ondernemers en ligt in Den Haag hoger dan de andere drie grote steden. De krapte breidt zich uit en is inmiddels een zorg voor vrijwel alle beroepsgroepen en sectoren. Ook ervaren ondernemers hinder van de tekorten aan grondstoffen om hun bedrijfsactiviteiten uit te voeren en vaker problemen met financiering. Dit heeft negatieve gevolgen voor de potentiële groei van de regionale economie. De stad heeft een krappe kantorenmarkt en weinig kwalitatief aanbod van bedrijventerreinen. Deze krapte heeft gevolgen voor de transactiedynamiek in de stad. Terwijl in Rotterdam en Amsterdam het opnamevolume flink is gestegen, blijkt er in Den Haag voor een tweede keer achter elkaar een dalende opnamevolume te zijn. Ook zijn grote bedrijventerreinen van goede kwaliteit schaars in de regio en is het aanbod in de laatste jaren gedaald. Dit vormt een beperking voor de (potentiële) ondernemer om zich uit te breiden of te vestigen in de stad. De arbeidsproductiviteit in het stadsgewest ‘s-Gravenhage blijft laag. De sectoren Industrie en Bouw moeten een duidelijke inhaalslag maken ten opzichte van de andere drie grote steden. Ook Logistiek, een belangrijke sector voor de Haagse werkgelegenheid, laat lagere productiviteit en productiviteitsgroei zien. Daarnaast is de productiviteit in de sectoren Overheid en Zorg, die oververtegenwoordigd zijn in Den Haag, sterk gedaald sinds de coronacrisis. Dit wordt gedreven door de hoge werkdruk in deze sectoren bij minder snel stijgende lonen. Recente ontwikkelingen in afspraken voor loonstijgingen in deze sectoren zou dit beeld kunnen veranderen.
DOCUMENT
Onderzoekers van het MOVES-onderzoeksprogramma hebben een vierde whitepaper uitgebracht. In deze publicatie is de belangrijkste kennis over maatschappelijke effecten van topsportevenementen bij elkaar gebracht. Ook zijn er kennishiaten benoemd die richting geven aan vervolgonderzoek. De thema’s die worden behandeld zijn: sportdeelname, welzijn, sociale cohesie, trots en geluk. Daarnaast is beschreven op welke manier topsportevenementen als hefboom (‘podium’) gebruikt kunnen worden en hoe dat tot impact en legacy kan leiden. Dit whitepaper maakt deel uit van werkpakket 4.
DOCUMENT
Informatie- en communicatietechnologie (ICT) is doorgedrongen tot alle niveaus van de economie en samenleving. Bestaande grenzen tussen markten, bedrijven en consumenten worden opengebroken en nieuwe producten en diensten zijn steeds sneller, slimmer en goedkoper beschikbaar voor grote groepen consumenten. Door het toepassen van ICT kunnen transacties efficiënter en effectiever tot stand komen, als we tenminste met de nieuwe technologie leren omgaan. In E-business your business beschrijft de auteur het multidisciplinaire karakter van e-business. Het boek gaat over de invloed van ICT op de organisatie, de strategie en de marketing. Belangrijke ontwikkelingen zoals e-marketing, weblogs, RFID, internettelefonie, co-creatie, offshore outsourcing en mass customization worden op een heldere manier beschreven. Daarnaast geeft de auteur vijftig concrete tips om de omzet via internet te verhogen. Met dit boek raken studenten en managers vertrouwd met de wereld van e-commerce, e-business en internet.
MULTIFILE
Rondom het onderwerp ‘brede vorming’ en de mogelijkheden ervan voor het curriculum hebben we een onderzoek uitgevoerd waaraan teams van basisscholen van drie besturen in Dordrecht hebben meegewerkt. Dit verkennende onderzoek heeft zich ten doel gesteld een eerste schets te maken van de manier waarop basisscholen brede vorming hebben opgenomen in hun curriculum. Wat doen scholen op dit gebied, en waarom doen ze dat? En welke taal gebruiken ze als ze over de brede vorming van kinderen spreken? Dit artikel verscheen in Tijdschrift voor lerarenopleiders 41(2) 2020 en beschrijft hoe dit verkennende onderzoek is uitgevoerd en wat de belangrijkste uitkomsten ervan zijn. Het eindigt met een aantal aandachtspunten voor verder onderzoek en voor het ontwikkelen van brede vorming in het curriculum van zowel de basisscholen als de lerarenopleiding.
DOCUMENT
Morele vorming kan een niet-beoogd gevolg zijn van onderwijs. Maar het kan ook nadrukkelijk wél beoogd worden en doel zijn van het onderwijsproces. Daarover gaat dit artikel. We beginnen met de verduidelijking van de relatie tussen morele vorming en Bildung (par. 2). Vervolgens behandelen we drie verschillende vormen van doelbewuste morele beïnvloeding in het onderwijs: morele vorming als vak, de voorbeeldfunctie van de docent en een positieve schoolcultuur (par. 3). Morele vorming als vak betreft de vorming in waarden en normen van de leerling. Daarbij kunnen verschillende accenten worden gelegd: waardenoverdracht, waardenverheldering en waardencommunica¬tie. Deze accenten worden toegelicht en we geven aan in welke leeftijdsgroep het zwaartepunt zou kunnen liggen in het onderwijs (par. 4). We ronden dit artikel met de vijf elementen van een moreel proces: morele gevoeligheid, morele analyse, moreel oordeel, morele motivatie en moreel handelen. Daarbij laten we zien hoe morele vorming in het onderwijs kan interveniëren om de competenties van de leerling met betrekking tot deze vijf elementen te versterken (par. 5).
DOCUMENT
Morele vorming kan een niet-beoogd gevolg zijn van onderwijs. Maar het kan ook nadrukkelijk wél beoogd worden en doel zijn van het onderwijsproces. Daarover gaat dit artikel. We beginnen met de verduidelijking van de relatie tussen morele vorming en Bildung (par. 2). Vervolgens behandelen we drie verschillende vormen van doelbewuste morele beïnvloeding in het onderwijs: morele vorming als vak, de voorbeeldfunctie van de docent en een positieve schoolcultuur (par. 3). Morele vorming als vak betreft de vorming in waarden en normen van de leerling. Daarbij kunnen verschillende accenten worden gelegd: waardenoverdracht, waardenverheldering en waardencommunica¬tie. Deze accenten worden toegelicht en we geven aan in welke leeftijdsgroep het zwaartepunt zou kunnen liggen in het onderwijs (par. 4). We ronden dit artikel met de vijf elementen van een moreel proces: morele gevoeligheid, morele analyse, moreel oordeel, morele motivatie en moreel handelen. Daarbij laten we zien hoe morele vorming in het onderwijs kan interveniëren om de competenties van de leerling met betrekking tot deze vijf elementen te versterken (par. 5).
DOCUMENT
Dit stappenplan maakt het proces inzichtelijk en dient als wegwijzer om met je team of organisatie in gesprek te gaan over een gezamenlijk gedragen taakopvatting aangaande seksuele vorming voor jongerenwerk- en straathoekwerkteams. We verstaan onder een taakopvatting een gedeeld besef in het team of de organisatie over wat de rol is van de professionals in het bijdragen aan seksuele vorming en hoe deze rol kan worden ingevuld. Bijlage 1 betreft de publicatie in boekvorm om te printen, hierin zijn de links omgezet naar QR-codes. Bijlage 2 is de online versie opgemaakt in boekvorm. Bijlage 3 is de online versie waarbij de pagina's onder elkaar staan.
MULTIFILE
In deze afscheidsrede worden verschillende onderwijsthema’s en onderzoeken besproken die in een lectoraatsperiode van 2004 tot 2018 de revue zijn gepasseerd. De kern van het onderzoeksprogramma was, met accentverschillen in de loop der jaren, opgebouwd rond een aantal thema’s, die in dit boek aan de orde komen: − Maatschappelijke, culturele en persoonlijke vorming (Bildung & burgerschap); − Pedagogisch klimaat en omgaan met verschillen; − Samen pedagogisch handelen (ouders, brede school, IKC); − Activerend, onderzoekend en ontwerpend leren. Daarnaast is er aandacht voor onderzoek in en samen met het werkveld, opleiden in de school en beroepsvorming.
DOCUMENT