Beroepen worden uitgeoefend in een dynamische maatschappij, die voortdurend en snel verandert. Het mbo is met alle tentakels geworteld in de samenleving. Vraagstukken rond vereenzaming, klimaatverandering en digitale transformatie raken ons allemaal. Omdat het beroepsonderwijs flexibel wil inspelen op maatschappelijke vraagstukken, volstaan eenduidige, gestandaardiseerde opleidingen steeds minder. Sinds 2013 werkt de directie Economie van ROC Nijmegen daarom aan de ontwikkeling van leeromgevingen waarin het leren in een schoolse omgeving en het leren in de praktijk met elkaar zijn verbonden. De ervaringen in Nijmegen hebben bruikbare inzichten opgeleverd over wat er op verschillende niveaus komt kijken bij de ontwikkeling van een netwerk van leeromgevingen op de grens tussen school en werk.
The future energy system could benefit from the integration of independent gas, heat and electricity infrastructures. Such a hybrid energy network could support the increase of intermittent renewable energy sources by offering increased operational flexibility. Nowadays, the expectations on Natural Gas resources forecast an increase in the application of Liquefied Natural Gas (LNG), as a means of storage and transportation, which has a high exergy value. Therefore, we analyzed the integration of decentralized LNG regasification with a Waste-to-Energy (W2E) plant for a practice-based case to get an idea on how it might affect the balancing of supply and demand, under optimized exergy efficient conditions. We compared an independent system with an integrated system that consists of the use of the LNG cold to cool the condenser of the W2E plant, as well as the expansion of the regasified LNG in an expander, using a simplified deterministic model based on the energy hub concept. We use the hourly measured electricity and heat demand patterns for 200 households with 35% of the households producing electricity from PV according to a typical measured solar insolation pattern in The Netherlands. The results indicate that the integration affects the imbalance for electricity and heat compared to the independent system. If the electricity demand is met, both the total yearly heat shortage and heat excess are reduced for the integrated system. If the heat demand is met, the total yearly electricity shortage is also reduced (with 100 MWh). However, the total yearly electricity excess is then increased (with 300 MWh). We observed that these changes are solely due to the increase in exergy efficiencies for heat and electricity of the W2E Rankine cycle. The efficiency of the expander is too low to offer a significant contribution to the electricity demand. Therefore, future research should focus on the affect that can be obtained by to other means of integration (e.g. Organic Rankine Cycle and Stirling Cycle).
De wereld verandert snel en ingrijpend. Daarbij staan we voor complexe maatschappelijke opgaven. Deze opgaven spelen op alle niveaus: mondiaal, Europees, nationaal, regionaal en lokaal. De missiegedreven opgaven zijn complex en vragen om een slimme, doelgerichte en creatieve aanpak met inzet van verschillende disciplines. Met ons profiel ‘kwaliteit van (samen)leven in een stedelijke omgeving’ en de ontwikkeling van zwaartepunten op digitalisering, educatie, gezondheid & welzijn, duurzaamheid willen en kunnen we als hogeschool hieraan een bijdrage leveren en waar mogelijk regie nemen. De Impuls2020-financiering stelt ons in staat om verdere invulling te geven aan onze zwaartepunten en onze onderzoeksinfrastructuur een stap verder te brengen. De Impuls2020-financiering zetten wij daarom in via drie lijnen, allen ten behoeve van onze zwaartepuntvorming: • Lijn 1: Impuls geven aan netwerk en consortia (o.a. ten behoeve van onze SPRONG-consortia) • Lijn 2: Impuls geven aan onze onderzoeksinfrastructuur en de rol van de innovatielabs daarbij • Lijn 3: Impuls aan de verdere professionalisering van onze onderzoekers Om op ieder zwaartepunt een krachtige onderzoeksgroep te realiseren dat mede lading geeft aan de invulling van het zwaartepunt alloceren wij financiering voor verdere netwerk- en consortiumvorming van onze SPRONG-consortia. Door middel van een impuls aan onze innovatielabs kunnen wij onze Publiek Private Samenwerkingen verder kracht bijzetten en onze profilering in de regio versterken. Door het ontwikkelen van gezamenlijke handelswijzen voor blended en praktijkgericht onderzoek, met bijbehorende tools en professionalisering van onze onderzoekers hiertoe, versterken wij de cross-overs op onze vier zwaartepunten. Door het aanwenden van de Impuls2020-financiering via drie lijnen met focus op onze profilering, ondersteunen wij onze onderzoeksgroepen in hun verdere ontwikkeling naar krachtige onderzoeksgroepen en werken wij toe naar een hogeschooloverstijgende onderzoeksinfrastructuur.
Transitie van landbouw naar voedsel is een zaak van vernieuwers én van de gevestigde orde. In de ontmoeting tussen die twee ligt de ruimte voor transitie. Maar hoe breng je die in kaart? En hoe navigeer je die? In vier verschillende netwerken die elk een ontmoeting vormen tussen vernieuwers en gevestigde orde staan deze vragen centraal. We organiseren bijeenkomsten met boeren, beleidsmakers en milieu-activisten om in kaart te brengen wat boeren ervan weerhoudt om te veranderen, en wie welke sleutels in handen heeft om bestaande obstakels weg te nemen en nieuwe kansen te bieden. Resultaat hiervan is handelingsperspectief richting transitie voor alle deelnemers. We bestuderen proeftuinen voor innovatieve landbouw in de Provincie Zuid-Holland, om na te gaan hoe ze met de gevestigde orde kunnen worden verbonden, en hoe gevestigde partijen kunnen aansluiten bij deze vernieuwers. Het resultaat is beter inzicht in de opschaling en uitschaling van transitie-experimenten. We begeleiden een gebiedsproces in Flevoland van boeren, tuinders, gemeente en provincie, in de context van de Floriade, waarbij we op zoek gaan naar hoe een gebiedsvisie kan bijdragen aan transitie bij ondernemers die voor een vernieuwingsopgave staan. Door deze drie projecten te begeleiden en te bestuderen, vergaren we inzicht voor professionals in wat transitieruimte is en hoe je strategisch richting transitie kunt werken. Daarnaast ontwikkelen we instrumenten die zowel de gevestigde orde als de vernieuwers kunnen gebruiken om zelf effectiever ruimte voor transitie te zoeken. De resultaten komen ter beschikking in rapporten en masterclasses voor professionals, en in papers en artikelen voor de wetenschappelijke gemeenschap.