Veel studenten worstelen met vaardigheden zoals plannen, organiseren, concentreren, op tijd beginnen aan taken en onthouden. Deze cognitieve functies zijn cruciaal voor het succesvol doorlopen van een opleiding. Om hen hierin te ondersteunen, is de Move aHead-methodiek ontwikkeld. Dit is een training op maat waarmee studenten strategieën leren om juist die cognitieve functies te verbeteren waar zij moeite mee hebben.
DOCUMENT
Veel studenten worstelen met vaardigheden zoals plannen, organiseren, concentreren, op tijd beginnen aan taken en onthouden. Deze cognitieve functies zijn cruciaal voor het succesvol doorlopen van een opleiding. Om hen hierin te ondersteunen, is de Move aHead-methodiek ontwikkeld. Dit is een training op maat waarmee studenten strategieën leren om juist die cognitieve functies te verbeteren waar zij moeite mee hebben.
DOCUMENT
Er hebben de eerste meting 161 cliënten deelgenomen aan MOVE. Deze cliënten hebben een ZZP 3 C indicatie. Toch wijken ze qua socio-demografische kenmerken niet af van de totale BW-cliëntenpopulatie van de RIBW, zoals tijdens het UTOPIA-onderzoek in kaart is gebracht.
DOCUMENT
In het project MOVe WITh: Met Ouderen Vooruit Wandelen met Interactieve Technologie is de interactieve beweegroute ‘Walk in the ParQ’ (WITP) geëvalueerd en zijn mogelijkheden voor verbetering van de route geïnventariseerd met ouderen, zorgprofessionals en andere stakeholders. Het onderzoek is uitgevoerd met onderzoeksubsidie van Regieorgaan SIA (KIEM projectnummer KIEM.SP.02.007). De resultaten zijn samengevat in een infographic die inzicht biedt in manieren om het gebruik van WITP te stimuleren en welke stappen nodig zijn voor het implementeren van de beweegroute in andere settingen. Uit observaties en interviews onder 19 ouderen woonachtig in een verpleeghuis en een afdeling voor geriatrische revalidatie komt naar voren dat de interactieve beweegroute bewegen stimuleert en dat de bijbehorende oefeningen duidelijk zijn. Ouderen wonend in het verpleeghuis hebben wel ondersteuning nodig van een professional bij het uitvoeren van de oefeningen en het scannen van de QR-codes. Voor sommige ouderen stimuleerde de beweegroute ontmoeting met anderen. Middels een vragenlijst en focusgroep zijn in totaal 24 professionals bevraagd. Professionals zien de potentie van de route voor beweegstimulering en het verminderen van eenzaamheid onder ouderen. Belemmeringen die professionals ervaren zijn een gebrek aan tijd en kennis hoe de route in te zetten. Zij geven aan onvoldoende bekend te zijn met de route. Andere ervaren belemmeringen zijn weersomstandigheden en digitale vaardigheden van de oudere en de professional. Professionals hebben behoefte aan instructies en promotiematerialen en willen de route verder testen in de praktijk. Uit een focusgroep met 11 stakeholders komt naar voren dat een veilige omgeving, goede begeleiding en aanbod op maat belangrijk zijn voor beweegstimulering van ouderen in de buitenruimte. Er is meer aandacht nodig voor bewegen in verpleeghuizen en het bereiken van kwetsbare groepen. Ook kan meer samenwerking met het sociale domein helpen. Volgens de stakeholders kunnen digitale middelen zoals de WITP-applicatie met QR-codes ontmoeting in de wijk stimuleren, mits de locatie passend is. Concluderend zijn er een aantal belemmerende en bevorderende factoren op het niveau van betrokken professionals, stakeholders en omgeving om succesvolle implementatie van WITP te kunnen waarborgen en zo ouderen te helpen bij een actieve leefstijl.
DOCUMENT
Lectorale rede van Dave van Kann gehouden ter gelegenheid van zijn inauguratie als lector ‘Leren Bewegen in en rondom de School’ bij Lectoraat Move to Be van Fontys Sporthogeschool. Dave geeft in zijn rede aan op welke directe thematische focus hij zich in het bijzonder zal gaan richten in zijn lectorschap (de themalijnen Leren Bewegen en Beweegvriendelijke Omgeving). In lijn met de lectoraatsprojecten en -ambities geeft Dave zijn zienswijze op de thematiek ‘Leren Bewegen in en rondom de School’ weer en houd hij een pleidooi om in gezamenlijkheid met alle betrokkenen de komende jaren te werken aan een actieve generatie waarin bewegen meer vanzelfsprekend is en voor iedereen mogelijk.
DOCUMENT
One reason for non-participation in and drop-out from sports and physical activity participation is sports related injuries where especially knee and ankle injuries contribute to this problem. Therefore, the project MOVE HEALTHY: Improving Health and Sustaining Participation of Youngsters in Sports around Europe seeks to develop free-of-charge education material to effectively support sport coaches and physical educators around Europe to prevent primary lower extremity injuries of the youngsters participating in their sport trainings and physical education (PE) classes.Therefore, MOVE HEALTHY seeks to develop exercise based routines to preventsports and physical activity related injuries. The routines will be web-based including instruction videos. The routines will be based on the OPTIMAL motor learning theory and Self Determination Theory. It is intended that the consortium develops – by the process of co-creation with sport coaches and PE teachers – functional sports exercises that can be integrated in real world sport training and PE classes. With it, the project directly contributes to an improved sharing of good practices and develops innovative instruments in order to lower the risks of injuries and enhance sports participation in youngsters.The objective is to improve the motor competence of the youngsters, as well as toattitudinal and behavioral changes of the sport coaches and PE teachers during their practice. The ultimate goal of the MOVE HEALTHY project is that the youngsters can enjoy a lifelong, healthy sport participation
DOCUMENT
Background: Despite the importance of sports injury prevention in youth, no broad scale approaches that work in real-life situations with significant positive effects exist. Main reasons for this are poor uptake and maintenance of current sports injury prevention exercises.Objective: In order to improve uptake of sports injury prevention routines, this project set out to: 1. identify the specifics of current injury prevention programs within 6 European countries, and 2: to establish wishes and needs regarding injury prevention of the end-users (sport coaches, physical educators and youth) within 6 European countries.Design: Semi-structured interviews and focus group sessions.Setting: Youth sports teams and physical education (PE) classes.Patients (or Participants): Interviews and focus group sessions were performed within 6 participating countries (Belgium, Denmark, Lithuania, Romania, The Netherlands, United Kingdom). National stakeholders were interviewed to identify injury prevention programs. The program owners of the identified programs were then individually interviewed. The focus group sessions were organized with youth basketball and soccer players and PE pupils. Separate focus group sessions were organized for basketball/soccer coaches and physical educators.Interventions (or Assessment of Risk Factors): This qualitative study provided input for the development of a freely available ICT based platform with video material of routines designed to prevent sports injuries in youth.Main Outcome Measurements: Overview of country specific results of interviews and focus groups.Results: This study will describe the current availability of national injury prevention programs within 6 European countries. The results of the focus group sessions will establish the differences in beliefs regarding injury prevention in 6 European countries regarding injury prevention.Conclusions: In the coming year, the Move Healthy project will use the qualitative results of this study to develop a freely available ICT based platform with video material of routines developed to prevent sports injuries in youth.
DOCUMENT
De International Joint Research Group Move in Age heeft het initiatief genomen om een website te bouwen over het thema Paratonie en andere bewegingsstoornissen bij dementie.
LINK
In deze rapportage worden de eerste resultaten van het MOVE‐project beschreven. MOVE staat voor Mensen Ondersteunen bij Vermaatschappelijking en Extramuralisering. Dit project wordt uitgevoerd door het lectoraat Rehabilitatie van de Hanzehogeschool Groningen, in samenwerking met het Rob Giel Onderzoekcentrum te Groningen, in opdracht van zes Regionale Instellingen voor Beschermd Wonen (RIBWs), te weten Pameijer, Stichting Anton Constandse, RIBW Nijmegen & Rivierenland, RIBW Arnhem & Veluwevallei, RIBW Brabant en RIBW Heuvelland & Maasvallei. Deze rapportage doet verslag van de resultaten van de eerste meting van MOVE, uitgevoerd tussen mei en augustus van 2013. Tijdens deze meting zijn cliënten in het beschermd wonen bevraagd over hun kwaliteit van leven, zorgbehoeften, maatschappelijke participatie, hun herstelproces en hoe zij staan tegenover ambulantisering. Deze resultaten geven een overzicht van de deelnemende cliënten en de motivatie ten aanzien van zelfstandig gaan wonnen. De deelnemers worden twee jaar gevolgd. Gedurende die periode zal worden onderzocht wie wel en niet gaat ambulantiseren, wat het effect van ambulantisering is op maatschappelijke participatie en herstel, en welke factoren bijdragen aan succes en falen. Daarnaast wordt een kosteneffectiviteitstudie uitgevoerd. De tweede meting, een half jaar na de eerste meting, is inmiddels van start gegaan in december 2013 en zal plaatsvinden tot en met februari 2014. De informatie van de tweede meting zal een eerste inzicht geven in het verloop van het ambulantiseringsproces. Het rapport dat voor u ligt is als volgt opgebouwd: in hoofdstuk 1 worden de sociodemografische en zorgkenmerken van de cliënt‐deelnemers beschreven. Hoofdstuk 2 is gericht op de sociale inclusie van cliënten en de samenhang tussen sociale inclusie en de wens om wel of niet zelfstandig te willen wonen. In hoofdstuk 3 komt het cliëntperspectief op kwaliteit van leven, zorgbehoeften, herstel en ambulantisering aan de orde. Ook hier zal weer worden onderzocht of e.e.a. samenhangt met de wens om wel of niet zelfstandig te willen wonen. Hoofdstuk 4 bestaat uit de samenvattende discussie en conclusie naar aanleiding van de eerste bevindingen.
DOCUMENT
Insufficient physical activity or being inactive is one of the leading risk factors fornon-communicable diseases worldwide. Globally between 6-10% of premature mortality, caused by non-communicable diseases,could be avoided if people adhered to general physical activity guidelines. Besides that, studies link sitting for prolonged periodsof time with many serious health concerns. The solution seems simple: Stand upand move forward. However, human behavior is difficult to change – due to the multitude of impacts via social, physical and policy environments. Furthermore, for young people avoiding non-communicable diseases might not be the most pressing matter in their lives. Therefore, efforts to promote healthy ageingand an active lifestyle are nested in recent programs worldwide to reduce inactive behaviors and help individuals and communities to age healthier. These programs are not focused only on individual behavior choices but also on factors that influence those choices. Therefore, using Social–Ecological (SE) modelsthat recognize the multiple influential factors at multiple levels is becoming more common. This paper explains some of the challenges related to these integrated approaches, introducing a larger range of actions, as well as tailoringprograms at the population level. Lack of physical activity destroys thegood condition of every human being, while movement and methodologicalphysical exercise can save it and preserve it
DOCUMENT