Increasingly aware of the importance of active lifestyles, many people intend to exercise more. One of the main challenges is to translate exercise intentions into actual exercise behaviour, the so-called intention-behaviour gap. To investigate barriers and enablers that affect this gap, we conducted a 7-day diary study with 16 women. Participants indicated what their exercise intentions and behaviour were per day, and whether and why they changed retrospectively during the day. Through the diary study, we gain insights into (i) the intention-behaviour interplay, and (ii) the experienced barriers and enablers that influence this interplay throughout the day. Based on the findings, we contribute new implications for design in supporting people translating their intentions into exercise behaviour. We propose three design concepts to illustrate underlying design opportunities. The focus is on positively influencing the interplay of enablers and barriers of exercising and how these can be addressed through design
DOCUMENT
Bamboo Brands en HAS green academy lanceren het Consumer Behaviour Lab (CBL). Het CBL ontwikkelt betrouwbare voorspellingsmethoden die voedselkeuzegedrag meten in plaats van intenties van consumenten. Dit vergroot het potentieel marktsucces van foodconcepten en dringt voedselverspilling terug. Daarnaast voorziet het CBL studenten in het hbo-onderwijs van relevante praktijkervaring in voedselinnovatie en onderzoekmethoden. Een eerste dienst is nu beschikbaar: de Discovery Assessment.
LINK
In general, people are poorly protected against cyberthreats, with the main reason being user behaviour. For the study described in this paper, a ques-tionnaire was developed in order to understand how people’s knowledge of and attitude towards both cyberthreats and cyber security controls affect in-tention to adopt cybersecure behaviour. The study divides attitude into a cog-nitive and an affective component. Although only the cognitive component of attitude is usually studied, the results from a questionnaire of 300 respond-ents show that both the affective and cognitive components of attitude have a clearly positive, albeit varying, influence on behavioural intention, with the affective component having an even greater effect on attitude than the cog-nitive aspect. No correlation was found between knowledge and behavioural intention. The results indicate that attitude is an important factor to include when developing behavioural interventions, but also that different kinds of attitude should be addressed differently in interventions.
DOCUMENT
In de transitie naar duurzame voedselsystemen is de consumptie van duurzaam geproduceerd vlees een eerste stap. Vlees eten is diepgeworteld in onze eetcultuur. Het veranderen van eetpatronen naar minder vlees (flexitariërs), geheel geen vlees (vegetariërs, veganisten) of de overstap naar vleesvervangers/kweekvlees, vraagt tijd. Om op kortere termijn een verschil te maken, zal het stimuleren van de keuze van consumenten voor duurzaam geproduceerd vlees in belangrijke mate bijdragen aan de gewenste verandering richting ‘minder en beter’. In aanvulling op hedendaagse vervangingsstrategieën van retailorganisaties, beoogt dit project consumentenpull naar duurzame vleesproducten te realiseren. Dit vraagt om specifieke tactieken, wetende dat consumenten een intention-behaviour gap vertonen met betrekking tot duurzaamheid: de wil is er, maar vertaalt zich onvoldoende in koopgedrag. Dit komt doordat een sociaal dilemma optreedt: een ego-belang in strijd met een maatschappelijk belang. Om dit te overkomen, is een combinatie van intentiebeïnvloeding, bewijsvoering en gedragsbeïnvloeding nodig. Kennis hiervan is echter gefragmenteerd, onvoldoende doorgedrongen in de praktijk en niet specifiek genoeg om consumentengroepen met een latente vraag voldoende aan te spreken. DIERZAAM zal integrale (marketing)principes ontwikkelen voor duurzame gedragsverandering, om het marktaandeel van duurzame vleesproducten te vergroten en daarmee bij te dragen aan de transitie van het voedselsysteem. Met een Design Thinking aanpak ontwikkelen we een breed en diep beeld van consumentenmotivaties en -gedrag. Vanuit dit beeld worden iteratief interventies ontwikkeld: van idee naar prototype naar test bij die consumentensegmenten waar de relevantie, en daarmee mogelijke impact, het grootst is. De centrale onderzoeksvraag luidt: “Hoe kunnen positionerings-, waarborgings- en gedragsbeïnvloedende strategieën het koopgedrag van duurzaam vlees van specifieke consumentengroepen zodanig stimuleren dat een groter marktaandeel van duurzaam vlees wordt bereikt?” Het consortium achter dit voorstel bestaat uit diverse MKB-organisaties, zoals producenten van duurzame vleesproducten, marketing- en communicatiespecialisten, ketenpartners, brancheverenigingen en kennispartners op gebied van consumentenpsychologie, gedragsverandering en agrifood & business.
Succesvolle plantaardige, eiwitrijke voedselinnovaties zijn cruciaal om onze eiwittransitiedoelstellingen te halen. Met een streefdoel van 60% plantaardig eiwit in het dieet in 2030 (KIA LWV) blijft de eiwittransitie steken op zo’n 40%, ondanks het groeiende aanbod van nieuwe producten. De kans op marktfalen van voedselinnovaties ligt tussen 34%-80%, deels doordat consumenten bij testen aangeven wel een koopintentie te hebben voor het nieuwe product, maar deze niet omzetten naar daadwerkelijke aankoopgedrag. Klassieke methoden om (voedsel)innovaties bij consumenten te testen, zoals vragenlijsten, richten zich veelal op koopintenties en niet op koopgedrag, waardoor ze onvoldoende inzichten bieden voor optimalisatie van innovaties. Accuratere methoden, zoals gedragsobservaties, zijn vaak te ingewikkeld en duur voor startende, innovatieve ondernemers. Om toch aankoopgedrag te bevorderen, geven producenten aan behoefte te hebben aan handreikingen om de faalkans van hun innovaties te verkleinen. De eerste stap hiertoe is om innovatieve producten zo goed mogelijk zelfstandig te kunnen testen, voordat deze op de markt worden geïntroduceerd. Dit project draagt bij aan het aanpakken van de klimaatcrisis door in te spelen op de praktische behoeften van duurzame ondernemers. Het biedt hen tools om zelfstandig, vanuit eigen onderzoek, hun plantaardige en eiwitrijke voedselinnovaties beter af te stemmen op de wensen van hun doelgroep. Dit vergroot zowel de kans op marktsucces en kostenbesparing, én het helpt de eiwittransitie versnellen. Het project beoogt een praktisch handelingsperspectief te ontwikkelen voor ondernemers, bestaande uit kennis over verschillende consumententypes, plus een onderzoeksmethodiek met instructies over hoe ze zelfstandig effectief onderzoek kunnen doen om inzicht te verkrijgen in hoe hun voedselinnovaties kunnen worden aangepast aan de behoeften van de doelgroep. Door iteratieve toepassing en validatie van de onderzoeksmethodiek bij de praktijkpartners vindt doorwerking plaats tijdens het lopend onderzoek. Daarnaast wordt het beroepsonderwijs van HAS green academy en Hogeschool Utrecht betrokken voor directe doorwerking van leerervaring, kennis en inzichten.