De rollen en taken van waterschappen zijn de afgelopen decennia mede door schaalvergroting en effecten van klimaatverandering omvangrijker en complexer geworden. Naast de primaire beheertaak worden waterschappen en specifieke medewerkers steeds vaker als partner of adviseur betrokken bij gebiedsontwikkelingen en initiatieven in de particuliere sector
MULTIFILE
Omgaan met de effecten van klimaatverandering is al vele jaren geïntegreerd in de taken van de waterschappen. Dit betreft niet alleen de borging van hoogwaterveiligheid, maar zeker ook de omgang met extreme neerslag. De huidige inzichten laten zien dat de klimaateffecten naar verwachting groter zullen zijn dan eerder voorzien en dat adaptatie van de huidige inrichting en het beheer van de leefomgeving nodig is om veiligheid en leefbaarheid te waarborgen. De Climate Change Performance Index (november, 2017) geeft aan dat ook in Nederland onvoldoende wordt gedaan om de gevaarlijke gevolgen van klimaatverandering te voorkomen. Niet voor niets heeft de aandacht hiervoor een belangrijke plaats gekregen in het regeerakkoord. Het kunnen aanpassen aan de klimaatverandering vraagt om een transitierichting adaptief en integraal waterbeheer. Bij die transitie is adaptief vermogen van betrokkenen noodzakelijk.
MULTIFILE
"Tijd van alles fiksen met watermaatregelen is echt voorbij. Water moet integraal onderdeel uitmaken van alle ruimtelijke afwegingen en planuitwerkingen. Bouw klimaatbestendig en waterrobuust. Bij alle fysieke ingrepen in ons land moet rekening worden gehouden met waterveiligheid, zoetwatervoorziening en ruimtelijke adaptatie. Dit moet doorwerken in de omgevingsvisies van rijk provincies en gemeentes. De wateropgaven moeten meer sturend worden en randvoorwaarden aangeven voor de keuzes bij de ruimtelijke inrichting van Nederland", aldus Peter Glas, Deltacommissaris in Waterforum 10 november 2020.
MULTIFILE
De nieuwe lector Gezonde Stedelijke Ontwikkeling levert onderbouwde praktijkgerichte oplossingen voor de vraag hoe je stedelijke verdichting kunt combineren met het creëren van groene en rustige plekken, waar mensen kunnen ontspannen, ontmoeten en bewegen. In de regio Utrecht en heel Nederland worden de komende jaren veel woningen bijgebouwd binnen de gemeentegrenzen. Deze stedelijke verdichting gaat vaak ten koste van groene en rustige plekken, terwijl zulke plekken juist essentieel zijn voor de gezondheid van stadsbewoners. Provincie Utrecht en Utrechtse gemeenten zoeken naar manieren waarop die stedelijke verdichting kan samengaan met het creëren van groene en rustige plekken, waar mensen kunnen ontspannen, ontmoeten en bewegen. Hoe zorg je dat de plekken aansluiten op de wensen van alle belanghebbenden, inclusief kwetsbare groepen en toekomstige bewoners, zodat alle groepen deze plekken ook daadwerkelijk gaan gebruiken? Hoe betrek je hen in het ruimtelijk planproces? Hoe worden de groene en rustige plekken na realisatie gebruikt en beleefd? De lector Gezonde Stedelijke Ontwikkeling wil dit in ‘living labs’ onderzoeken en praktische handvatten ontwikkelen voor professionals om groene en rustige plekken te kunnen creëren. In het lectoraat monitoren we hoe gebruikers na realisatie de plek gebruiken en beleven, met daarvoor (door)ontwikkelde methoden. We analyseren in hoeverre oorspronkelijke ambities ten aanzien van groene en rustige plekken zijn gerealiseerd, en wat daarin stimulerende en belemmerende factoren zijn. We borgen de inzichten en maken deze beschikbaar voor huidige en toekomstige professionals die werken aan gezonde stedelijke ontwikkeling. De L.INT lector Gezonde Stedelijke Ontwikkeling combineert de expertise van RIVM en Hogeschool Utrecht (HU). De activiteiten zijn ingebed in lopende projecten en programma’s van HU en RIVM. Door de samenwerking met provincie, gemeenten en andere praktijkprofessionals komt de nieuwe kennis terecht in de beroepspraktijk. De lector wordt ondergebracht in het Lectoraat Building Future Cities van het Kenniscentrum Gezond en Duurzaam Leven, HU.
De wijk Europapark in Groningen is recent aangelegd rond het voetbalstadion van FC Groningen. Het is een wijk waarin vooral woningen in hoge dichtheden zijn gebouwd en de openbare ruimte kenmerkt zich door veel verharding en een ‘betonnen’ omgeving. In de toekomst zal deze wijk te maken krijgen met onbeheersbare gevolgen van klimaatverandering: een vergaande opwarming van het stedelijk gebied (Urban Heat Island) en wateroverlast als gevolg van heftiger regenbuien. De manier waarop de wijk is aangelegd is exemplarisch voor veel stenige woonwijken in hoge dichtheden. Deze wijken zullen dus fundamenteel anders moeten worden ingericht om klaar te zijn voor deze toekomstige veranderingen. Twee elementen van deze andere inrichting fungeren als barrières voor een daadwerkelijke uitvoering: een toekomstgericht plan met maatregelen die de komende decennia nodig zullen blijken, en een planningsproces waarin de aanpassingen gedragen worden door de bewoners in de wijk. Voor veel kleine bedrijven ontbreekt de kennis van werkelijk lange termijn inzichten welke maatregelen moeten worden uitgevoerd, en voor bij procesgerichte bedrijven ontbeert het aan methoden voor het echt ruimte geven aan bewoners. Deze twee vragen zijn de aanleiding voor het starten van een planproces, dat, door de bewoners gedreven, streeft naar het vinden van de noodzakelijke ontwerpoplossingen die de wijk omtoveren in een ‘Urban Cool Island’ en een wijk die de heftigste regenbui kan opzuigen, om het water daarna eindeloos traag weer terug te geven aan het oppervlaktewater. Zo ontstaat een klimaatwijk, die voor de lange termijn klaar is en zich continue aan kan blijven passen.
De wijk Europapark in Groningen is recent aangelegd rond het voetbalstadion van FC Groningen. Het is een wijk waarin vooral woningen in hoge dichtheden zijn gebouwd en de openbare ruimte kenmerkt zich door veel verharding en een ‘betonnen’ omgeving. In de toekomst zal deze wijk te maken krijgen met onbeheersbare gevolgen van klimaatverandering: een vergaande opwarming van het stedelijk gebied (Urban Heat Island) en wateroverlast als gevolg van heftiger regenbuien. De manier waarop de wijk is aangelegd is exemplarisch voor veel stenige woonwijken in hoge dichtheden. Deze wijken zullen dus fundamenteel anders moeten worden ingericht om klaar te zijn voor deze toekomstige veranderingen. Twee elementen van deze andere inrichting fungeren als barrières voor een daadwerkelijke uitvoering: een toekomstgericht plan met maatregelen die de komende decennia nodig zullen blijken, en een planningsproces waarin de aanpassingen gedragen worden door de bewoners in de wijk. Voor veel kleine bedrijven ontbreekt de kennis van werkelijk lange termijn inzichten welke maatregelen moeten worden uitgevoerd, en voor bij procesgerichte bedrijven ontbeert het aan methoden voor het echt ruimte geven aan bewoners. Deze twee vragen zijn de aanleiding voor het starten van een planproces, dat, door de bewoners gedreven, streeft naar het vinden van de noodzakelijke ontwerpoplossingen die de wijk omtoveren in een ‘Urban Cool Island’ en een wijk die de heftigste regenbui kan opzuigen, om het water daarna eindeloos traag weer terug te geven aan het oppervlaktewater. Zo ontstaat een klimaatwijk, die voor de lange termijn klaar is en zich continue aan kan blijven passen.