© 2025 SURF
In dit artikel wordt ingegaan op klimaatbewuste woningen in Bolsward. Dit artikel is verschenen het kader van de Noorderbreedte-special over het Kansen in Krimp-project. Dit project richt zich op energietransitie in krimpgebieden
DOCUMENT
DOCUMENT
Met de JIM-aanpak wordt beoogd gezinnen met jongeren te ondersteunen zelf de regie te nemen in het hanteerbaar maken van hun problematiek, door het betrekken van een door de jongere zelfgekozen mentor. Huidig onderzoek richt zich op de manier waarop professionals bij Youké tijdens het uitvoeren van de JIM-aanpak uiting geven aan vier theoretische kernconcepten onderliggend aan de JIM-aanpak. Dit is onderzocht door middel van kwalitatieve analyses van audio-opnames bij 17 gezinnen en interviews met negen gezinnen, waarvan negen ouders en acht jongeren. Uit de resultaten is gebleken dat de vier kernconcepten duidelijk terugkomen in het handelen van de professionals en ook als zodanig door jongeren en ouders worden herkend. Jongeren en ouders zijn over het algemeen tevreden over de hulp die zij hebben ontvangen en zouden de JIM-aanpak aanraden aan anderen. Er kwam een aantal aanbevelingen uit het onderzoek naar voren: 1) Meer duidelijkheid in de keuze wie van de gezinsleden wel of niet betrokken wordt in een gesprek tijdens het traject, 2) Het maken van heldere afspraken tussen alle betrokkenen over rolverdeling, contactmomenten en de richting van het traject, 3) Concrete afspraken met de gezinsleden en de JIM over de betrokkenheid van de JIM na afsluiting van het traject. De bevindingen uit dit onderzoek kunnen bijdragen aan de doorontwikkeling van de JIMaanpak binnen Youké en de JIM-training voor professionals. Om implementatie van de bevindingen te stimuleren, worden deze besproken en geduid met professionals tijdens een organisatiebrede methodiekbijeenkomst.
DOCUMENT
Aardgas blijft nog lang de ruggengraat van onze energievoorziening, stelt Martien Visser. Het mondiale gasverbruik is het afgelopen decennium jaarlijks toegenomen.
LINK
Samenvatting volgt nog
DOCUMENT
De mkb-ers die deelnemen aan Re-StORe willen naast het inzichtelijk maken van het circulaire waardesysteem en de daarbij behorende mogelijke financiële, sociale en ecologische impact - ook weten op welke wijze zij kunnen handelen om de beoogde impact te bereiken en te handhaven. Daarnaast blijkt uit gesprekken met verschillende afdelingen binnen de gemeente Amsterdam, dat er ook een kennisvraag is omtrent de handelingsmogelijkheden van publieke instituten om deze bottom-up transitie naar de circulaire economie te ondersteunen.In dit rapport wordt omschreven welke stappen er binnen Re-StORe gezet worden om te komen tot kennis met betrekking tot het vormgeven van circulaire composterings- en biovergistingsnetwerken. We volgen hierbij een ontwerpgerichte aanpak, met als uitgangspunt dat het composterings- of biovergistingsnetwerk te beschouwen is als een sociaal-technisch systeem. Het netwerk bestaat enerzijds uit technologieën en organisatiestructuren die inzamelings- transport-, verwerkingsstappen van afval naar productafzet mogelijk maken binnen de wet- en regelgeving. En anderzijds uit sociale actoren, die besluiten nemen en (inter)acties uitvoeren, zoals het onderling uitwisselen van materialen, energie en informatie.We richten ons binnen het onderzoek op de processen waar de mkb-bedrijven en de gemeente het meeste invloed binnen deze context op kunnen uitoefenen met als doel:• Het analyseren van de invloed van gedragsaspecten op technologieën en businessmodellen rondom composteren en biovergisten in de context van de stad Amsterdam• Aanbevelingen doen, die mkb-ers helpen bij te dragen aan een effectief en veerkrachtig waardesysteem rondom composteren en biovergisten• Aanbevelingen doen, die de gemeente helpen in het bevorderen van de effectiviteit en veerkrachtigheid van circulaire waardesystemen in de stad• Bij te dragen aan een discussie over belangen, verantwoordelijkheden, kosten en baten van compostering en biovergisting in de stad.We ontwikkelen hierbij samen met deze partijen oplossingrichtingen en verhaallijnen, die we verwerken in twee simulatiemodellen:• Model 1: inzameling. In dit model wordt het gescheiden inzamelen en transporteren van afval ten behoeve van biovergisten of composteren gemodelleerd en gesimuleerd. We onderzoeken welke technische en organisatorische ingrepen leiden tot een verhoogde afvalscheiding.• Model 2: van afval naar grondstof. Hierin wordt, na inzameling, de handel en verwerking van bedrijfsafval tot producten uit biovergisten of composteren gemodelleerd en gesimuleerd. Uiteindelijk wordt dit model gebruikt om de impact te kunnen meten van enkele voorgestelde businessmodellen.Om deze modellen op te zetten werken we samen met NDSM-werf om in een bestaande situatie, te onderzoeken welke systemen hierbinnen zouden kunnen werken. Daarnaast passen we de ontwikkelde modellen toe op een nieuw het ontwikkelen gebied Haven Stad.Op dit moment is de ontwikkeling van de twee simulatiemodellen in volle gang. In hoofdlijn worden de twee modellen ontwikkeld in de periode tot en met oktober 2019. Daarna kan er worden begonnen met experimenteren. In februari 2020 moet alle verslaglegging zijn afgerond.
DOCUMENT
Een bezoek aan het Mobiele Planetarium is leerzaam en stimulerend voor kinderen. Om tijdens het bezoek talent bij kinderen te laten ontluiken en ontwikkelen, is er meer nodig dan alleen informatie over te brengen. In dit artikel wordt gepoogd om antwoord te krijgen hoe het programma, zowel de presentatie als de voorbereiding en de verwerking van het Mobiele Planetarium met implementatie van TalentenKracht uitgebreid kan worden, zodat het redenatieniveau van de kinderen voor, tijdens en na het bezoek aan het Mobiele Planetarium verhoogd kan worden en talent kan ontstaan. Om antwoord op deze vraag te krijgen zijn er diverse presentaties in verschillende situaties in het Mobiele Planetarium gefilmd en geanalyseerd. Resultaten laten zien dat gesteld kan worden dat de implementatie van TalentenKracht in de presentatie van het Mobiele Planetarium vooruitgang gebracht heeft in de interactie, het soort uitingen en de afwisseling van uitingen die gemaakt worden. Over het gebruik van een voor- en natraject kunnen weinig conclusies getrokken worden. Dit komt onder andere omdat er geen vergelijking mogelijk was met een andere klas.
DOCUMENT