In deze publicatie gaat het veel en vaak om beweegzorg, uitgevoerd door beweegzorgprofessionals, als onderdeel van zowel het zorgaanbod als het beweegaanbod in de wijk. Met beweegzorg wordt de paramedische zorg bedoeld voor mensen die problemen ervaren in hun bewegend functioneren. Beweegzorg wordt uitgevoerd door beweegzorgprofessionals. Dit zijn fysiotherapeuten en/of oefentherapeuten Cesar/Mensendieck. Overal waar fysiotherapeut of fysiotherapiepraktijk staat wordt óók bedoeld oefentherapeut en oefentherapiepraktijk Zij vervullen een rol in het zorg- en beweegaanbod in de wijk. Het zorgaanbod is het geheel aan (eerstelijns) medische en paramedische zorg in de wijk. Het beweegaanbod bestaat uit alle sport- en beweegactiviteiten die in de wijk georganiseerd worden gericht op het welzijn van de burger. In de wijk worden zorg- en welzijnvoorzieningen meer en dichtbij de burger aangeboden. Het onderscheid tussen zorg en welzijn (ook: leefstijl en bewegen) vervaagt. Namelijk, verschillende branches bieden zorg en ondersteuning in de wijk aan. Er is sprake van branchevervaging. Leeswijzer: Dit is de eerste publicatie van MOVES, over de (gewenste) positionering van de fysiotherapeut in de wijk. Op basis van onderzoeksresultaten – literatuurstudie en veldwerk – wordt het net opgehaald van waar de fysiotherapeut staat: wat is het vertrekpunt, wat verandert er de komende jaren, welke uitdagingen zijn er in de wijk als het gaat om stakeholders, imago en samenwerking?
LINK
Point of Care Testing
IMAGE
Hoofdstuk 3 Leren transformeren. 1. Door wie wordt er geleerd? In dit hoofdstuk wordt het model van de ontwikkelwerkplaats (OWP) beschreven aan de hand van ervaringen van deelnemers aan drie OWP’s van de Wmo-werkplaats Utrecht rond het thema ‘samenspel formele – informele zorg’ bij volwassen mensen met dementie, niet-aangeboren hersenletsel en licht verstandelijke beperkingen. Deelnemers waren professionals, managers, mantelzorgers, studenten en docenten. 2. In welke setting wordt er geleerd? Een ontwikkelwerkplaats (OWP) is een leersetting waarbij mensen gedurende een periode van één tot twee jaar regelmatig bij elkaar komen, en waarbij tussentijds in werkgroepen en praktijksettingen ‘learned lessons’ in praktijk worden gebracht en innovaties worden uitgetest. OWP’s worden door meerdere Wmo-werkplaatsen ingezet. 3. Wat is het doel van het leren? Doel van het leren is om de bestaande praktijk te verbeteren. In dit hoofdstuk gaat het om een betere samenwerking tussen professionals en mantelzorgers, zodat ze elkaar optimaal aanvullen.
Het project Beter Voorbereid optimaliseert, onderzoekt en verduurzaamt de e-health applicatie BeterVoorbereid om het preoperatieve zorgtraject te ondersteunen. Goede voorbereiding is het halve werk. Dit geldt ook voor patiënten op de wachtlijst voor een chirurgische ingreep. Onderzoek laat zien dat een sneller herstel gerelateerd is aan een goede gezondheidsstatus voorafgaand aan een operatie. Het aanpassen van leefstijl en fysieke conditie voor een operatie is daarom effectief in het verbeteren van fysiek functioneren na de operatie. Het blijkt echter lastig om patiënten goed te informeren in de hectische periode voor een operatie. Onderzoek laat zien dat slechts 15% van de gegeven informatie wordt onthouden. Daarnaast is het voor tweedelijns fysiotherapeuten lastig om gepaste zorg te organiseren voor de patiënt in zijn/haar woonomgeving. Dit heeft er toe geleid dat vanuit de (ziekenhuis)fysiotherapie het initiatief is genomen om samen met MKB partijen op zoek te gaan naar een mogelijke oplossing. Uit dit initiatief is de app BeterVoorbereid voort gekomen. Deze app bevat gepaste adviezen om de leefstijl en fysieke conditie van patiënten te verbeteren, en een koppeling naar een platform waar eerstelijns fysiotherapeut hun expertise aanbieden voor aanvullende persoonlijke begeleiding. De eerste versie van de app is in 2019 in een pilot getest. Op basis van resultaten en feedback uit de pilot is de app verder gepersonaliseerd en is in juni 2020 gestart met de grootschalige multicenter RCT. Het onderzoek Beter Voorbereid richt zich op de randvoorwaarden voor een duurzame implementatie van de app en de daaraan gekoppelde zorg door 1) het personaliseren van de app, 2) het opzetten van een preoperatief netwerk, 3) onderzoek naar de effectiviteit op patiëntuitkomsten en 4) inzet op implementatie en businessmodellen van de innovatie. In alle werkpakketten wordt zowel onderwijs als de beroepspraktijk vanaf het begin van het project actief betrokken.
Het project BeterVoorbereid optimaliseert, onderzoekt en implementeert de e-health applicatie BeterVoorbereid om het preoperatieve zorgtraject te ondersteunen en het fysiek herstel van patiënten te verbeteren. Een goede voorbereiding is het halve werk, ook voor patiënten op de wachtlijst voor een chirurgische ingreep. Onderzoek laat zien dat verbeteren van leefstijl en fysieke conditie voorafgaand aan een operatie positieve effecten heeft op het fysieke herstel na de operatie . Het blijkt echter lastig om patiënten goed te informeren in de hectische periode voor operatie. Onderzoek laat zien dat slechts 20% van de informatie wordt onthouden. Daarnaast is het voor patiënten en tweedelijns fysiotherapeuten lastig om gepaste zorg te vinden in de woonomgeving van de patiënt en is financiering van deze preoperatieve zorg een uitdaging. Dit heeft er toe geleid dat enkele fysiotherapeuten het initiatief hebben genomen om samen met MKB partijen op zoek te gaan naar een mogelijke oplossing. Uit dit initiatief is de app BeterVoorbereid voort gekomen. Deze app bevat gepaste adviezen om de leefstijl en fysieke conditie van patiënten te verbeteren, en een koppeling naar een platform waar eerstelijns fysiotherapeuten hun expertise aanbieden om patiënten te begeleiden bij hun preoperatieve voor bereiding. De eerste versie van de app wordt in het voorjaar van 2018 in een pilot getest. Er liggen reeds wensen voor het verder personaliseren van de app en het opzetten van een robuust preoperatief netwerk van eerstelijns fysiotherapeuten rondom de ziekenhuizen die de app aanbieden. Dit voorstel richt zich daarom op de randvoorwaarden voor een duurzame implementatie van de app en de daaraan gekoppelde zorg door 1) het personaliseren van de app, 2) het opzetten van een preoperatief netwerk, 3) onderzoek naar de effectiviteit op patiëntuitkomsten en 4) inzet op implementatie en businessmodellen van de innovatie. In de werkpakketten wordt zowel onderwijs als de beroepspraktijk actief betrokken.
De Nederlandse gezondheidszorg richt zich steeds meer op waardegedreven zorg. Waardegedreven zorg streeft naar betere zorg voor de patiënt, tegen minder kosten. Een belangrijk aspect van waardegedreven zorg is gepersonaliseerde zorg; een behandeling is voor patiënten het meest waardevol als deze is afgestemd op zijn persoonlijke behoeften, voorkeuren en waarden. Waar het vroeger onmogelijk was kosteneffectieve persoonsgebonden zorg te leveren, wordt dit mede dankzij technologieën als 3D printen steeds haalbaarder. In de regio Twente heeft zich de afgelopen jaren een ecosysteem gevormd op het gebied van medisch 3D printen. Hierin werken onderzoekers van Saxion Hogeschool samen met het Medisch Spectrum Twente (MST), Ziekenhuisgroep Twente (ZGT), het Roessingh, OCON, en verschillende (commerciële) partners. Binnen het ecosysteem wordt 3D printen ingezet voor het maken van o.a. preoperatieve modellen, zaagmallen en eenvoudige medische hulpmiddelen. Een volgende stap op het gebied van medisch 3D printen, die aansluit bij de beweging richting waardegedreven, gepersonaliseerde zorg, is het 3D printen van persoons-gebonden medische hulpmiddelen zoals protheses, ortheses en spalken. Ondanks veelbelovende ontwikkelingen (met o.a. een tracheacanule op maat en een persoonsgebonden pessarium) lukt het de ziekenhuizen echter nog niet om hier op grote schaal verder mee te komen. Er zijn technologische uitdagingen, maar ook vragen over de inrichting van het ontwerpproces en de implementatie van de persoonsgebonden hulpmiddelen in het zorgproces. Dit project gebruikt het bestaande ecosysteem als ‘living lab’ om deze 3 uitdagingen nader te onderzoeken in 4 ontwerpcases. De kennis uit de cases wordt na afloop doorvertaald naar oplossingen voor het hele ecosysteem. Met deze aanpak bouwt het onderzoek voort op bestaande kennis, expertise en faciliteiten en zorgt het voor een doorontwikkeling naar een ecosysteem waarin zorgprofessionals zelfstandig aan de slag kunnen met het 3D printen van persoonsgebonden medische hulpmiddelen.