Ouderen willen langer zelfstandig thuis wonen, al dan niet met ondersteuning vanuit de thuiszorg, zelfs als de gezondheid begint te verslechteren. De vergrijzing van de bevolking gaat gepaard met een stijging van het aantal ouderen met dementie. Momenteel zijn 209.000 mensen in Nederland deze diagnose. Van hen woont circa 85% thuis of in een verzorgingshuis. Dementie heeft ernstige gevolgen voor de kwaliteit van bestaan, in het bijzonder het zelfstandig functioneren. Dit stelt extra eisen aan woonomgevingen. Standaard woonconcepten zijn veelal niet geschikt voor ouderen met dementie, o.a. door een verhoogde gevoeligheid voor omgevingscondities. Deze groep ouderen en hun naasten hebben behoefte aan woonomgevingen die zelfstandigheid ondersteunen, afnemende vitaliteit compenseren en de draaglast van familieleden verlichten. Het aanpassen van de woonomgeving op het gebied van bouwtechniek en (technologische) inrichting aan de behoeften van ouderen met dementie en hun naasten is waarschijnlijk een effectieve manier om zelfstandigheid te bevorderen en kwaliteit van leven te vergroten. Huidige ontwerprichtlijnen zijn grotendeels gebaseerd op praktische ervaringen van ontwerpers of psychogeriatrische verpleegkundigen; slechts in enkele gevallen wordt gebruik gemaakt van wetenschappelijk onderbouwde ontwerpingrepen. Hoewel er onweerlegbare argumenten zijn die pleiten voor de therapeutische werking van ondersteunende woonomgevingen is er tot op heden maar weinig systematisch onderzoek gedaan naar de effectiviteit van zulke woningen op het verminderen van gedragsstoornissen en de bijdrage aan zelfstandigheid en kwaliteit van leven. Om onderzoek te doen naar de precieze invloed van aangepaste thuisomgevingen is op basis van literatuurstudie een ontwerpconcept gemaakt voor een woonomgeving die past bij de zorgbehoefte van mensen met dementie en hun naasten.
DOCUMENT
Meneer De Graaf lijdt aan dementie, woont nog thuis en wil dit ook nog zo lang mogelijk blijven doen. Sinds kort zijn er sensoren in huis die hem een beetje in de gaten houden, maar niet zoals in 'Big Brother'. Als meneer De Graaf op een dag wel 30 keer naar de wc gaat, dan belt de verpleegkundige even om te kijken of alles goed gaat. Meneer De Graaf vindt het een prettig idee dat iemand een oogje in het zeil houdt.
LINK
Dubbele vergrijzing en toenemende druk op de zorg maken de vraag om toekomstgerichte, toepasbare en werkende oplossingen op het gebied van gezondheid, zorg en welzijn steeds urgenter. Een gedeeltelijke verschuiving van de zorg voor mensen (met dementie) van de formele zorg naar het informele netwerk in de wijk is noodzakelijk. Woonzorgcentra worden meer onderdeel van de wijk met beleid dat gericht is op ‘leven in vrijheid en veiligheid’ in een inclusieve, dementievriendelijke, samenleving. Dat betekent dat wijken daarop moeten worden toegerust Dit speelt ook bij zorgorganisatie Treant. Zij wil samenwerken met de wijk en meebewegen met de kracht en mogelijkheden die de gemeenschap biedt. In het project staat de volgende vraag centraal: ‘Op welke manier kunnen innovatieve sociaal-ruimtelijke interventies bijdragen aan toegankelijkheid en ‘social guiding’ als facilitator van laagdrempelige informele ontmoetingen in het belang van een inclusieve wijk waarin ouderen (met dementie) veilig en in vrijheid kunnen wonen?’ Er wordt gebouwd aan een gezamenlijke basis voor het verandertraject, door vanaf de start samen te werken met professionals en bewoners in de wijk en in het zorgcentrum. Om zo met elkaar toe te groeien naar een inclusieve wijk en dit te verankeren in bestaande waarden van de wijk en de organisaties die daarbinnen actief zijn.
Er vindt een grootschalige technologische transformatie plaats, waarbij gebouwen en gebouwonderdelen steeds ‘slimmer’ gemaakt kunnen worden. Echter, deze technologische vooruitgang gaat gepaard met een verandering, niet alleen in de manier waarop gebouwen functioneren, maar ook in de manier waarop deze ontwikkeld en gebouwd worden. Naast grote technologische veranderingen vinden er ook invloedrijke maatschappelijke veranderingen plaats, vergrijzing en een grotere grijze druk zijn daar twee van. Dit project wil een interactief bouwdeel ontwikkelen wat mensen met dementie helpt langer zelfstandig thuis te wonen. Hiervoor is het ondersteunen van de zelfstandigheid belangrijk voor de quality of life van deze groep. De te ontwikkelen interactieve woonkamer heeft als doel om te ondersteunen en stimuleren bij ADL, mobiliteit en oriëntatie. Deze interactieve woonkamer wordt ontwikkeld door verschillende MKB partijen die technologie hebben die op een of andere manier een bijdrage kan leveren aan het bovenstaande doel. Daarnaast zijn de HAN, HvA en TU/e betrokken als kennispartners bij het project. Het doel is om een aanpak voor de ontwikkeling van interactieve bouwonderdelen en één innovatieve en interactieve ruimte (de interactieve woonkamer) in twee living labs te testen. Het eerste living lab zal als technische test dienen waarin het eerste prototype verbeterd kan worden. Het tweede living lab zal zijn in DrieGasthuizenGroep, waar een tweede prototype geïnstalleerd wordt en waar de reactie, acceptatie en effect op bewoners, zorg en mantelzorg bekeken kan worden. Deze publieke partner wordt betrokken bij het gehele design proces, zodat de input en behoeften van deze verschillende stakeholders al vroeg in het proces ingebracht worden. Dit iteratieve proces zal uiteindelijk niet alleen leiden tot een interactieve woonkamer die beter bij de behoefte van de gebruiker aansluit, maar ook tot een betere acceptatie bij implementatie in de praktijk.
Technologische innovaties voor ouderen met dementie bereiken nog te weinig de gebruikspraktijk waarvoor ze bedoeld zijn. Eén van de redenen hiervoor is dat de wensen en voorkeuren van de toekomstige gebruikers, zoals (in)formele verzorgers, niet goed aansluiten bij de gebruikspraktijk waarin de innovatie belandt. Dit kan leiden tot gedeeltelijke of volledige afwijzing van deze innovaties, waardoor implementatie ervan in de beroepspraktijk wordt belemmerd. Om de doorwerking van innovaties voor ouderen met dementie in de praktijk te verbeteren is het daarom van belang dat ze voldoende worden getest met (professionele) eindgebruikers in de uiteindelijke gebruiks-praktijk. Deze Top-up aanvraag richt zich op het doen van gebruikersonderzoek met het eerste prototype van de “Interactieve Woonkamer”, zoals dat is ontwikkeld binnen het gelijknamige RAAK MKB project. De Interactieve Woonkamer kan mantelzorgtaken overnemen door ouderen met dementie door middel van projecties, licht- en geluidsignalen te ondersteunen bij Algemene Dagelijkse Levensactiviteiten (ADL), waardoor het een middel kan zijn om de druk op de formele of informele zorg voor deze groep op termijn te verminderen. De Interactieve Woonkamer is technisch getest in een demonstratiewoning voor innovaties voor ouderen van het lectoraat AiH (de Empathische Woning). Om de kansen op snelle doorwerking richting praktijk te vergroten richt dit Top-up project zich op het doen van gebruikerstesten met (professionele) verzorgers van ouderen met dementie met dit prototype in de demowoning. Zij worden uitgenodigd de ondersteuning die het prototype van de Interactieve Woonkamer ouderen bij het behouden van een gezond dag-/ nachtritme kan bieden, te ervaren in een realistische woonkamer setting. Deze kennis die dit project oplevert wordt door de onderzoekers gebruikt om aanbevelingen te doen voor de verdere doorontwikkeling van de Interactieve Woonkamer in de beroepspraktijk, waardoor de druk op de formele of informele zorg van mensen met dementie op termijn kan worden verminderd.
Lectorate, part of NHL Stenden Hogeschool