Geen samenvatting beschikbaar / No summary available
Met de uitvoering van het onderzoek ‘Het stedenbouwkundig bureau van de toekomst’ (zie eerste rapportage van het RAAK-project) aan de Hogeschool van Amsterdam is een kennisplatform tot stand gekomen over de inhoud en onderlinge positionering van stedelijke theorieën, methoden en casussen. Het platform stelt de stedelijk professional (al werkend en lerend) in staat, in samenspraak met collega’s, de beschikbare interdisciplinaire kennis over ruimtelijke analyses in stedelijke gebieden te ontsluiten, te delen en te vergroten.
De digitale transitie van mkb’s, met name in de maakindustrie, is goed onderweg, maar verre van afgerond. Er is een grote vraag naar het invoeren van het (Industrial) Internet of Things om procesdata van productiesystemen te bemachtigen en deze vervolgens te analyseren. Deze analysestap heeft een verdere interesseboost gekregen door de mogelijkheden van artificiële intelligentie (AI), waarmee data-analyses naar een complexer niveau getild kunnen worden. In het RAAK-mkb-project Data in Smart Industry staat deze vraag naar de mogelijkheden van IoT en AI centraal: welke data moeten en kunnen we verzamelen en vervolgens op welke manier analyseren? Met bedrijfspartners uit de maakindustrie zijn verschillende casussen IoT-technologie en machine learning (een subdomein van AI) ingezet in pilot studies. Ter afsluiting van het project wordt, in samenwerking met de brancheorganisatie FME en het smartindustryplatform Boost, en vanuit het RAAK-mkb-project Focus op Vision, een aantal trainingssessies georganiseerd rondom AI. Hierbij wordt het bedrijfsleven onderwezen in het toepassen van AI-technologie vanuit een procesmatig en technisch perspectief, waarbij lering wordt getrokken uit de casussen van het Data in Smart Industry-project. De Top-up-subsidie dient het doel om de geleerde lessen uit het RAAK-mkb-project verder te laten landen in de regio Oost-Nederland. Instrumentaal hierin is TValley, een fieldlab gericht op de ontwikkeling van mechatronische systemen zoals industriële robotica. Met de Top-up-subsidie kan TValley uitgebreid worden met een pijler omtrent IoT en AI, vakgebieden die deels overlap hebben met het huidige domein van het fieldlab. Hiervoor worden de ontwikkelde leermaterialen ingezet en doorontwikkeld om kennis te verspreiden en nieuwe bedrijfscasussen op te starten rondom de thema’s IoT en AI binnen TValley.
BECOME richt zicht op de overgang naar een circulaire economie door de link tussen onderwijs en de arbeidsmarkt te versterken. Het doel is om studenten en werknemers (van nu en in de toekomst) op te leiden, om oplossingen en bedrijfsmodellen voor deze circulaire economie te ontwikkelen.
Jaarlijks worden naar schatting 150 miljoen kwetsbare personen geholpen met humanitaire hulp. Voor hulpgoederen zijn grote hoeveelheden materiaal nodig, iets wat samengaat met een enorme milieu-impact. Hulpgoederen, waaronder shelters, hebben vaak een korte levensduur en er ontbreekt meestal een hergebruik oplossing aan het einde van de levensduur. Hulporganisaties zijn zich als geen ander bewust hoe uitputting van grondstoffen en uitstoot van CO2 een negatieve impact hebben op kwetsbare groepen in lage inkomenslanden. Het is daarom een groeiende wens van humanitaire organisaties en leveranciers om nadrukkelijk te kijken naar circulariteit van hulpgoederen. Op dit moment mist er een lijst met gewogen criteria om circulaire aankoop en ontwerpkeuzes te maken. In dit project ontwikkelen we een praktisch afwegingskader voor shelters. Hiermee kunnen zorgvuldig onderbouwde product keuzes gemaakt worden voor circulaire end-of-life oplossingen waarbij materiaalkeuze een belangrijke rol speelt. De projectpartners hebben cruciale kennis over de inkoop (Artsen Zonder Grenzen), het ontwerp (MKB-partner Wijnroemer Relief Goods), materiaaleigenschappen en circulariteit (Avans Hogeschool). Het afwegingskader wordt gebaseerd op uitgebreid deskresearch naar circulaire alternatieven, interviews naar het huidig materiaal gebruik en het huidige keuzeproces, en co-creatie sessies met verschillende hulporganisaties om wensen in kaart te brengen. Op basis daarvan wordt een overzichtelijke methodiek ontwikkeld die zowel materiaal technische als financiële afwegingen helpt maken. Het afwegingskader wordt dan in de praktijk getoetst en geëvalueerd op doelmatigheid, gebruiksvriendelijkheid en snelheid.