Bij het bepalen van leerdoelen voor het muziekonderwijs is het belangrijk om niet alleen in cultureel, maar vooral in biologisch perspectief, de betekenis van muziek voor de ontwikkeling van het kind te bezien. De evolutionaire ontwikkeling van de muzikale aanleg blijkt o.a. uit de vondst van prehistorische muziekinstrumenten. De vele neurale en functionele overeenkomsten tussen het ‘muzikale’ en het ‘jagende’ brein kunnen de rol van het jagen bij de ontwikkeling van het muzikale brein verduidelijken, maar ook de rol van muziek in de evolutie van het jagende brein. Het verstaan van muziek als ‘spel’ (play) geeft verder inzicht in de functie van muziek bij de ontwikkeling van het kind en verduidelijkt tevens de betekenis van het muziekonderwijs bij het bevorderen van die ontwikkeling.
Interview met Eugène Thijssen, van de opleiding Vastgoed & Makelaardij over de ontwikkeling van de opleiding.
In het essay ‘Het andere perspectief’ reflecteert ervaringsdeskundige Henrike Kowalk op de onderwijspraktijk bij de opleidingen van HvA Maatschappij en Recht en op haar rol als medewerker bij het lectoraat Outreachend Werken en Innoveren. Zij beschrijft hoe docenten en studenten stoeien met het vinden van aansluiting bij de leefwereld van ervaringsdeskundigen en de inzet van ervaringsdeskundigheid in het hbo.
ADAS- Monitor Advanced Driver Assistent Systems (ADAS) worden gezien als een middel om de verkeersveiligheidsstreefdoelstellingen uit het Strategisch Plan Verkeersveiligheid 2030 en de Europese beleidsstukken te behalen. Naast de veelal technische uitdagingen en ontwikkelingen die ADAS momenteel doormaken, wordt in de breedte van de automotive sector benadrukt dat het gebruik en de bekendheid van ADAS bij automobilisten te wensen overlaat waardoor de potentie van ADAS voor de verkeersveiligheid niet optimaal wordt benut. De ADAS alliantie , een samenwerking van meer dan 60 bedrijven, overheden en kennisinstellingen, heeft als doel gesteld het (veilig)gebruik van ADAS met 20% te bevorderen. Echter, ontbreekt actuele informatie met betrekking tot de bekendheid van, het vertrouwen in en het daadwerkelijke gebruik door automobilisten. In dit onderzoek staat de periodieke monitoring van de gebruikersadaptatie centraal waarbij de bekendheid van, de acceptatie, het percentage daadwerkelijk gebruik van ADAS door automobilisten wordt gepresenteerd doormiddel van een (digitaal) dashboard. Een divers samengesteld consortium voert het onderzoek uit en maakt daarbij gebruik van een groter netwerk om de benodigde data te vergaren en voor disseminatie. Het onderzoek bestaat uit een werkpakket waarin de gebruikersadapatie doormiddel van vragenlijstonderzoek wordt vastgesteld en een werkpakket waarin iteratief het concept ontwerp leidt tot een prototype dashboard. Het resultaat van dit onderzoek is een werkend prototype van een ADAS-dashboard. Wanneer het prototype wordt vertaalt naar een definitief ontwerp, blijft het tot vijf jaar na presentatie geüpdatet met recente data. Het ADAS-dashboard bevat een visuele en digitale weergave van het onderzoek naar het gebruikersperspectief en wordt indien gewenst uitgebreid met andere relevante data. Wanneer het ADAS dashboard is gerealiseerd, kan het zowel voor beleidsmakers en bedrijven ingezet worden om keuzes te onderbouwen of om ontwikkelingen op te baseren als ook om communicatiestrategieën te ontwikkelen waarmee het gebruik wordt bevorderd.
Augmented Reality (AR) kan de mogelijkheid bieden om chirurgische ingrepen te ondersteunen. Zowel pre-operatief (planning) als gedurende een ingreep kan AR ondersteunend worden ingezet, alsmede voor het trainen van specifieke ingrepen. AR is bekend geworden van devices zoals de HoloLens, maar er zijn meer technische implicaties van deze technologie. De HoloLens en Google Glass zijn head-mounted-displays die virtuele informatie aanbieden in het gezichtsveld van de gebruiker. Toch zijn er ook andere vormen die minder bekend zijn zoals (mobiele) display gebaseerde oplossingen (bekend van bijvoorbeeld Pokémon Go) en 3D-projection mapping, waarbij informatie wordt geprojecteerd op 3D-objecten met speciale beamers. Vragen vanuit de praktijk (MST) laten zien dat de kansen van AR wel worden herkend, maar zich tegelijkertijd beperken tot een klein deel van de technische mogelijkheden, vaak op basis van welk product op dat moment 'trending' is. Het risico hiervan is dat toepassingen blijven liggen (omdat ze buiten de mogelijkheden van een bepaalde techniek vallen) of dat er oplossingen worden ontwikkeld die niet optimaal bij de toepassing passen (ontwikkeld binnen de grenzen van een bepaalde techniek). Het doel van dit project is om kansrijke en haalbare AR-zorgtoepassingen te identificeren. We doen dit door gebruikers (artsen) kennis te laten maken een breed spectrum van AR technieken en bijbehorende toepassingsmogelijkheden, en vervolgens vanuit een gebruikersperspectief een match te maken tussen die technieken en praktische toepassingen.
Het doel van het onderzoeksproject Immersieve journalistiek en het Betrokken Publiek is om samen met publieke mediaorganisaties en drie kennisinstellingen meer inzicht te krijgen in hoeverre emotionele betrokkenheid van nieuwsconsumenten bij journalistieke producties van invloed kan zijn op de publieke functie van journalistieke organisaties. Het overdragen van informatie aan burgers en het duiden van gebeurtenissen en ontwikkelingen in de samenleving is een kerntaak van de journalistiek. Publieke mediaorganisaties moeten tevens hun specifieke publieke functie waarmaken. Tegelijkertijd is door de toegenomen concurrentie en commercialisering in de mediasector, de journalistiek nog meer genoodzaakt het publiek centraal te stellen en zoeken journalistieke organisaties naar nieuwe manieren om de mediaconsument aan zich te binden. Zij zoeken daarom naar nieuwe technieken en vormen van journalistiek. Een vorm is immersieve journalistiek. Via immersieve journalistieke technieken zoals 360-graden video, augmented reality en virtual reality gaat het publiek als het ware deel uitmaken van een verhaal in plaats van het alleen te ‘ondergaan’. Hierdoor zouden gebruikers meer emotioneel betrokken worden bij nieuws, waardoor de media hun publieke functies (beter) kunnen waarborgen. Of immersiviteit de betrokkenheid van het publiek daadwerkelijk vergroot en of emotionele betrokkenheid ook bijdraagt aan de informatieve - en duidingsfunctie van de journalistiek is echter de vraag. Onderzoek naar immersieve technieken in de journalistiek is nu nog grotendeels gericht op de productiekant en op de narratieve elementen van dergelijke media-uitingen. Er bestaat nog weinig kennis over de ervaring van de gebruiker en welke impact immersiviteit heeft op kennisoverdracht. Veel publieke media-organisaties experimenteren met immersieve journalistiek, maar worstelen met de vraag of ze daarmee hun publieke functie kunnen waarmaken. Dit onderzoek biedt een nieuw perspectief op de ervaringen van de huidige mediaconsument en de rol die emotie speelt bij immersieve journalistieke verhalen. Volgens de werkveldpartners is er in het werkveld veel behoefte aan publieksonderzoek, waarna praktische tools ontwikkeld kunnen worden.