README.first is a bilingual collection of mini-essays, published in the run up to the Plokta filmfestival. We’ve asked writers, researchers, theorists, artists, programmers, and others to pick an online video that functions as a stepping stone for their thought and practice and to comment shortly on why they find the video so significant, funny, or outright disturbing. The resulting reflections speak about Silicon Valley obsessions, our mediated social lives, the impact of technology on centuries old games, and more.Plokta showcases film as a frame of socio-technological themes and discussions. With these essays we want to broaden the scope to one of the most significant developments in visual culture of the past decades: the rise of online video. At the Institute of Network Cultures (INC), online video has been a research topic already since 2007, in a continuous project named Video Vortex. Together, Plokta and INC, hope to stimulate reflections before, during and after the festival on what the moving image has to say to us.
MULTIFILE
Na een loopbaan in de architectuur en een zelfstandig bestaan als restauratiearchitect kwam Jan Henk van Weerd in februari 1992 in dienst van het kort daarvoor grondig gerenoveerde Concertgebouw in Amsterdam. Als hoofd Facilitaire Dienst heeft hij een unieke kijk op de faciliteiten die het monumentale muziektheater zijn gasten biedt.
DOCUMENT
De leerkracht op de basisschool heeft het vandaag de dag niet gemakkelijk en heeft te maken met veel spanningen op het werk. In de afgelopen jaren is er sprake van een grote toename van regeldruk vanuit de overheid, maar ook van steeds complexere en meer uiteenlopende vragen en eisen vanuit de samenleving. Het is heel begrijpelijk dat er door leerkrachten en schoolbesturen alarm wordt geslagen omdat het duidelijk is dat er fundamentele veranderingen nodig zijn.En dan wordt er juist in deze context in Groningen een nieuw initiatief ondernomen in de vorm van een Convenant waarin door een breed scala van betrokkenen in de samenleving de afspraak wordt gemaakt om het muziekonderwijs in de basisschool structureel te gaan verbeteren. Tegen de hierboven beschreven achtergrond is het begrijpelijk dat er gefronste wenkbrauwen zijn bij de leerkrachten die primair verantwoordelijk zijn voor de kwaliteit van hun onderwijs (dus ook hun muziekonderwijs). Gebeurt er al niet veel te veel? Moeten er eerst niet heel andere dingen voor elkaar geregeld en ondernomen worden? Blijkbaar vond men de tijd rijp voor dit initiatief, maar het moge duidelijk zijn dat bij dit initiatief er gewerkt moet worden vanuit begrip en tegemoetkomendheid.
DOCUMENT