In September 2009 the department of Engineering of Fontys University of Applied Sciences in the Netherlands has started a pilot honours program for excellent engineering students called PRogram OUstanding Development (PROUD). Aim of this program is to give those engineering students, who have the ambition, the opportunity to work on extra profession related challenges in their study. By means of this PROUD program Fontys University of Applied Sciences is responding to the wishes of students for extra curricular activities and increasing need from the industry for excellent professionals with an extra level of theoretical knowledge and practical experience. In this paper the courses offered at the Engineering department of the Fontys University of Applied Sciences are discussed. Different study possibilities/routings for students were developed depending on earlier acquainted competences, adaptation abilities to our system (special possibilities for slow starters) and tracking and tracing by intensive study coaching. This resulted in an improvement of the yield of students to 74% of students started in 2008. After working successfully on reducing the drop out rate of our engineering students the department focused on possibilities for excellent students. The department started the PROUD pilot together with engaged engineering students. In 2008 engineering students have carried out a research among their fellow students, lecturers, other institutes [1] and industry. This resulted in a quite different approach of an honours program for the department of Electronic and Electrical Engineering. In the PROUD program the student is stimulated to personally shape his educational career and to explicitly work on developing his own competences. The PROUD excellent program starts after the first year and extends to at least 3 semesters in the following years. The student, guided by a supervisor and outside the regular study time, is working on building an excellent portfolio at the university as well as in industry. During this period the PROUD student will work in industry one day a week in average. This is on top of his bachelor educational program. The students will receive an excellent honours certificate together with their bachelor's degree at the end of the study to express their honourable work. Each year about 20 students apply for a place in PROUD but thus far only about 3-4 passed the first interview round. It turns out that student, university and industry are eager to participate in this PROUD program.
DOCUMENT
Invited Keynote, Sirius Programma/Science Guide
DOCUMENT
In mei en juni 2023 kregen alle honoursstudenten de kans om een vragenlijst inte vullen over hun ervaringen in het Honours Talent Programma. In deze infographic delen onderzoekers van het lectoraat 'Talentontwikkeling in Hoger Onderwijs en Samenleving' de eerste resultaten.
DOCUMENT
Ieder jaar in mei en juni kregen alle honoursstudenten de kans om een vragenlijst in te vullen over hun ervaringen in het Honours Talent Programma. In deze infographic delen onderzoekers van het Lectoraat 'Talentontwikkeling in Hoger Onderwijs en Samenleving' de resultaten van het onderzoek over 2021 t/m 2023.
DOCUMENT
In mei en juni 2024 kregen alle honoursstudenten de kans om een vragenlijst in te vullen over hun ervaringen in het Honours Talent Programma. In deze infographic delen onderzoekers van het lectoraat 'Talentontwikkeling in Hoger Onderwijs en Samenleving' de resultaten over het studiejaar 2023-2024.
DOCUMENT
Ieder jaar in mei en juni kregen alle honoursstudenten de kans om een vragenlijst in te vullen over hun ervaringen in het Honours Talent Programma. In deze infographic delen onderzoekers van het Lectoraat 'Talentontwikkeling in Hoger Onderwijs en Samenleving' de resultaten van het onderzoek over 2021 t/m 2024.
DOCUMENT
Uit de resultaten van een kwalitatief onderzoek bij de 32 grootste werkgevers van Noord-Nederland is lering getrokken voor het ontwerp en de uitvoering van honoursprogramma's in het hoger onderwijs.
DOCUMENT
Meer halen uit de beste studenten in het hoger onderwijs: dat is het motto van het Sirius Programma. Het doel: inzicht verkrijgen in wat de beste manier is omexcellentie te bevorderen en inzicht in de belemmeringen die hiervoor in de huidige situatie bestaan. Vanuit dit vertrekpunt zijn 20 hogescholen en universiteiten sinds 2008 gestart met excellentiebevordering onder hun beste studenten. Instellingen hebben veel vrijheid om te experimenteren en hun eigen methoden in te zetten om excellentie te bevorderen. Binnen het Sirius Programma leren instellingen veel van elkaars aanpak. Maar het blijft niet bij onderlinge kennisuitwisseling. Er wordt ook over de grens gekeken. De Verenigde Staten zijn bij uitstek een land waar excellentiebevordering altijd veel aandacht heeft genoten. In het najaar van 2011 heeft daarom een Nederlandse delegatie uit het hoger onderwijs deelgenomen aan de National Collegiate Honors Council (NCHC) Conference in Phoenix. Reflecties naar aanleiding van dit congresbezoek zijn de basis voor The Phoenix Experience. Met deze reader wordt de opgedane kennis van deze reis vastgelegd en gedeeld met andere instellingen. Ook in 2012 trekken veel betrokkenen van het Sirius Programma de grens over. Denemarken is reeds bezocht en in november staat een reis richting de Oostkust van de Verenigde Staten gepland.
DOCUMENT
Deze publicatie is als volgt opgebouwd. In hoofdstuk 1 wordt het onderwerp ingeleid en wordt uitgelegd hoe deze publicatie tot stand is gekomen. In hoofdstuk 2 wordt een impressie gegeven van de verschillen en overeenkomsten tussen de ateliers. In hoofdstuk 3 gaat Mathijs Rutten, directeur Facility Management, in op de vraag wat er nodig is om al die ateliers ook echt een plekje te geven in de gebouwen van de hogeschool. Daarna komt in hoofdstuk 4 Siebren Baars aan het woord. Hij is - naast zijn functie als docent-onderzoeker - een ervaren architect die verschillende schoolgebouwen heeft ontwikkeld. Hij gaat in op rol die de fysieke onderwijsomgeving van gebouwen ateliers speelt in het onderwijs. De 31 ateliers zijn beschreven in hoofdstuk 5 en worden voorafgegaan door een inleiding van Frank Scholten. In hoofdstuk 6 beschrijven Roelien Wierda en Ron Barendsen hun ervaringen tijdens de ontwikkeling van het InnovationLab. Tenslotte gaat Gerry Geitz in hoofdstuk 7 in op de relatie tussen ateliers en Design Based Education
DOCUMENT