"In het kader van het Programma Samenwerking DJI-3RO zijn zomer 2019 onder de noemer ‘Effectieve Praktijken’ experimenten gestart in negen verschillende Penitentiaire Inrichtingen (Heerhugowaard, Nieuwegein, Roermond, Schiphol, Veenhuizen, Vught, Zaanstad, Zutphen, Zwolle). Daarnaast startte in januari 2020 het project ‘Selectie Ondersteunend Model (SOM)’ in twee andere Penitentiaire Inrichtingen (Arnhem, Sittard). Doel van beide initiatieven is het betrekken van de specifieke expertise van de reclassering om re-integratietrajecten voor gedetineerden te versterken en terugval in delinquent gedrag te helpen voorkomen. Het (intensiveren van het) samenwerken met gemeenten en met andere ketenpartners ligt hierbij voor de hand. Hogeschool Utrecht (HU) heeft van september 2019 tot en met juni 2021 onderzoek gedaan naar de experimenten binnen het project Effectieve Praktijken en van februari 2020 tot en met juni 2021 naar de ontwikkeling van het SOM. Deel 1 van ‘Binnen beginnen om buiten te blijven’ (Eindrapport Effectieve Praktijken en Selectie Ondersteunend Model) beschrijft de eindresultaten van beide onderzoeken."
DOCUMENT
"In het kader van het Programma Samenwerking DJI-3RO zijn zomer 2019 onder de noemer ‘Effectieve Praktijken’ experimenten gestart in negen verschillende Penitentiaire Inrichtingen (Heerhugowaard, Nieuwegein, Roermond, Schiphol, Veenhuizen, Vught, Zaanstad, Zutphen, Zwolle). Daarnaast startte in januari 2020 het project ‘Selectie Ondersteunend Model (SOM)’ in twee andere Penitentiaire Inrichtingen (Arnhem, Sittard). Doel van beide initiatieven is het betrekken van de specifieke expertise van de reclassering om re-integratietrajecten voor gedetineerden te versterken en terugval in delinquent gedrag te helpen voorkomen. Het (intensiveren van het) samenwerken met gemeenten en met andere ketenpartners ligt hierbij voor de hand. Hogeschool Utrecht (HU) heeft van september 2019 tot en met juni 2021 onderzoek gedaan naar de experimenten binnen het project Effectieve Praktijken en van februari 2020 tot en met juni 2021 naar de ontwikkeling van het SOM. Dit rapport (deel 2 van ‘Binnen beginnen om buiten te blijven’) bevat een uitgebreide beschrijving van de experimenten in alle elf PI’s. Er is zoveel als mogelijk dezelfde structuur aangehouden in het beschrijven van de wijze waarop de experimenten zijn georganiseerd en de wijze waarop ze vorm hebben gegeven aan het gezamenlijk werken aan re-integratietrajecten voor gedetineerden."
DOCUMENT
Op 28 maart 2024 vond de slotbijeenkomst van het project Natuurinclusieve Gebiedsontwikkeling plaats in het Natural Pavilion te Almere. Tijdens deze bijeenkomst werden de belangrijkste bevindingen en aanbevelingen per case gepresenteerd van twee jaar onderzoek met als hoogtepunt de presentatie van de whitepaper met natuurinclusieve uitgangspunten. Naast de presentaties was er een posterexpositie georganiseerd waarbij op de posters de belangrijkste uitkomsten van diverse deelonderzoeken werden gepresenteerd. De posters van onderzoekers en studenten zijn in deze publicatie gebundeld.
DOCUMENT
Het plaatsen en onderhouden van fysieke inrichtingselementen in de openbare ruimte is kostbaar. Meer efficiënt gebruik van het bestaande aanbod in de fysieke omgeving door passend beweegstimuleringsaanbod is wenselijk en efficiënter gebruik kan bijdragen aan het verminderen van bewegingsarmoede. In ‘Changing Views’ staan drie onderzoeksvragen centraal: 1) Kunnen kinderen met behulp van technologische ondersteuning worden verleid om gebruik te maken van andere locaties dan zij gewend zijn? 2) Kan de perceptie en zienswijze van kinderen op de beweegvriendelijkheid van de omgeving worden beïnvloed middels gerichte blootstelling aan inrichtingselementen via de technologische applicatie ‘missiemaster’? 3) Hoe kan het gebruik van de openbare ruimte door kinderen worden geoptimaliseerd en kunnen kinderen die van nature minder beweegdrang hebben, meer gestimuleerd worden om te bewegen door hen actief te betrekken in de ontwikkeling van beweegstimuleringsaanbod? Onderzoeksvraag 1 wordt onderzocht middels een kleinschalig experiment door het gebruik van missiemaster, waarmee kinderen via een GPS-route door hun wijk worden ‘rondgeleid’ (werkpakket 1). Op basis van een herhaalde meting bij basisschoolleerlingen en de evaluatie van app-gegevens wordt het potentieel van deze technologie onderzocht. Hierbij wordt onderzocht of de perceptie van beweegvriendelijkheid van de omgeving kan worden beïnvloed en of door veranderde blootstelling aan omgevingsmogelijkheden nieuwe sociale interacties ontstaan. De kwantitatieve meting bij leerlingen vormt tevens de basis voor de selectie van een specifieke doelgroepen leerlingen voor deelname aan werkpakket 2 waarin middels een participatief actie-onderzoek passend beweegstimuleringsaanbod wordt ontwikkeld. Via meerdere iteraties in het ontwikkelproces en met behulp van een nieuw te ontwikkelen ‘efficiëntiegraadmeter’ voor buurtsportcoaches wordt in werkpakket 3 de tweede onderzoeksvraag beantwoord. In een slotsymposium worden alle projectresultaten (inzichten en ontwikkelde producten) gedeeld. Alle ontwikkelde producten worden duurzaam en vrij beschikbaar gesteld via een online platform, www.beweegvriendelijkebuurt.nl.
Gedurende het extern valideren van de Selectiemethodiek, ontwikkelt gedurende RAAK-mkb KONKRETER, bij Falco BV en AIP Partners is voor beide partijen eenzelfde potentiële toepassing interessant gebleken: De Parametrische Fundering. Funderingen van beton worden op dit moment in bekisting gegoten. Complexe vormen kosten additioneel materiaal en additionele manuren. Hierdoor ontstaan beperkingen in vormvrijheid en zijn betonnen funderingen vaak zwaar over gedimensioneerd. Beton heeft een notoire CO2 uitstoot component en het malmateriaal wordt vaak achter gelaten en is daarmee ook afval. Een casestudy van de firma Peikko laat zien dat materiaal reductie (op beton) van 75% mogelijk is wanneer gebruik wordt gemaakt van 3D betonprinten. 3D betonprinten heeft daarnaast geen bekisting nodig waardoor ook daar afval geëlimineerd wordt. Als laatste bied 3D betonprinten veel mogelijkheden voor functie integratie. Maar hoe te beginnen? Door de expertise van het Lectoraat Industrial Design op gebied van Parametrisch Modeleren en 3D betonprinten te combineren met kennis en kunde van construeren en het plaatsen van funderingen van Falco BV en AIP Partners kan onderzocht worden of dit te realiseren is. Daartoe zijn de volgende stappen opgenomen: 1) de normeringen en parameters vaststellen voor funderingen 2) een parametrisch model ontwikkelen 3) een testplan vaststellen en uitvoeren (validatie parametrische model) 4) de twee praktijkcases vervaardigen en testen 5) het parametrische model via een website beschikbaar maken, hier worden ook 3D betonprint bedrijven aan gekoppeld AIP Partners draagt een ‘Cross-Road vector’ in het Liberation Route Europe aan als case. Falco draagt een geschakelde fietsenstalling fundering als case aan waar waterinfiltratie als functie integratie een mogelijk is.
Mobiliteitshubs in of aan de rand van de stad voor goederen- en personenvervoer worden vaak genoemd als sleutel tot een succesvolle transitie naar een autovrije stad of zero-emissie zone. In dat kader zijn bij verschillende steden hubs geplaatst met uiteenlopende functies en specificaties. Onder ondernemers, van ontwikkelaars tot aanbieders van vervoersconcepten, heerst echter onzekerheid over het succes van deze hubs. Waardoor wordt het veronderstelde succes beïnvloed? Is het de locatie, de parkeergelegenheid, de connectie met andere hubs of zijn bijvoorbeeld de faciliteiten of het aanbod aan voldoende en geschikte LEV’s doorslaggevend voor het succes van een mobiliteitshub? De consortiumpartners zijn ieder op een eigenwijze en met specifieke activiteiten betrokken bij de ontwikkeling van hubs. Vanuit kennis en ervaring bieden zij samen een breed pakket aan diensten en producten die nauw verbonden zijn met het ontwerp, de bouw en de faciliteiten van hubs. Juist vanuit deze actieve rol ondervinden zij onzekerheid en onduidelijkheid met betrekking tot de eisen die aan een succesvolle hub verbonden zijn. Dit onderzoek is een verkenning van de kritische succesfactoren van hubs. De onderzoeksvraag is: welke kritische succes factoren moeten in elk geval aanwezig voor het optimale succes van een mobiliteitshub c.q. deze te laten voldoen aan de behoefte van gebruikers, en welke rol spelen LEV’s hierin? Kennis en ervaringen van betrokken partners zal leiden tot een selectie aan KSFs die vermoedelijk bijdragen aan het succes van hubs. Met veldonderzoek, interviews, desk research en analyse zal vervolgens duidelijk worden welke factoren inderdaad doorslaggevend zijn. Dit resultaat wordt verwerkt tot een toolkit voor ontwikkelaars en andere betrokken bedrijven die een leidraad zal bieden voor de cruciale keuzes voor de opzet van hubs.