Inleiding:In 2017 heeft de gemeente Amersfoort besloten om extra te investeren in maatregelen ten behoeve van kinderen uit gezinnen met een laag inkomen én volwassen minima (met een inkomen tot 120-150% van het sociaal minimum) in het raadsbesluit ‘doorontwikkeling minimabeleid’. Doel van deze doorontwikkeling was de sociale participatie van minima in de stad Amersfoort te verhogen door middel van het vergroten van het bereik van minimaregelingen. De groep die tot dan toe in beeld was bij de gemeente bestond voornamelijk uit bijstandsgerechtigden. Uit de cijfers van de minima-effectrapportage 2017 van het Nibud bleek dat er vooral sprake was van ondergebruik bij werkende minima en gezinnen met jonge kinderen. Naar aanleiding hiervan besloot het college het bereik van minimaregelingente vergroten door drempels te verlagen die het gebruik in de weg stonden, zoals schaamte en wantrouwen richting de gemeente. Om dit te bereiken is in 2018 het digitale platform Geldcheck033 opgericht dat eraan heeft bijgedragen dat er in 2019 meer gebruik is gemaakt van minimaregelingen waardoor deze huishoudens meer te besteden hadden (minima-effect rapportage 2020, Nibud).Dit rapport is een praktijkbeschrijving van Geldcheck033. Door de werkwijze op papier te zetten dragen we bij aan het verspreiden van effectievere manieren om de groep mensen die in verborgen armoede leeft te bereiken en te ondersteunen. Voor het opstellen van de praktijkbeschrijving is documentonderzoek gedaan en zijn interviews afgenomen met de teamleider van de gemeente Amersfoort en overige betrokkenen.
DOCUMENT
Zelfstandig ondernemers met recht op gemeentelijke inkomensondersteuning weten niet altijd dat zij dat recht hebben. De gemeente Krimpenerwaard voerde campagne om hen te bereiken. Deze interventiebeschrijving is voor gemeenten die ook zelfstandig ondernemers willen bereiken met hun voorzieningen voor inwoners met een laag inkomen: mensen in 'verborgen armoede'.
DOCUMENT
Ondernemers met recht op de Energietoeslag wisten niet altijd dat zij dat recht hadden. De gemeente Amsterdam voerde campagne om hen te bereiken. Ook andere voorzieningen werden daarbij gelijk onder de aandacht gebracht. Die zijn over het algemeen onder ondernemers nog minder bekend dan de Energietoeslag. Deze interventiebeschrijving is voor gemeenten die ook ondernemers willen bereiken met hun voorzieningen voor inwoners met een laag inkomen: mensen in 'verborgen armoede'.
DOCUMENT
Een aanzienlijk deel van de Nederlanders die in armoede leven heeft werk. Deze werkenden met een laag inkomen behoren relatief tot de ‘verborgen armen’, wat betekent dat zij gemeentelijke inkomensondersteunende regelingen mislopen waar zij recht op hebben. De gemeente Amsterdam werkt in haar aanpak Sociaal Werkgeverschap samen met lokale en regionale werkgevers om deze inwoners zo veel mogelijk te bereiken en ondersteunen. In deze case study is onderzocht hoe dat in de praktijk vorm krijgt en wat deze ondersteuning heeft betekend voor een aantal werknemers die in financiële nood zaten. Ook is gekeken in hoeverre werkgevers een 'vindplaats' kunnen zijn voor werkenden die in verborgen armoede leven en soms nog helemaal niet in contact zijn met de hulpstructuur in de stad. Deze case study is voor gemeenten die ook willen samenwerken met werkgevers om werkenden te bereiken met hun voorzieningen voor inwoners met een laag inkomen: mensen in 'verborgen armoede'.
DOCUMENT
In de afgelopen jaren heeft schuldpreventie een grote vlucht genomen. Budgetcursussen, voorlichting op scholen of vrijwilligers die mensen helpen hun administratie te ordenen, zijn niet meer weg te denken interventies in het lokale sociaal domein. Ook in de huidige beweging waarbij ondersteuning steeds meer in wijk en buurt wordt georganiseerd, blijft schuldpreventie een belangrijke plek innemen. Want het op orde hebben van de financiën is een belangrijke voorwaarde om te kunnen participeren. In de huidige situatie vinden professionals en vrijwilligers die invulling geven aan schuldpreventie naast elkaar het wiel uit. Lessen over een effectieve uitvoering worden nauwelijks gedeeld. Om preventiemedewerkers, maatschappelijke dienstverleners, vrijwilligers, schuldhulpverleners en al die anderen die betrokken zijn bij de uitvoering van schuldpreventie verder te helpen, heeft het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) de Hogeschool Utrecht (HU) gevraagd de praktische kennis uit de uitvoering te bundelen. Door die te delen, kan enerzijds de uitvoering van veel ingezette interventies met betrekkelijk weinig inspanning toch effectiever worden. Anderzijds kan voorkomen worden dat professionals in dezelfde valkuil vallen die hun collega’s al ontdekten. De expertkennis is uitgewerkt in acht losse werkwijzers. Per werkwijzer is uitgewerkt welke lessen er in de praktijk zijn geleerd over een effectieve uitvoering. De werkwijzers zijn dus een weergave van relevante kennis die tot nu toe vooral in de hoofden van de uitvoerend professionals zat. De werkwijzers zijn geen complete handreikingen die de lezer van A tot Z bij de hand nemen om een interventie te ontwerpen. Wel bevatten ze de inzichten, tips en trucs die professionals kunnen gebruiken bij de ontwikkeling van hun eigen interventies. Iedere werkwijzer is een losstaand stuk waarin de aandachtspunten en tips van professionals en andere betrokkenen,die de betreffende interventie op verschillende plaatsen verzorgen, zijn samengebracht. De werkwijzers vormen samen deze preventiebundelbben van de financiën is een belangrijke voorwaarde om te kunnen participeren.
DOCUMENT
Ervaringsdeskundigheid wordt in het werkveld van de (O)GGZ en het sociale domein steeds meer als een onmisbaar element beschouwd in de organisatie en uitvoering van goede zorg. Er is een groeiend palet aan opleidingen en cursussen voor ervaringsdeskundigen met een uiteenlopend lesaanbod op verschillende niveaus. Het belang van professionalisering van ervaringsdeskundigheid neemt daarbij navenant toe. In de GGZ en de verslavingszorg werken al langer opgeleide ervaringsdeskundigen. In armoede en sociale uitsluiting heeft die trend zich in Nederland pas recent ingezet. EDASU staat voor ErvaringsDeskundigheid in Armoede en Sociale Uitsluiting. Mensen die van generatie op generatie opgegroeid zijn in armoede worden hier opgeleid om als ervaringsdeskundigen de brug te slaan naar zowel mensen in armoede als naar hulpverleners.
DOCUMENT
Rapport heeft de volgende onderdelen: Gemeenten: extra middelen Gemeenten: gerealiseerde effecten UWV: inzet extra middelen Motie Ortega- Martijn c.s. Amendement Spekman c.s.
DOCUMENT
De coronacrisis heeft grote en zichtbare gevolgen voor de Nederlandse samenleving: het is stiller geworden op straat, er zijn veel mensen (ernstig) ziek, we houden afstand van elkaar en de meeste mensen zitten thuis waar ze al dan niet werken of onderwezen worden. Maar wat speelt zich af buiten het zicht van die zichtbare gevolgen? Hoeveel mensen lijden armoede, vermijden medische zorg en zijn bang voor hun toekomst? Hoe gaat het met de sociale relaties in de buurt? Vertrouwen mensen de overheid en andere instanties? En hoe is het antwoord op dit soort vragen verschillend voor verschillende bevolkingsgroepen: mensen met hoge of lage inkomens, laag- of hoogopgeleid, jong of oud? In dit rapport wordt de maatschappelijke impact van COVID-19 op de stad Den Haag beschreven waarbij we ons richten op deze minder zichtbare gevolgen. Het zijn berichten uit een stille stad waar toch veel aan de hand is.
DOCUMENT
Schulden hangen ons als een steeds zwaarder wordende molensteen om de nek. Met de huidige financieel-juridische aanpak komen we er niet meer uit. Het moet en kan anders, met een ruimere toepassing van kwijtschelding.
LINK