In deze literatuurverkenning worden de gevonden voorwaarden en condities voor het geven van online justitiële interventies1 kritisch besproken.
DOCUMENT
Take a break is een zes weken durende innovatieve ambulante interventie die eind 2016 door vrouwenopvang Moviera is ontwikkeld. Doel van het programma is om spanningen en ruzies in relaties en gezinnen in een vroeger stadium te herkennen. Bij de start wordt samen met het gezin een veiligheidsplan opgesteld om de directe veiligheid te realiseren. Met de partners wordt gekeken of een korte time-out noodzakelijk is om te komen tot een veilige situatie en wie van de partners tijdelijk de thuissituatie verlaat. De inzet op het vrijwillig tijdelijk vertrek van een van de partners is een innovatief aspect van deze interventie. Uitgangspunt is dat de kinderen (indien aanwezig) in hun vertrouwde omgeving kunnen blijven en ervaren dat oplossingen mogelijk zijn. Het tweede deel van het traject bestaat uit de analyse van de risico- en beschermende factoren die in dit gezin aanwezig zijn. De analyse wordt afgerond met een Plan van aanpak gericht op duurzame veiligheid in het betreffende gezin en overdracht naar het lokale veld. Aan de hand van een planevaluatie is de werkwijze en theoretische onderbouwing van Take a Break onderzocht.
DOCUMENT
Voor het lectoraat staat het beantwoorden van de volgende vraag centraal: hoe kunnen professionals, werkzaam in de praktijk, de gezondheid en het welzijn van kwetsbare ouderen bevorderen? Door antwoorden te zoeken op deze vraag draagt het lectoraat bij aan een gezonde samenleving, een profilerend thema voor Hogeschool Inholland dat richting geeft aan de inrichting van het onderwijs en onderzoek. De Gezonde Samenleving verwijst naar een integrale benadering van zorg en welzijn, waarin de mens zelf centraal staat en niet de afzonderlijke problemen waar hij of zij tegenaan loopt.
DOCUMENT
In Nederland groeit het besef dat het enkel versterken van natuurgebieden niet genoeg is om de biodiversiteitscrisis aan te pakken. Onze economie, voedselvoorziening en gezondheid zijn afhankelijk van een goed werkend ecosysteem. Bedrijven hebben hier een aanzienlijke impact op en kunnen een belangrijke rol spelen in het herstel van biodiversiteit en het realiseren van veerkrachtige ecosystemen. Na duurzaamheid ontdekken steeds meer bedrijven natuurinclusiviteit als een essentiële voorwaarde voor een gezonde bedrijfsvoering, wat wel een gedragsverandering vereist. Werkgevers kunnen positieve veranderingen stimuleren door medewerkers bewust te maken van de voordelen van natuurbehoud en duurzame praktijken, en door een werkomgeving te creëren die het belang van de natuur ondersteunt. Aeres Hogeschool (penvoerder), Hanze Hogeschool, Hogeschool Utrecht en Hogeschool Van Hall Larenstein onderzoeken samen met de praktijk hoe natuurinclusief gedrag in bedrijven kan worden gestimuleerd om de transitie naar een natuurinclusieve samenleving succesvol te volbrengen. Het tweejarige onderzoek richt zich op de domeinen Landbouw, Bouw, Infrastructuur en Gezondheid, om zo maximale impact te bereiken. Het onderzoekt de relatie tussen het individu (de werknemer) en het bredere systeem (het bedrijf en de waardeketen), waarbij het integreren van natuur in het dagelijkse gedrag van medewerkers als katalysator kan fungeren voor bredere systeemveranderingen. Door zowel het individuele als het systeemniveau te onderzoeken en gedragsinterventies te testen, biedt het onderzoek inzicht in effectieve strategieën voor het bevorderen van natuurinclusief gedrag en het creëren van een synergetische relatie tussen bedrijven, werknemers, ketenpartijen en de natuur. De inzichten en lessen uit de verschillende domeinen worden gesynthetiseerd en vertaald in een trainingsmodule, die via evenementen en publicaties breed gedeeld wordt met de praktijk. Zo kan ieder bedrijf succesvol werken aan natuurinclusieve handelingsperspectieven. Door dit ook in het onderwijs te integreren, worden toekomstige ondernemers en medewerkers voorbereid om natuurinclusieve gedragsverandering te initiëren, wat bijdraagt aan een versnelling van de transitie.
ONDERZOEKSVRAAG - Welke aanbevelingen kunnen worden gegeven voor interventies en strategieën vanuit het perspectief van thuiswonende ouderen, mantelzorgers en professionals, ter voorkoming/vermindering van kwetsbaarheid bij thuiswonende ouderen als gevolg van maatregelen tijdens een (toekomstige) pandemie? URGENTIE - Er is behoefte aan kennis over de effecten van de Corona-pandemie op ouderen. Aanbevelingen voor interventies en strategieën zijn nodig om op korte termijn te kunnen worden ingezet tegen negatieve effecten van de Corona-pandemie op korte en langere termijn, specifiek voor thuiswonende ouderen met (risico op) kwetsbaarheid. HYPOTHESE - Door verwachte negatieve effecten van de Corona-pandemie op o.a. welbevinden en leefstijl is de verwachting dat kwetsbaarheid bij thuiswonende ouderen en daarmee het risico op negatieve gezondheidsuitkomsten toeneemt. PLAN VAN AANPAK – Inzicht in prevalentie en determinanten van kwetsbaarheid voor, tijdens en na de Corona-pandemie van thuiswonende ouderen wordt verkregen met kwantitatief onderzoek onder ruim 11.000 Lifelines deelnemers (65 jaar of ouder) in de drie noordelijke provincies. Kwalitatief onderzoek wordt uitgevoerd naar ervaringen, knelpunten en behoeften van ouderen, mantelzorgers, professionals uit de thuiszorg en publieke gezondheid. Op basis van analyse van zowel de kwantitatieve data, kwalitatieve data en publieke gezondheidsoverwegingen wordt integraal perspectief verkregen op kwetsbaarheid en het omgaan met Corona-maatregelen vanuit principes van waardegedreven zorg. Aanbevelingen voor persoons- en groepsgerichte interventies en strategieën tijdens een (toekomstige) pandemie voor thuiswonende ouderen worden in co-creatie ontwikkeld voor ouderen, professionals en beleidsmakers in de eerstelijnszorg en het publieke domein. De co-creatie vindt plaats met ouderen, mantelzorgers, (thuis)zorgorganisaties, RIVM, GGD-en en gemeenten.
In Nederland lijden 1,4 miljoen mensen aan hart- en vaatziekten. Dit aantal zal oplopen tot 1,9 miljoen in 2030 . Hevige of langdurige stress is een belangrijk risicofactor voor hart- en vaatproblemen. Cardiologen hebben vastgesteld dat omgaan met stress nu als een belangrijk onderdeel van de behandeling wordt beschouwd. In 2020 publiceerde de Nederlandse Vereniging voor Cardiologie de richtlijn voor de behandeling van pijn op de borst, waarin stressmanagement wordt beschreven als een belangrijke pijler. De invulling is daarentegen nog niet uitgewerkt. In 2019 is het Radboudumc gestart met het project Blue Zone, één ontspanningsprogramma dat zich richt op gezonde, ontspannen en zinvolle levensstijl . Het Blue Zone programma zorgt voor een verbetering van kwaliteit van leven; zowel tijdens de behandeling als daarna. Hiermee komt er een structureel betere gezondheid en minder snelle terugval van de patiënt. Op dit moment is Blue Zone voornamelijk gericht op ontspanningsprogramma’s binnen het Radboudumc en wordt er geen data verzameld. Binnen het KIEM project “Wavy Zone - stressreductie voor een beter herstel bij hartpatiënten” wordt onderzoek gedaan naar de effectiviteit van stressmanagement en reductie door middel van de Blue Zone interventies in combinatie met biofeedback bij hartpatiënten gedurende de ziekenhuisopname en revalidatie in de eigen leefomgeving. Het doel is om de kwaliteit van zorg bij hartpatiënten te vergroten, waarbij er minder stress, angst en symptomen ontstaan. Het project draagt bij aan de KIA Gezondheid en Zorg, waaronder missie II en III. De kracht van dit project betreft de directe samenwerking tussen het Radboudumc, twee innovatieve MKB-ondernemingen Wavy Assistant B.V. en Imagine AI B.V., en de stichtingen Hart voor Vrouwen en Lindenberg Cultuurhuis. Daarnaast participeert het lectoraart Personalised Digital Health van de Hanzehogeschool als betrokken partij mee. De samenwerking in dit consortium met deze diversiteit aan kennis, vaardigheden en achtergronden is nieuw.