Dit onderzoek richt zich op de vraag wat de effecten zijn van een niet-hiërarchische werkomgeving op leiderschap. Onderzocht wordt of niet-hiërarchisch leiderschap (in een matrix-, project- en netwerkorganisatie, of bij zelfsturende teams zoals bij projectmanagement) leiderschapskwaliteiten aantrekt, selecteert en behoudt. Het onderzoek toont aan, dat niet-hiërarchisch leidinggevenden hoger scoren op het persoonlijkheidskenmerk neuroticisme, vooral bij de subschalen angsten/nervositeit, ergernis, depressie, kritiekgevoeligheid en stressgevoeligheid, en lager scoren op extraversie, vooral bij de subschalen hartelijkheid, sociabiliteit en dominantie/assertiviteit. De belangrijkste conclusie van dit onderzoek is dat leiderschapskwaliteiten die samenhangen met neuroticisme en extraversie ondervertegenwoordigd lijken te zijn in een matrix-, project- en netwerk georiënteerde werkomgevingen, als ook bij innovatieprojecten en projectmanagement in het algemeen. Deze twee persoonlijkheidskenmerken hangen sterk samen met transformationeel leiderschap. De volgende kwaliteiten lijken bij niet-hiërarchisch leiderschap minder sterk ontwikkeld te zijn dan bij hiërarchisch leidinggevenden: inspirerend en enthousiasmerend vermogen, leiderschapscharisma, effectieve conflicthantering, het geven van feedback, assertiviteit, het vermogen tot het versterken van groepscohesie, bevorderen van een groeps- of teamontwikkeling richting meer autonomie en sterkere performance, initiatief met betrekking tot ondernemerschap, synergie tussen teamleden op het gebied van innovatie, kennisproductiviteit en reflectieve vaardigheden, als ook 'performance' in het algemeen in werkomgevingen met veel sociale interactie. Aanbevelingen worden gedaan met betrekking tot werving en selectie, als ook voor het opleiden en ontwikkelen van niet-hiërarchisch leidinggevenden. ABSTRACT This paper is devoted to answer the question whether nonhierarchical leadership (in a matrix, process, network structure, or in a project based work environment) attracts, selects and attains leadership qualities related to transformational (charismatic, inspiring & empowering) leadership. More in particular, we would expect leaders with lower scores concerning neuroticism, and with higher scores concerning extraversion and agreeableness. Enhancement of innovational capacities and knowledge productivity are the main motives for applying the structuring principles of a matrix, process, network organization, or of project management. The indicated personality traits are closely related to transformational leadership. Transformational leadership is needed to effectuate innovational and adaptive capacities, as well as for the enhancement of knowledge productivity in organizations. We analyzed whether significant differences could be found when personality traits of non-hierarchical (project) leaders and hierarchical operating managers are compared. Our study revealed, that non-hierarchical (project) leaders had indeed higher averages concerning neuroticism, and lower averages concerning extraversion. Neuroticism is negatively related to leadership charisma. Neuroticism, extraversion and agreeableness are related to transformational leadership in general. The overall conclusion of this study is that leadership qualities related to neuroticism and extraversion, tend to be underrepresented in the group of nonhierarchical leaders in a matrix, process or network structure, or in a project based work environment. Analyzing significant differences of the sub scales of neuroticism and extraversion revealed that these leadership qualities are specifically related to learning/adaptive capacities, feedback and conflict solving processes, knowledge productivity in teams, enhancement of group cohesion and coping with stressful situations. Furthermore, these qualities are closely related to several dimensions of transformational leadership: idealized influence, inspirational motivation and intellectual stimulation. Implications for training and development, and for selection processes are discussed. Also, some recommendations are put forward, related to the enhancement of the effectiveness of applying the structuring principles of a matrix, process, network or project based work environment.
DOCUMENT
In een poging om leraren nieuwe ontwikkelmogelijkheden te bieden en daarmee bij te dragen aan de aantrekkelijkheid van het beroep van leraar, startte in het najaar van 2019 in Amsterdam een aantal leergangen1. Een van die leergangen was de leergang Gedeeld Leiderschap voor Leraren, waarbij de focus lag op het versterken van het leiderschap van leraren met als doel bij te dragen aan meer ruimte voor gedeeld leiderschap in scholen. Die leergang was ontworpen op basis van een aantal uitgangspunten en veronderstellingen over leiderschap in scholen, over hoe leraren daar kwaliteiten voor konden ontwikkelen en over hoe vervolgens een leergang er uit zou moeten zien. In dit artikel staan we stil bij die uitgangspunten op basis van de gesprekken die we als opleiders met elkaar en met de deelnemers voerden en formuleren we de lessen die we geleerd hebben.Na een korte toelichting op de opzet van de leergang beschrijven we de opbrengst van de leergang voor de deelnemers en hun scholen. Vervolgens gaan we in op inzichten die het traject ons hebben opgeleverd t.a.v. het ontwikkelen van persoonlijk en gedeeld leiderschap door leraren en op de implicaties hiervan voor scholen.
DOCUMENT
Innovaties en veranderingen gaan steeds sneller terwijl de samenleving, met name als gevolg van digitalisering en internationalisering, steeds complexer wordt. Dit stelt hoge eisen aan ons vermogen om met elkaar samen te werken. In onze complexe samenleving zijn wij lid van vele groepen en andere samenwerkingsverbanden met soms grote culturele verschillen. Over de inzet van leiderschap bij innovatieprocessen
DOCUMENT
Verpleegkundigen werken midden in een breed scala aan maatschappelijke en professionele debatten over onder meer zeggenschap, arbeidsmarktkrapte, functiedifferentiatie en persoonsgerichte zorg. Tegelijkertijd zijn verpleegkundigen de ideale woordvoerder, vertaler en vertolker van het verpleegkundige vak én belangenbehartiger voor waardevolle zorg. Dit vraagt om verpleegkundig opinieleiderschap, om het zorgbeleid en de publieke opinie te beïnvloeden. Doel Samen met verpleegkundigen uit de praktijk inhoud en vorm geven aan publiek opinieleiderschap binnen de verpleegkundige context en daarmee de publieke opinie, het beleid en de politiek beïnvloeden. Resultaten - Een actuele definitie van publiek opinieleiderschap in de context van de verpleegkundige praktijk. - Evaluatie van het programma opinieleiderschap voor verpleegkundigen. - Beschrijving van de impact van het leiderschapsprogramma op de overtuigingen, opvattingen en vaardigheden van deelnemers, met betrekking tot publiek opinieleiderschap binnen de verpleegkundige praktijk. Looptijd 01 september 2018 - 01 september 2023 Aanpak Met behulp van een actieonderzoeks-gerichte benadering wordt een leiderschapprogramma ontwikkeld, uitgevoerd en geëvalueerd. Met behulp van een conceptanalyse wordt een actuele definitie geformuleerd van publiek opinieleiderschap in de verpleegkundige context. Die definitie wordt getoetst aan de praktijk. Impact Meer inzicht in publiek opinieleiderschap kan als uitgangspunt dienen voor verder debat over betrokkenheid, zeggenschap en invloed van verpleegkundigen. Dat draagt bij aan de aantrekkelijkheid en verdere professionalisering van het beroep. Cofinanciering Beroepsorganisatie voor zorgprofessionals in Nederland, NU’91
Verpleegkundigen werken midden in een breed scala aan maatschappelijke en professionele debatten over onder meer zeggenschap, arbeidsmarktkrapte, functiedifferentiatie en persoonsgerichte zorg. Tegelijkertijd zijn verpleegkundigen de ideale woordvoerder, vertaler en vertolker van het verpleegkundige vak én belangenbehartiger voor waardevolle zorg. Dit vraagt om verpleegkundig opinieleiderschap, om het zorgbeleid en de publieke opinie te beïnvloeden.
Sinds de Coronacrisis is nog sterker dan voorheen duidelijk hoezeer ouderen in zorginstellingen behoefte hebben aan persoonsgerichte zorg. Daarnaast is zorg aan ouderen met dementie per definitie complex. Wanneer psychosociale behoeften niet worden gezien, kunnen er verveling, eenzaamheid en gedragsproblemen ontstaan. Persoonsgerichte zorg vraagt van verpleegkundigen en verzorgenden een ‘antenne’ voor het opmerken van en adequaat reageren op emoties en de gemoedstoestand van zorgvragers. Ervaren zorgverleners hebben zich opmerkzaamheid en persoonsgericht reageren eigen gemaakt waarmee ze goede kwaliteit van zorg kunnen verlenen, maar bestempelen dit als vanzelfsprekend intuïtief handelen. Deze ervaringsdeskundigheid wordt nog weinig gebruikt en amper gedeeld om zorg te verbeteren. Dit project is ontstaan vanuit de wens voorbeelden van goed handelen die zorgverleners zelf onbewust toepassen als succesverhalen te gebruiken. Want hoewel er voldoende persoonsgerichte benaderingswijzen bekend zijn, blijkt daar naar handelen vaak van individuele zorgverleners afhankelijk. De vraag: hoe kan de (onbewuste) ervaringsdeskundigheid van zorgverleners gebruikt worden om opmerkzaamheid en persoonsgericht reageren in het dagelijks handelen te integreren, staat dan ook centraal. De voorgestelde innovatie zal zorgverleners handvatten bieden door de succesverhalen te gebruiken om opmerkzaamheid en persoonsgericht reageren in het eigen handelen en dat van collega’s te herkennen om vervolgens in andere situaties toe te kunnen passen. Dataverzameling van voorbeelden via waarderend en ontwerpgericht onderzoek zijn input voor de ontwikkeling van een duurzaam hulpmiddel voor het overdragen van deze ervaringsdeskundigheid tijdens leer- en scholingsmomenten in de dagelijkse praktijk, zoals een visueel oefenmodel, serious game, film- of theaterspel. Het project is geïnitieerd door VVT-organisatie KwadrantGroep en het Lectoraat Leiderschap & Identiteit NHL Stenden Hogeschool, waarop samenwerking is gezocht met het Talmalectoraat Wonen, Zorg en Welzijn NHL Stenden Hogeschool; verpleegkunde en verzorgende-IG opleidingen (mbo en hbo) en MKB-bedrijf Studio Maki en aanvullende expertise is gezocht bij het Wenkebach instituut UMCG, RUG en Saxion Hogeschool.