Het hebben van een gebroken schoolcarrière is een bekende risicofactor voor problemen in de ontwikkeling van jongeren (Meij & Ince 2013). Het is dan ook een belangrijke oorzaak van het ontstaan van uitsluiting en ongelijkheid. Om deze negatieve gevolgen af te wenden is een preventieve aanpak noodzakelijk. Hierbij heeft een gezamenlijke preventieve aanpak de voorkeur boven een geïsoleerde aanpak die zich op één kenmerk van de jongere of diens leefsituatie richt. Samenwerken tussen jongerenwerk en VO maakt een brede preventieve aanpak mogelijk. Deze brochure beschrijft wat de potentiële bijdrage is van de samenwerking tussen jongerenwerk en VO aan het versterken van de schoolcarrières van jongeren, welke vormen van samenwerking er zijn en wat de succesfactoren zijn van de samenwerking tussen jongerenwerk en VO.
Artikel over de tekortschietende samenwerking tussen opleidingen, welzijnsorganisaties en onderzoekers in de professionalisering van het jongerenwerk. Aanleiding is het debat over professionalisering van de sociaal agogische beroepen. Dr. Metz, programmadirecteur bij Youth Spot, stelt dat klassieke professionaliseringstrategieën, met wetenschappelijke experimentele kennis als norm, niet altijd goed aansluiten bij de uitvoeringspraktijk. Youth Spot is een onderzoek- en praktijkcentrum voor jongerenwerk. Het heeft tot doel gezamenlijk te werken aan de profilering, professionalisering en praktijkontwikkeling van het jongerenwerk. Dit artikel belicht de aanleiding voor het ontstaan van Youth Spot, de structuur van de samenwerking, de ervaringen met de wijze van samenwerken en de meerwaarde voor de professionalisering van het grootstedelijk jongerenwerk. Daarmee biedt dit artikel enerzijds een kijkje in de keuken van het (groot)stedelijke jongerenwerk en anderzijds biedt zij inzicht in ervaringen met alternatieve professionalisering strategieën.
Deze reader is bedoeld voor studenten pedagogiek, sociaal werk en sociaal beleid om kennis te maken met de samenwerking tussen jongerenwerk en onderwijs. Het biedt kernliteratuur over de meerwaarde van de samenwerking jongerenwerk en onderwijs voor (kwetsbare) jongeren, scholen, jeugdprofessionals én de samenleving, de werking en de randvoorwaarden voor een goede samenwerking tussen jongerenwerk en school.
In de Eindhovense wijk Meerhoven is er in toenemende mate sprake van jeugdoverlast. Dit concentreert zich vooral rond het winkelcentrum waar door bewoners in toenemende mate melding bij de politie melding wordt gemaakt van vernielingen, geluidsoverlast en het achterlaten van rommel. Bewoners en jongeren komen steeds meer tegenover elkaar te staan. Binnen het lopende project Bubble Games wordt een design interventie uitgevoerd om deze groepen weer dichter bij elkaar te brengen. Virtual Reality (VR) en samenwerking worden ingezet om mensen te helpen zich in ‘de ander’ en diens leefwereld te verplaatsen en daarmee begrip en empathie te bevorderen. Het stimuleren van verbindend contact tussen groepen via onderlinge samenwerking bevordert positieve beeldvorming over en weer. De interventie die ontwikkeld is in het lopende Bubble Games project is echter lastig opschaalbaar vanwege de hoge kosten die ermee zijn gemoeid. De gemeente Eindhoven heeft aangegeven behoefte te hebben aan een praktische vertaling van de resultaten uit Bubble Games die kan worden ingezet in andere wijken in de stad. Immers, politie en het jeugd- en jongerenwerk hebben vaker te maken met groepen waartussen spanningen bestaan. Er is dan ook behoefte aan een ‘pocket size’ versie van de interventie die (a) aansluit bij de leefwereld van jongeren, (b) relatief makkelijk is in te zetten en (c) groepen dichterbij elkaar brengt. Tot op heden wordt in het jeugd- en jongerenwerk veelal gebruik gemaakt van de dialoog als middel om partijen tot elkaar te brengen. De nieuw te ontwerpen tool vormt een vernieuwende aanvulling op deze bestaande werkwijze. Voor het ontwikkelen en testen van een proof-of-concept wordt voortgebouwd op de kennis die is opgedaan binnen het lopende Bubble Games project. In co-creatie met de doelgroep worden de werkzame mechanismen vertaald naar ontwerpen en ontwerprichtlijnen voor een schaalbare (laagdrempelige en adaptieve) tool.
Meidenwerkers menen van grote waarde te zijn voor het realiseren van de transformatiedoelen die voortvloeien uit de grootschalige stelselvoorziening in het sociale domein. Voor het werkelijk realiseren van hun ambitie hebben meidenwerkers hulp nodig. Meidenwerkers willen aan gemeenten, managers en collega-professionals kunnen laten zien wat concrete resultaten zijn van het meidenwerk voor het versterken van de eigen kracht. Daarvoor willen meidenwerkers meer weten over de werking van het meidenwerk. Ook willen meidenwerkers op specifieke onderdelen hun methodiek verbeteren. Meidenwerkers en hun organisaties door heel Nederland hebben lectoraat Youth Spot gevraagd om middels deze RAAK- Publiek aanvraag vast te stellen of en hoe het meidenwerk bijdraagt aan het versterken van de eigen kracht van meiden en op welke manier het meidenwerk beter ingezet kan worden op het gebruik van de groep, de familie en het netwerk. Consortium: In het consortium participeren de organisaties die investeren en meewerken aan de uitvoering van het project. Deze bestaat naast de Hogeschool van Amsterdam uit 9 publieke organisaties: ContourdeTwern, JoU, Dock, IJsterk, Streetcornerwork, Participe, Combiwel, Stichting Jeugd en Jongerenwerk Midden Holland en Dynamo. Deze organisaties zijn aanbieders van meidenwerk in grootstedelijke, stedelijke en landelijke omgevingen uit het midden, westen en zuiden van het land. Ambitie: De ambitie van meidenwerkers en hun organisaties is om met dit project aan te tonen wat de werking en het resultaat is van het meidenwerk voor het versterken van de eigen kracht van meisjes en jonge vrouwen en de methodiek meidenwerk zodanig te verbeteren dat die aansluit op hedendaagse ontwikkelingen in jeugd- en sociaal beleid. Dit opdat gemeenten blijven investeren in het meidenwerk en meisjes en jonge vrouwen in kwetsbare posities toegang houden tot ondersteuning bij het ontwikkelen van hun eigen kracht. Resultaat: Handboek: ?Kracht van meiden 2.0? waarin de met empirie onderbouwde methodiek meidenwerk beschreven staat. Nieuw ontwikkelde instrumenten worden opgenomen in de herziene methodiekbeschrijving. Ook wordt er een online platform ontworpen, waar professionals en studenten door middel van blended en sociaal leren de gelegenheid krijgen om zich de ontwikkelde kennis en instrumenten werkelijk eigen te maken. Projectplan: Het projectplan bestaat uit drie fases waarin vijf werkpakketten centraal staan. Fase 1 beslaat het onderbouwen van de methodiek (WP1), fase 2 het doorontwikkelen van de methodiek (WP 2,3 & 4) en de 3e fase kenmerkt zich door kenniscirculatie en disseminatie (WP5).