Naasten en beroepskrachten zijn samen verantwoordelijk voor de ondersteuning van hulpvragers. De samenwerking die dat vergt, komt op de meeste hogescholen echter nauwelijks aan de orde. Dat moet anders, betogen Yvette Wittenberg en collega’s.
LINK
Publicatie van de resultaten van een arts based onderzoek door jongvolwassenen met een verstandelijke beperking, naasten, begeleiders en onderzoekers.
DOCUMENT
Inleiding en doelstellingen: Het betrekken van naasten (sociale steun) kan gunstig zijn voor de forensisch psychiatrische behandeling bij het verminderen van recidive. Onbekend is of het stimuleren van het meenemen van naasten naar behandeling daadwerkelijk leidt tot het meenemen van naasten en of dit een positief effect heeft op recidivevermindering. Ontwerp en methoden: In deze pilotstudie werden twee groepen in de ambulante forensische psychiatrie vergeleken. De controlegroep kreeg de gebruikelijke behandeling in de periode van januari 2019 tot maart 2020. De interventiegroep werd in de periode maart 2020 tot maart 2021 specifiek gevraagd om (een) naaste(n) mee te nemen. Later werden deze groepen vergeleken op het ingeschatte recidiverisico. Resultaten: De controlegroep (N = 46) en interventiegroep (N = 47) verschilden niet van elkaar in het wel of niet meenemen van naasten (X2 =.41, p =.52). Ook de met de FARE gemeten vermindering van recidiverisico verschilde niet tussen de twee groepen (t(91) =.20, p =.84). Discussie en conclusies: Verschillende verklaringen zijn mogelijk van waarom niet meer naasten werden meegenomen. Allereerst de onduidelijkheid van de interventie om naasten mee te nemen. Daarbij zijn de simpele instructies mogelijk onvoldoende begrepen door de patiënt. Daarnaast kan schaamte of schuldgevoel patiënten ervan hebben weerhouden om naasten te vragen. Verder hadden patiënten mogelijk geen enkel sociaal netwerk of patiënten kunnen gevoelens van wrok hebben gehad. De rol van de naaste kan ook een factor zijn geweest om iemand niet uit te nodigen. Ook zou eigen psychopathologie belemmerend kunnen zijn geweest. Tevens zijn de landelijke COVID-19 maatregelen mogelijk van invloed geweest op de interventie, waarbij dit mogelijk extra invloed heeft gehad omdat het design participanten niet gerandomiseerd toewees aan een groep. Door dit alles werd mogelijk geen verschil in recidiverisico gevonden. Gesuggereerd wordt om bij nieuw onderzoek een langere behandeltermijn te onderzoeken, omdat recidivevermindering vaak meer tijd vereist.
DOCUMENT
Geen samenvatting beschikbaar / No summary available
DOCUMENT
‘Ik ben in 2019 afgestudeerd als maatschappelijk werker (MWD) aan de Hogeschool Utrecht. Vanaf toen was ik officieel een professional, maar dankzij mijn ervaringsdeskundigheid als jonge mantelzorger thuis, was ik al jaren als vrijwillig professional verbonden aan het sociaal werk. Na mijn hbo-studie ben ik de master Community Development aan de Hogeschool Utrecht gaan volgen. Eén van de opdrachten van deze master is om zelf een community op te zetten. Aangezien ik tijdens mijn studie MWD graag meer begrip en ruimte had willen krijgen van medestudenten en docenten om mijn studie te combineren met de zorgtaken thuis, besloot ik te gaan onderzoeken hoe ik andere studenten in deze situatie kan ondersteunen. Ik bouwde vervolgens aan een supportgroep voor studenten met zorgtaken en breng deze studenten zo bij elkaar. In deze supportgroep kunnen studenten die mantelzorgen van zich af praten en onderling ervaringen uitwisselen. Ondanks de positieve reacties, blijkt het moeilijk om de studenten die het betreft te bereiken en ze (blijvend) aan de supportgroep te verbinden. Ik buig me nu over de vraag hoe ik deze supportgroep duurzaam kan verbinden aan de Hogeschool Utrecht.
DOCUMENT
In de troonrede van 17 september 20131 werd gesteld dat de klassieke verzorgingsstaat langzaam maar zeker verandert in een participatiesamenleving. ‘Wanneer mensen zelf vorm geven aan hun toekomst, voegen zij niet alleen waarde toe aan hun eigen leven, maar ook aan de samenleving als geheel’, werd er als uitleg aan toegevoegd. Een participatiesamenleving is een samenleving waarin iedereen die dat kan verantwoordelijkheid neemt voor zijn of haar eigen leven en omgeving, zonder hulp van de (landelijke) overheid. Deze verandering zal ervoor zorgen dat het beroep op professionele hulp afneemt; van gezinsleden, familie, vrienden en buren wordt een grotere bijdrage verwacht
DOCUMENT
In deze podcast presenteren we de initiële resultaten van ons tweejarig onderzoek genaamd 'Social Network First?'. We bieden een alternatieve kijk op de netwerken van daklozen en thuislozen. We delen hoe een netwerkondersteuner deze netwerken benadert en laten ook een cliënt aan het woord die zijn perspectief op zijn eigen netwerk deelt. Deze podcast is gemaakt door het Lectoraat Empowerment & Professionalisering van Hogeschool Inholland, HvO-Querido en Hogeschool van Amsterdam.
LINK
Om goede kwaliteit van zorg te waarborgen, is het van belang dat patiënten en hun naasten de informatie verkrijgen die zij nodig hebben en waar zij recht op hebben. Om de juiste werkwijze voor verpleegkundigen te bewerkstelligen, is deze handreiking en daarbij behorende toelichting gecreëerd. Disclaimer:De afstudeeropdracht wordt uitgevoerd door een masterstudent in het kader van zijn/haar afstuderen bij het Instituut voor Rechtenstudies. De student levert een juridisch beroepsproduct op en doet daartoe onderzoek. De student wordt tijdens de uitvoering van zijn/haar afstudeeropdracht begeleid door een afstudeercoach. De inspanningen van de student en de afstudeercoach zijn erop gericht om een zo goed mogelijk beroepsproduct op te leveren. Dit moet opgevat worden als een product van een (master)student en niet van een juridische professional. Mocht ondanks de geleverde inspanningen de informatie of de inhoud van het beroepsproduct onvolledig en/of onjuist zijn, dan kunnen de Hanzehogeschool Groningen, het Instituut voor Rechtenstudies, individuele medewerkers en de student daarvoor geen aansprakelijkheid aanvaarden.
MULTIFILE
Hoe betrek je als professional naasten bij een cliënt die dak- en thuisloos is? Voor welke doelen zou een sterk netwerk rondom de cliënt eigenlijk goed zijn? En hoe werken professionals van verschillende organisaties en naasten dan samen ter ondersteuning van een cliënt? Welke vaardigheden en kennis heeft de professional nodig om naasten te ondersteunen? En werkt dat hetzelfde in verschillende stedelijke contexten, of zijn daarin verschillen?
DOCUMENT
Mensen die last hebben van psychiatrische problematiek en hun naasten hebben ervaringen omtrent deze problematiek, omtrent hulpverlening en onderlinge steun en ook omtrent reacties uit de samenleving. In deze ervaringen ligt kennis opgesloten. Fontys Hogeschool Sociale Studies heeft scholingen ontwikkeld zodat cliënten en hun naasten deze kennis kunnen gebruiken voor andere cliënten, verbetering van de hulpverlening en participatie in de samenleving. Deze scholingen zijn uitgewerkt samen met cliënten- en familieorganisaties en een cliëntgericht onderzoeksinstituut (IGPB). Deze onderwijspraktijk wordt in onderhavige studie geanalyseerd in het licht van het empowermentparadigma, zoals ontwikkeld door prof. dr. Tine Van Regenmortel. Ervaringskennis en ervaringsdeskundigheid van mensen met ggz-aandoeningen en hun naasten worden gezien als een belangrijke krachtbron van participatie van deze kwetsbare groepen. In de studie wordt helder hoe de groei van ervaring naar ervaringskennis en ervaringsdeskundigheid via scholing kan worden opgebouwd. Het gaat hierbij om een proces dat zelf bijdraagt aan het empowerment van de betrokkene. Een aantal sleutelelementen van empowerment (en herstel) worden hierbij als kader voor de analyse gehanteerd. Dit zijn o.a. de samenhang tussen het individuele en collectieve niveau (met onder meer aandacht voor maatschappelijke kwetsbaarheid als interactief neerwaarts proces met de omgeving en de nefaste rol van stigma en discriminatie), het controlegevoel over ervaringen en verbinding krijgen met zichzelf en anderen (gefaciliteerd door een veilig groepsklimaat waarin herkenning en erkenning optreden), het krachtgerichte perspectief met de bouwstenen van veerkracht: het vinden van hoop met nieuwe betekenisgevingen, zoeken naar positieve identiteiten en het opnemen van verantwoordelijkheid hiervoor. De rol en verantwoordelijkheid van de omgeving blijft hierbij constant in de kijker: van de onderwijsorganisatie, de docenten, de professionals, de 'gewone' burger. Aan de hand van theoretische intermezzo's worden de concepten van empowerment en herstel bondig geduid en verweven met het behandelde thema.
DOCUMENT