Op basis van een uitgebreide literatuurstudie, 25 interviews met gebiedspartijen in Midden-Delfland en een aantal multi-stakeholders workshops is in kaart gebracht hoe een gebiedsgerichte aanpak gericht op landschapinclusieve kringlooplandbouw in Midden-Delfland vorm krijgt dan wel versterkt kan worden. Hiervoor is de Transitiebloem-aanpak (TBA) gebruikt als holistische, transdisciplinaire en praktijkgerichte transitiebenadering. Deze benadering helpt gebiedspartijen bij het realiseren van een integrale systeemaanpak en collectief handelingsperspectief gericht op de samenhang van verschillende gebiedsopgaven met betrekking tot landbouw, water, voedsel, bodem, biodiversiteit, energie, klimaat, erfgoed, stadplattelandrelaties en economie.
DOCUMENT
Gezonde School-adviseurs (GSA) van de GGD ondersteunen scholen bij het implementeren van de Gezonde School-aanpak. Omdat iedere school uniek is, is een contextgerichte manier van ondersteunen noodzakelijk. Om GSA’s bewust te maken van en aan te moedigen om te werken met zo’n contextgerichte aanpak is een training ontwikkeld. Wij beschrijven hoe deze training door middel van cocreatie tot stand is gekomen en reflecteren op dit proces. Het ontwikkelproces bestond uit drie fasen: 1) inventarisatie van taken en behoeften van GSA, 2) ontwikkeling van de training, en 3) een pilottest van de training. Alle fasen hebben plaatsgevonden in cocreatie tussen onderzoekers, GSA’s uit de praktijk en het landelijke programmateam Gezonde School. Evaluatie van de twee gehouden pilots laat zien dat de ontwikkelde training goed wordt ontvangen (algemeen rapportcijfer: respectievelijk 7,4 en 8,4). Een reflectie op het ontwikkelingsproces laat zien hoe groot het belang is van cocreatie gedurende het gehele proces. Hierdoor kon continu rekening worden gehouden met de dagelijkse praktijk van de GSA’s en hun wensen en behoeften. Ook kon er zo voor gezorgd worden dat de training goed aansluit bij het huidige landelijke deskundigheidsbevorderingsaanbod voor GSA’s en de Gezonde School-aanpak in het algemeen.
DOCUMENT
Duurzaam Gebiedsgericht Werken Het Rijk heeft met het Nationaal Programma Landelijk Gebied kader en doelen gegeven aan de regionale gebiedsaanpakken. Dit moet leiden tot een transitie van het landelijk gebied waarbij water en bodem leidend zijn en biodiversiteit, klimaat en verdienvermogen onderdeel zijn van het transitieproces. Professionals die in gebiedsaanpakken werken, vragen ons om kennis en vaardigheden over transitieprocessen, doelinterventies, de institutionele context en om professionalisering voor effectieve samenwerkingen: ‘Hoe kunnen gebiedsmanagers effectief werken aan transities om de NPLG-doelen te realiseren en welke belemmeringen bestaan er op dit moment op het gebied van kennis en vaardigheden, en ook in de institutionele omgeving waarbinnen zij moeten werken?’ In dit project gaat ons interdisciplinaire onderzoeksteam na hoe we uit ervaringen met vraagstukken in lopende regionale gebiedsprocessen aanknopingspunten, samenwerkingsvormen en generaliseerbare oplossingen kunnen vinden. Daarmee helpen we gebiedsmanagers om hun handelingsrepertoire voor deze vraagstukken te verrijken. Dat doen we in 4 stappen: 1. Door als onderzoekteams actief in gebiedsprocessen in Oost-Gelderland en Midden-Brabant deel te nemen. 2. Door 10 gebiedsprocessen te monitoren, observeren en reflecteren. 3. Door uit deze gebiedsprocessen belemmeringen en kansen in institutionele kaders te identificeren. 4. De lessen en ervaringen maken we: a. Via reflexieve monitoring overdraagbaar in een learning community van en voor gebiedsmanagers. b. Bruikbaar in het onderwijs en leven-lang-lerentrajecten. Beoogde resultaten zijn: • Bouwstenen voor gebiedsmanagement waarin handreikingen voor samenwerking, transitie, en hoe water en bodem sturend kunnen zijn. • Een advies aan beleidsmakers over de institutionele kaders die onderdeel zijn van een beoogde gebiedstoekomst en de kaders voor het proces daarnaartoe. • Een aanzet voor een praktijkvorm van de learning community van LNV-RTLG: de Transitieschool. Het lectoraat Gebiedsgerichte Transities naar Kringlooplandbouw van Hogeschool Van Hall Larenstein leidt het onderzoeksteam, dat bestaat uit lectoren en onderzoekers van de vier groene Hbo’s en CHE.
Verbinden van landbouw en natuur is een belangrijke uitdaging. Voor individuele boeren, voor de 40 collectieven waarin boeren samenwerken, voor de partners in de keten en voor een breed scala aan belanghebbenden. Uitdagingen zijn er in het operationeel beheer, de bedrijfsvoering, het verdienmodel en de relaties met organisaties en overheden - oftewel op ecologisch, economisch, sociaal en institutioneel vlak niveau. Binnen Nederland kunnen er grote verschillen zijn tussen gebieden in de uitdagingen die daar spelen Dit betekent dat de uit onderzoek bekende algemene set van succes- en faalfactoren niet zomaar integraal voor elk gebied geldt. Er zal een vertaalslag gemaakt moeten worden van algemeen naar gebiedsspecifiek. Dit project maakt die vertaalslag, samen met praktijkorganisaties, in 3 werkpakketten. In Werkpakket 1 bouwen we een set concrete, praktische handvatten voor organisaties in een gebied om de algemene succes- en faalfactoren te kunnen vertalen naar concrete kansen en knelpunten in de context van een gebied (ontworpen en getest in de praktijk). Op basis hiervan worden voor en met gebiedspartners een aantal doelen geformuleerd. Deze vormen de basis voor Werkpakket 2 waarin we een meerjarig actieplan opstellen binnen 7 casussen vanuit praktijkorganisaties. Dit actieplan werkt aan het benutten van kansen en het zo goed mogelijk omgaan met de knelpunten, het wordt opgestart in het project en zal doorlopen na afsluiting van het project. Doordat de casussen over Nederland verspreid zijn ontstaat een breed palet aan ervaringen waar we in Werkpakket 3 van leren. We vertalen de ervaringen naar praktijkgerichte, toepasbare kennis en producten voor praktijk en onderwijs. Op deze manier legt dit project de verbinding tussen waardevolle kennis die in de afgelopen jaren is opgedaan en de concrete uitdagingen om natuurinclusieve landbouw in een specifieke context te ontwikkelen. Met daarbij aandacht voor de ecologische, economische, sociale en institutionele aspecten.
Project rondom NEXT Governance. 80 bewoners van het nationaal landschap Middag-Humsterland stelden in 2017 een visie op, die ze vervolgens in vijf werkgroepen (onder begeleiding van het Lectoraat Duurzaam Coöperatief Ondernemen) zelf tot realisatie brengen. gebiedsontwikkeling, coöperatief, next governance, Project rondom NEXT Governance. 80 bewoners van het nationaal landschap Middag-Humsterland stelden in 2017 een visie op, die ze vervolgens in vijf werkgroepen (onder begeleiding van het Lectoraat Duurzaam Coöperatief Ondernemen) zelf, coöperatief, tot realisatie brengen. Tegelijkertijd werkt de regio zo zelf aan onderwerpen als 'energietransitie binnen het landschap', 'regiomarketing', 'leefbaarheid', 'nieuwe verdienmodellen voor boeren'. In totaliteit zijn er momenteel meer dan 100 mensen in het gebied betrokken bij de ontwikkelingen.