Dit document bevat informatie over de achtergrond, de onderbouwing en de inhoud van de leermodule. De leermodule is onder meer gebaseerd op het kennisdocument Bejegening jongeren 16-23 jaar door jeugdprofessionals. Uitgebreide instructies voor de uitvoering van de leermodule zijn te vinden in een apart handboek.
DOCUMENT
Het handboek is bedoeld voor de uitvoerder(s) van de leermodule Bejegening jongeren 16-23 jaar door jeugdprofessionals. Deze module heeft als doel de kwaliteit van het aangaan en onderhouden van contact te verbeteren en/of onderhouden met jongeren en jongvolwassenen die gebruik maken van professionele hulp en ondersteuning. De leermodule is ontworpen voor zelfstandig gebruik in professionele organisaties. Dit document bevat uitgebreide instructies en handvatten voor het uitvoeren van de leermodule.
DOCUMENT
De Leerbijeenkomst is onderdeel van de leermodule Bejegening jongeren 16-23 jaar door professionals. De leermodule bevat informatie over de achtergrond, de onderbouwing en de inhoud van de leermodule. De leermodule is onder meer gebaseerd op het kennisdocument Bejegening jongeren 16-23 jaar door jeugdprofessionals. Uitgebreide instructies voor de uitvoering van de leermodule zijn te vinden in een apart handboek.
DOCUMENT
De publicatielijst bevat alle publicaties van het lectoraat Jeugd en Samenleving in de periode 2013 - 2020
DOCUMENT
Cliëntgecentreerde zorg vormt binnen de Nederlandse gezondheidszorg een belangrijk thema, dat in de praktijk niet eenvoudig uit te voeren blijkt. Ook het multidisciplinaire pijnteam van Adelante te Hoensbroek wil cliëntgecentreerde zorg verder vorm geven in de dagelijkse praktijk. Bij cliëntgecentreerde zorg bepalen niet de zorgverlener en het beschikbare aanbod de inhoud van de zorg, maar wordt in samenspraak met de cliënt gekeken naar wat de cliënt in zijn situatie en met zijn mogelijkheden nodig heeft. Uit onderzoek in de thuiszorg is naar voren gekomen dat de professionals voor cliëntgecentreerde zorg over een aantal specifieke competenties moeten beschikken, namelijk het zorgproces uitvoeren in dialoog, bevorderen cliëntparticipatie en omgaan met spanningsvelden. Bij de competentie ‘Zorgproces in dialoog’ is samenwerking met de cliënt en gezamenlijke besluitvorming van belang; bij het ‘Bevorderen van cliëntparticipatie’ ondersteunt en motiveert de zorgverlener de cliënt om deel te nemen aan het zorgproces en bij het ‘Omgaan met spanningsvelden’, ten slotte, kan de professional omgaan met organisatorische en persoonlijke grenzen en met ethische dilemma’s.
DOCUMENT
Inleiding. Gedurende de opleiding Sportkunde leren studenten gezondheidsproblemen signaleren en leefstijlverbeteringen te bedenken. Dit o.a. middels eHealth. eHealth biedt sportkundige extra mogelijkheden voor informatieoverdracht, optimale monitoring en feedback. In het derde jaar ontwikkelen studenten een leefstijl-bevorderende groepsinterventie, met speciale aandacht voor eHealth. Deze module paste een meer digitale aanpak. Een digitale leeromgeving stelt studenten in staat flexibeler en verdiepend te leren en vereenvoudigd het zien van verbanden tussen opdracht, theorie, praktijk. Doelstelling. De ontwikkeling en evaluatie van een blended-onderwijsmodule ‘Gedragsverandering en leefstijlinterventie met behulp van eHealth’ voor de opleiding Sportkunde. Methode. Met een vooronderzoeksfase en ontwerpfase is op systematische wijze gewerkt aan de nieuwe onderwijsmodule over eHealth. In het vooronderzoek zijn zes focusgroepen uitgevoerd met studenten (n=25), docenten (n=6) en professionals (n=10). Hierbij zijn ervaringen, wensen en behoeften rondom eHealth geïnventariseerd en geanalyseerd. Samen met leerdoelen uit de leerlijn zijn de resultaten uit deze inventarisatie gevormd tot een script voor de nieuwe module. In werksessies is de inhoud en vorm bepaald. In de ontwerpfase is dit script omgezet tot een blended-aanpak in de digitale leeromgeving van Inholland: Moodle. Theorie en passende praktijkvoorbeelden, alsook individuele- en groepsopdrachten werden toegevoegd. Om het groepsproces van studenten te monitoren is de TeamTester ingezet. In het tweede semester van studiejaar 2019/2020, is een eerste prototype van de module met 25 derdejaars sportkunde studenten getest en formatief geëvalueerd om verbeterpunten te verzamelen. De nieuwe opzet is geëvalueerd middels een logboek door de docent en een online vragenlijst (halverwege en eind) voor de studenten. Het logboek beschreef geplande taken en doelen per bijeenkomst, aangevuld met ervaringen en eventuele adaptaties tijdens de uitvoer. De anonieme vragenlijsten voor studenten bestond uit stellingen over opzet en inhoud van de module (geheel mee eens – geheel mee oneens), aangevuld met open vragen voor diepgang. Met behulp van deze formatieve evaluatie werd bestudeerd of de aanpak volgens de student relevant, bruikbaar en van meerwaarde was. Stellingen met de hoogst afwijkende scoren of zorgwekkende opmerkingen werden elementen voor aanpassing. Resultaten. Uit de focusgroep gesprekken in de vooronderzoeksfase, bleek dat informatie over en praktische toepassingen van eHealth van toegevoegde waarde zouden zijn voor het werkveld en onderwijs. De centrale opdracht in de module is het ontwikkelen van een eHealth interventie volgens de stappen van Intervention Mapping (IM). In de module worden eHealth theorie en toepassingen getoond en is het IM-proces visueel gemaakt in een tekening (figuur 1a) en deze tekening is met H5P (software voor interactieve content) voorzien van doorklik-links naar bijpassende lesactiviteiten, lesmateriaal, eHealth informatie. De module was opgezet in een blended-vorm, maar door COVID-19 na 6-weken, zonder grote problemen, overgegaan naar een volledige online module. Deze onverwachtse overgang kan een negatief effect hebben gehad op de evaluatie van de module. Desondanks was de evaluatie van studenten positief over opzet en inhoud. Vele studenten zouden de structuur en helderheid van deze opzet vaker terugzien in het onderwijs. Als verbeterpunt werd aangegeven dat ze (meer) weekstructuur en duidelijkheid in de werklijnen wensten. De docent was enthousiast over de toegenomen betrokkenheid van de studenten, maar binnen de digitale omgeving miste zij enkele technische koppelingen in het systeem. Deze veranderingen zijn inmiddels doorgevoerd. Conclusie. De blended module is goed beoordeeld. De aanpak binnen de module draagt bij aan effectief leren en sluit aan op de eHealth informatie behoefte van studenten, docenten en praktijk. De module is reeds geïmplementeerd in het 3e leerjaar van Sportkunde en de eerste mooie interventies zijn ontwikkeld. De opzet en structuur dient nu al als voorbeeld voor vele anderen collega docenten. Ook wordt vanuit Vitale Delta de informatiebehoefte omtrent eHealth bij andere hogescholen bestudeerd.
DOCUMENT
De manier waarop hulpverleners met jongeren omgaan, is een kernelement van de kwaliteit en effectiviteit van professionele hulp. Die zogenoemde bejegening wordt door jongeren niet altijd als positief ervaren. Hoe kan dit anders en beter? Contact met deze leeftijdsgroep vraagt een specifieke manier van benaderen omdat jongeren niet meer als kinderen aangesproken willen worden, maar ook nog niet als volwassenen. In de overgang naar volwassenheid verlangen jongeren naar zelfstandigheid en zelf zaken regelen, maar hebben ze ook een vangnet nodig voor als het mis gaat. Voor het Kennisportaal van NEJA is in samenspraak met het Jeugdplatform en het MBO-Jeugdteam in Amsterdam de volgende vraag geformuleerd: Wat kunnen professionals in de begeleiding van oudere jeugd (16-23 jaar) doen om de kans op een goed contact en een werkzame werkrelatie te bevorderen? In dit rapport geven we antwoord op deze vraag en wat er nodig is om goede bejegening een structureel onderdeel te maken van de alledaagse werkpraktijk van professionals. Het onderzoek is gefinancierd vanuit KeTJA.
DOCUMENT
MKB-fysiotherapeuten brengen tijdens het eerste consult de cliënt in kaart en bouwen een relatie op met de cliënt. Voor mensen met een chronische aandoening is deze cliënt-therapeut relatie belangrijk omdat deze voorspellend is voor therapietrouw, het effect van de behandeling en, op de langere duur, de gezondheid van de cliënt en therapeut. Cliënten met chronische klachten vinden het lastig de eigen gedachten over klachten over te brengen aan de therapeut. Als de cliënt daarnaast ook moeite heeft met het begrijpen van de vragen en informatie van de therapeut kan dat leiden tot het gevoel niet begrepen te worden. Als bovendien de therapeut deze beperkte gezondheidsvaardigheden niet herkent kan dit leiden tot een onvolledig biopsychosociaal beeld van de cliënt, onvrede over de communicatie en keuze van de behandeling. MKB-fysiotherapeuten geven aan beperkte gezondheidsvaardigheden tijdens de eerste ontmoeting niet te herkennen en missen communicatiestrategieën en middelen ter verbetering van de communicatie. Bekende communicatiestrategieën en middelen zijn vooral onderzocht in de medische setting en niet direct toepas-baar in de fysiotherapeutische context. MKB-fysiotherapeuten vragen dan ook hulp bij het ontwikkelen van nieuwe- en door ontwikkelen van bestaande communicatiestrategieën en middelen specifiek voor de fysiotherapeutische context ter ondersteuning van de communicatie bij cliënten met een chronische aandoening en beperkte gezondheidsvaardigheden. Dit onderzoek volgt de stappen van intervention mapping vanuit de unieke fysiotherapeutische situatie met een vaste kerngroep MKB-fysiotherapeuten, cliënten met een chronische aandoening en beperkte gezondheidsvaardigheden, docent-onderzoekers en designers. Er is behoefte aan patiëntgerichte com-municatiestrategieën en middelen met als doel deze te evalueren en te implementeren(stap 1-2), Tijdens de ontwerpfase zullen bestaande communicatiestrategieën en middelen worden aangepast voor de fysio-therapeutische context en eventueel nieuwe strategieën en middelen ontwikkeld worden in 3 design-cycli(stap 3-5). Implementatie vindt plaats binnen onderwijs en MKB-fysiotherapeuten waarbij de haalbaarheid wordt geëvalueerd middels een feasibility study(stap 6).
Zorgprofessionals willen graag dat mensen die zorg nodig hebben regie houden over hun eigen leven. Het is belangrijk dat zorgaanbieders ruimte en vertrouwen krijgen om de zorgprofessionals in hun organisatie daarin op de juiste manier te ondersteunen. Aan de andere kant zijn er de afgelopen jaren steeds meer eisen van gemeenten en financiers bij gekomen. Daardoor moeten zorgaanbieders vaker verantwoording afleggen aan deze kaderstellende partijen: er is meer beheersing van buiten de organisatie. Toezicht is belangrijk, zorgaanbieders willen verantwoording afleggen, maar de huidige control-systemen hebben volgens hen steeds meer negatieve effecten. Het spanningsveld tussen toezicht enerzijds en het leveren van goede zorg en behoud van motivatie door professionals anderzijds leidt tot een suboptimale situatie tussen beide partijen. Hoe komen ze daaruit? In dit project gaat het consortium samen met zorgaanbieders, hun zorgprofessionals en kaderstellende partijen nieuwe vormen van control ontwikkelen. Het is de bedoeling control-systemen te ontwikkelen die voldoen aan eisen van transparantie en verantwoording en die ook bijdragen aan de motivatie van zorgprofessionals, recht doen aan de onderlinge relatie, minder administratielast vragen en rekening houden met de professionaliteit van de zorgprofessionals. Door te zorgen voor de juiste hulpmiddelen (in de vorm van een training en een handleiding) kunnen ook andere partijen profiteren van dit project. Het consortium bestaat uit twee zorgaanbieders, één gemeente, de Hanzehogeschool, de Erasmus Universiteit en de beweging ‘Radicale Vernieuwing’ van het Landelijk Orgaan Cliëntenraden. Het gehele samenwerkingsverband beslaat 1 hogeschool (2 lectoraten, 1 Centre of Expertise en 1 adviesorgaan), 3 universiteiten, 5 zorgorganisaties, 3 aan de zorg-gerelateerde kenniscentra en adviesorganen en 2 gemeenten.