Nederland moet innoveren. Technologisch, bestuurlijk, mentaal. Concurrentievermogen, echnologisch bijblijven zijn aanduidingen die in dit kader vaak worden gebruikt. Diverse commissies en organisaties, waaronder het innovatieplatform en Syntens, zijn inmiddels in het leven geroepen om het tempo van de technologische innovatie in Nederland omhoog te krijgen. Maar de vraag is of die werkelijk erop inspelen dat succesvolle toepassing en ontwikkeling van nieuwe technologieën van onderop komen (“bottom up”). Topdown beleidskaders bij zowel ICT als bestuurlijke als mentale innovatie hebben alleen een rol bij het verder opschalen van innovatieve successen, niet bij richting geven en realiseren. De bestuurlijke inrichting van Nederland moet op dit gegeven op korte termijn tegen het licht worden gehouden.
Dit boek geeft een antwoord op de vraag hoe sociale innovaties invulling kunnen geven aan de duurzaamheidstransitie cq. de zoektocht naar een natuurlijk sociaal contract. De relatie tussen burger, samenleving en overheid, en daarbij behorende rechten en plichten, is de kern van een sociaal contract en vormt de basis van onze moderne democratie. Maar de complexe uitdagingen van de 21ste eeuw vereisen een transitie richting een nieuw, Natuurlijk Sociaal Contract dat de relatie tussen de mens en zijn sociale en natuurlijke leefomgeving herstelt. Zonder deze omwenteling zal van structureel duurzame oplossingen weinig terechtkomen. Een Natuurlijk Sociaal Contract gaat over de inrichting en organisatie van een duurzame samenleving, maar dit vergt een noodzakelijke transitie: van onze huidige benadering waarin de individuele mens en economische groei centraal staan, naar een meer ecocentrisch en regeneratief model. Daarmee kunnen we onze samenleving en onze planeet gezond houden, ook voor toekomstige generaties. Dat vergt van elk individu, gezin, bedrijf of organisatie een transitie van ego-bewustzijn naar eco-bewustzijn. Elke sociale innovatie die de impact heeft van een doorbraak- of systeeminnovatie binnen de duurzaamheidstransitie, levert een belangrijke bijdrage aan dit natuurlijk sociaal contract.
Hogeschool Inholland heeft op dit moment een hoogwaardige digitale leeromgeving. Echter, gezien de continue ontwikkelingen binnen de onderwijstechnologie is het belangrijk om een alert en wendbaar digitaal leerlandschap te blijven aanbieden. Omdat technologie in sommige gevallen ook een versneller kan zijn van onderwijsinnovatie, is Inholland gestart met het project “Innovatie met EdTech” wat het mogelijk maakt om innovatieve technologieën experimenten uit te voeren. Er ontbreekt een objectief evaluatieinstrument om deze technologien op een objectieve maar inzichtelijk manier te beoordelen op hun meerwaarde om hiermee een eventuele grootschalige implementatie mogelijk te maken. Hiervoor is de Inholland Innovatie Index ontwikkeld: een multidisciplinaire evaluatiemethodiek die een kansrijke applicatie beoordeelt op drie hoofdcategorieën met diverse subcategorieën. In een workshops setting waarbij diverse actoren aanwezig zijn, worden de resultaten besproken. Na afloop worden de bevinden geplot in de Inholland Innovatie Index resulterend in een groene, oranje of rode kleur per categorie waardoor een algemeen beeld ontstaat rondom het succes van de pilot. Met behulp van de Inholland Innovatie Index zijn tien pilots geëvalueerd met een divers resultaat. De Inholland Innovatie Index blijkt een nuttig instrument om begrip te creëren voor de diverse standpunten en inzichten die mede leiden tot een negatief advies. Daarnaast blijkt dat waardevolle lessen die bij minder ‘succesvolle’ pilots zijn opgedaan door het gebruik van de Inholland Innovatie Index niet verloren gaan.
Het onderwijs wordt voortdurend vernieuwd, maar niet altijd met succes. De klassieke projectrespons blijkt vaak inadequaat in complexe innovatieprocessen. Echter, een alternatieve verandermethodiek ontbreekt. In dit project ontwikkelen we een overzicht aan verandertechnieken voor complexe onderwijsinnovaties, weergegeven in de Veranderkaleidoscoop. Doel Doel van dit onderzoek was om een veranderrepertoire te ontwikkelen voor onderwijsinnovatie, door samen met veranderaars uit het hbo te onderzoeken welke aanpak, interventies en tactieken veranderaars inzetten en welke onderliggende mentale modellen aan die keuzes ten grondslag liggen. Resultaten De resultaten van het onderzoek zijn samengevat in wat we noemen ‘de Veranderkaleidoscoop’. De Veranderkaleidoscoop is: • een denkmodel waarmee je • kunt onderzoeken hoe je invloed uitoefent als veranderaar, waar nog • ontwikkelruimte zit en • welke aspecten ten grondslag liggen aan dat repertoire. Looptijd 01 september 2020 - 01 september 2022 Aanpak Ontwerponderzoek, waarin: (1) door middel van diepte-interviews is onderzocht welke interventies, tactieken en mentale modellen veranderaars inzetten (2) in een aantal rondes met veranderaars een denkmodel is ontwikkeld, de Veranderkaleidoscoop
Het onderwijs wordt voortdurend vernieuwd, maar niet altijd met succes. De klassieke projectrespons blijkt vaak inadequaat in complexe innovatieprocessen. Echter, een alternatieve verandermethodiek ontbreekt. In dit project ontwikkelen we een overzicht aan verandertechnieken voor complexe onderwijsinnovaties, weergegeven in de Veranderkaleidoscoop.
Het programma Innovatielabs geeft een impuls aan nieuwe veerkracht in de culturele en creatieve sector. Het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie, namens alle rijkscultuurfondsen, en ¬CLICKNL voeren het programma uit in opdracht van het ministerie van OCW. Dit flankerende onderzoekstraject richt zich op kennisontwikkeling voor de bredere culturele en creatieve sector. Doel van dit traject is een brede inbedding van de binnen het programma opgedane kennis en inzichten. Een team van lectoren, bestaande uit Walter van Andel (HKU), Sabine Niederer (Hogeschool van Amsterdam), Paul Rutten (Hogeschool Rotterdam), en Daniëlle Arets (Fontys) volgt de activiteiten binnen Innovatielabs en draagt actief bij aan kennisdeling, zowel tussen de Innovatielabs-projecten onderling als tussen deze projecten en de culturele en creatieve sector. Naast het delen van bestaande kennis over innovatieprocessen en -modellen, genereren de lectoren nieuwe kennis en inzichten die kunnen bijdragen aan het oplossen van complexe vraagstukken binnen én buiten de culturele en creatieve sector.