Dit rapport beschrijft de resultaten van een onderzoek naar online veiligheid en mediawijsheid onder 1432 jongeren uit het voortgezet en het middelbaar beroepsonderwijs in Leeuwarden. Het biedt een cijfermatig inzicht in online problemen: welke problemen komen voor en in welke mate? Met de via de tool ( Online Tool Internetveiligheid 2.0.) verkregen data zijn zowel analyses op gemeentelijk niveau als op schoolniveau gemaakt. In het verlengde hiervan kunnen preventiestrategieën op maat worden ontwikkeld. Uiteindelijk doel is het veiliger maken van het internet voor jongeren. Dit onderzoeksproject is uitgevoerd vanuit de cross-over Digital Citizenship: dit is een samenwerkingsverband tussen de onderzoeksgroep Cybersafety en het lectoraat Organisations & Social Media, beide van NHL-Stenden Hogeschool. Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van de afdeling openbare orde en veiligheid (OOV) van de gemeente Leeuwarden.
DOCUMENT
In een tijd waar corona hoogtij vierde en er meerdere lockdowns achter elkaar volgden, werd de eerste online ontmoetingsplek van het Leger des Heils (hierna: LdH) gestart. In maart 2021 werd de plek opgezet door Tineke Kleinhuis en kreeg de naam Dichtbij, omdat ze Dichtbij willen zijn voor bezoekers die het nodig hadden. Een ontmoetingsplek van het LdH waar bezoekers welkom zijn om op meerdere dagen in de week, live of achteraf meekijkend, deel te nemen aan diverse activiteiten. De activiteiten zijn onderverdeeld in drie categorieën: ‘Dichtbij God’, ‘Dichtbij elkaar’ en ‘Dichtbij doen’. De inhoud van de activiteiten worden bepaald door de bezoekers en mede vorm gegeven door vrijwilligers. De werkwijze heeft als doel om bezoekers online samen te brengen en is gericht op inspiratie, ontspanning en (geestelijke) groei. Volgens de organisatoren van Dichtbij is het online contact waardevol en kan het een brug slaan naar fysieke ontmoetingen. Als dit (eerste) online contact moeizaam verloopt is er ondersteuning vanuit Dichtbij door vrijwilligers. De tien beschreven bouwstenen in drie fasen die in deze werkwijze zijn beschreven kunnen anderen helpen om een online ontmoetingsplek op te zetten.
DOCUMENT
Online-informatievaardigheden: we gebruiken ze de hele dag door. Bijvoorbeeld als we op internet naar nieuws, een vegetarisch recept of inspiratie voor een volgende reis zoeken. Hoewel het zoeken en vinden van informatie op het internet een alledaagse bezigheid is, blijkt toch dat het een lastige vaardigheid is, zeker in het onderwijs. Tegen welke problemen lopen studenten aan als zij naar informatie zoeken op het internet? Waar moet je als docent rekening mee houden? Kun je studenten hierin begeleiden? Antwoord op onder andere deze vragen vind je in deze publicatie van het Lectoraat Teaching Learning & Technology, zodat je in 7 minuten weer bent 'bijgepraat' over online informatievaardigheden in het onderwijs.
DOCUMENT
Onder invloed van digitalisering en internet is de afgelopen jaren de discussie over auteursrechten in het journalistieke veld opgelaaid. Verschillende aspecten spelen een rol in deze discussie. Sommigen benadrukken het belang van de online rechten van de makers en stellen dat het traditionele systeem van auteursrechten in de digitale wereld aan een update toe is. In 2008 opende de Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ) bijvoorbeeld een plagiaatdienst terwijl ook het Algemeen Nederlands Persbureau (ANP) onlangs een meldpunt in het leven heeft geroepen om ongeoorloofd hergebruik van hun nieuwsberichten in kaart te brengen. Anderen vinden auteursrecht in deze digitale tijd een achterhaald systeem. De sector zou zich volgens hen in plaats daarvan moeten richten op nieuwe manieren om geld te verdienen met nieuws. Modellen gebaseerd op Creative Commons zijn misschien wel geschikter om rechtenkwesties te regelen. In het kader van het Designing the Daily Digital project (3D) brengt de 3D Academy deze discussie in kaart. In deze bundel belicht een gevarieerde groep auteurs in een aantal mini-essays de verschillende kanten van het debat. Erik Huizer, algemeen directeur van TNO Informatiemaatschappij, verzorgt de inleiding op deze bundel. We zijn alle auteurs zeer erkentelijk voor hun bijdragen en hopen dat hun essays een vruchtbaar uitgangspunt zullen zijn bij de discussies die de komende tijd over auteursrechten en journalistiek gevoerd zullen worden.
DOCUMENT
Hoe veilig is het internet voor jongeren? Zijn online pesterijen, seksuele intimidatie en online oplichting eerder uitzondering of regel? Hoe gaan jongeren om met desinformatie en nepnieuws? Kortom, wat speelt er in deze coronatijd nu jongeren nòg meer afhankelijk zijn van internet? Dit rapport beschrijft de resultaten van een onderzoek naar online veiligheid en mediawijsheid onder 423 Amsterdamse scholieren in het voortgezet onderwijs.
DOCUMENT
This study utilises a quantitative observation study on student journalists (n=47), as well as reconstruction interviews with experienced editors and reporters in newsrooms (n=12), to understand how Dutch journalists search, select, and verify sources online. Through the recording of screen activity, we show that search strategies are heavily influenced by how the search engine sorts and ranks potential sources. Eventual selection of sources remains relatively traditional, focused on legacy media and their websites. Moreover, online news production clearly challenges the verification process. Results suggest that journalists use no explicit but only so-called hybrid methods of verifications, such as background checks of websites and social media accounts, and cross-checking of sources.
LINK
Deze handreiking is ontwikkeld voor logopedisten die werken met kinderen met spraak- en taalontwikkelingsstoornissen. De handreiking is hoofdzakelijk gebaseerd op ervaringen van logopedisten die werken in een eerstelijnspraktijk. Tijdens de eerste Covid-19 lockdown in maart 2020 zijn we in Nederland massaal overgestapt naar online werken. Ook logopedisten gingen hiermee aan de slag. Er was weinig bekend over geschikte en veilige beeldbelplatforms of over de aanpak van online spraak- en taaltherapie. De urgentie om met kinderen te blijven werken was echter hoog. Er is in de beroepspraktijk een schat aan kennis en ervaring opgedaan. Om logopedisten te ondersteunen bij het online werken is in deze studie de kennis uit de literatuur geïnventariseerd en zijn de kennis en ervaringen van logopedisten opgehaald. Deze handreiking is tot stand gekomen in drie fases van een studie die liep van juni 2020 tot en met september 2020. In de eerste fase zijn ervaringen van logopedisten met online logopedie verzameld op sociale media als Facebook en LinkedIn. Wij hebben gekeken naar succeservaringen en belemmeringen die logopedisten met elkaar deelden, maar ook naar materiaal dat online is uitgewisseld. Deze ervaringen vormden de basis voor het opstellen van een online enquête om meer te weten te komen over de geïnventariseerde onderwerpen. In de tweede fase is deze enquête online verspreid en ingevuld door 218 logopedisten uit verschillende werk-settingen. Op basis van de enquête en een literatuuronderzoek zijn per onderwerp de belangrijkste conclusies en vragen gebundeld tot een concept Handreiking online logopedie voor kinderen met spraak- en taalstoornissen. In de derde fase zijn in samenwerking met Auris onderwerpen voor focusgroepen opgesteld. Deze onderwerpen werden besproken in twee focusgroepen met in totaal negen logopedisten.
DOCUMENT
YouTube video: Welke waarden wil de mediaconsument het liefst terugzien in krantenkoppen, en hoe verhoudt zich dit tot de algoritmische werking van social media platforms? Mede gefinancierd door een KIEM-subsidie (regieorgaan SIA).
YOUTUBE
Het project Online tools voor de jeugdprofessional wil professionals voorzien van direct toepasbare tools op het gebied van online hulp- en dienstverlening, opdat zij goede toegang kunnen bieden tot faciliteiten op het gebied van zorg en welzijn. Onder jeugdprofessionals verstaan we alle beroepskrachten die in contact komen met jeugd en gezinnen: van kinderopvangmedewerkers tot huisartsen, van sportleraren tot muziekdocenten, van pedagogen tot sociaal verpleegkundigen. Studenten van Zuyd en Fontys Hogeschool Pedagogiek werken onder begeleiding van docenten aan dit project. Daarnaast waren enkele projectleden actief in het uitvoeren van bevragingen bij jeugdprofessionals. Fase 1 liep van september 2014-december 2014. In deze periode zijn plm. 150 online tools beschreven, 9 factsheets geplaatst en 90 jeugdprofessionals gesproken over de knelpunten en kansen in het werken met online tools. Dit levert stof voor het maken van o.a. nieuwe factsheets. Zie het rapport voor meer informatie en details. In Fase 2 (2015) ligt het accent op onderzoek naar diverse aspecten van het gebruik van online tools, waaruit meer factsheets voortkomen, en focus groep gesprekken om de voorwaarden voor acceptatie van het werken met online tools te verhelderen.
DOCUMENT
Noor en Nilab zijn behoorlijk actief op social media, waar ze af en toe een reactie plaatsen. Als ze dat doen, krijgen ze erg veel haat en racistische opmerkingen over zich heen. Terwijl Jan juist dat soort comments plaatst. RTL Nieuws sprak met hen. "Ik doe het als mensen onzin vertellen. En om de tijd te verdrijven."
MULTIFILE