Het Nieuwe Telen (HNT) heeft in haar theoretisch kader de teeltprocessen ingedeeld in zes balansen. De energiebalans, de waterbalans en de assimilatenbalans van de plant en de CO2 balans, de vochtbalans en de energiebalans van de kas. In dit project is onderzocht of de mineralenbalans, de ecologische balans en de hormoonbalans nuttige aanvullingen zijn op de bestaande balansen van HNT. Aanbevelingen: faciliteer onderzoek naar metingen die het mogelijk maken de status van de plant te volgen m.b.t. de mineralenbalans en ecologische balans.
DOCUMENT
Overgewicht is een veel voorkomend gezondheidsprobleem, ook in de vruchtbare levensfase. Het gevolg van overgewicht is, behalve de bekende risico's, dat de kans op zwangerschap is afgenomen. Nog belangrijker echter is het verhoogde risico op zwangerschapscomplicaties, en complicaties rondom de bevalling.
DOCUMENT
Dit artikel onderzoekt immuniteit buiten de contouren van een menselijk lichaam en een biopolitiek kader in het plantwetenschappelijk materieel-discursief object van het superonkruid met zijn resistentie en tolerantie voor herbiciden. In plaats van categorisch aan te nemen dat alle vormen van immuniteit en immuunsystemen plaatsvinden binnen de abstracte categorie van het (menselijk) lichaam, besteedt het artikel aandacht aan de manier waarop het superonkruid als analytisch en synthetiserend brandpunt het concept van immuniteit gaat bevolken en erdoor bevolkt wordt. In het algemeen beweert de auteur dat de materiële dimensie van het superonkruid kan worden gezien als een uitbreiding van of aanvulling op noties van het individuele, autonome en begrensde menselijke lichaam, maar dat deze materiële dimensie ook zijn eigen subjectpositie kan ondermijnen. Door het concept van immuniteit los te koppelen van zijn 'oorsprong' in het menselijk lichaam, kunnen nieuwe ontologische gronden voor menselijke en niet-menselijke politieke ecologieën worden bedacht, met een andere vorm van belichaming, die noch negatief, noch bevestigend zijn.
MULTIFILE
Nederland is een belangrijke speler op de wereldwijde rozenmarkt. In 2023 exporteerde het land rozen ter waarde van 939 miljoen dollar, waarmee het de grootste exporteur ter wereld was ( (OECtoday, 2024). Rozenkwekers worden geconfronteerd met aanzienlijke uitdagingen, waaronder de verwoestende impact van ziekten zoals valse meeldauw, die zich onder gunstige omstandigheden snel kunnen verspreiden en ernstige oogstverliezen veroorzaken. Valse meeldauw vormt een ernstige bedreiging voor rozen, aangezien vooral buitenteelt onderhevig is aan weersinvloeden zoals hoge luchtvochtigheid, temperatuurschommelingen en regenval, die de verspreiding van de schimmel aanzienlijk bevorderen. De infectie leidt tot bladverlies, groeivertraging en een significante verslechtering van de bloemkwaliteit, wat resulteert in aanzienlijke economische schade voor telers. Dit project richt zich op de ontwikkeling van een geavanceerd AI-gebaseerd beeldherkenningssysteem dat specifiek is ontworpen voor het vroegtijdig detecteren van valse meeldauw (Peronospora sparsa) op rozen in de buitenteelt. Traditioneel worden chemische fungiciden ingezet, maar deze aanpak is zowel milieubelastend als inefficiënt op de lange termijn, mede door de ontwikkeling van resistentie bij de schimmel. Ons project beoogt daarom een duurzame, niet-chemische oplossing door middel van gerichte ultraviolet-bestraling (UV-C). De reeds ontwikkelde robot Alpha Ceres, die autonoom door rozenvelden navigeert met behulp van Real-Time-Kinematic (RTK) GPS, zal in de toekomst als draagplatform dienen voor deze technologie. In de eerste fase ligt de focus op de ontwikkeling van een robuust AI-algoritme voor herkenning van geïnfecteerde bladeren en het bepalen van hun positie. Daarnaar volgt het nauwkeurig bepalen van optimale UV-C-instellingen en laboratoriumtesten met geïnfecteerde planten. Er zal een proof-of-concept worden gerealiseerd met een opstelling bestaande uit een lopende band, camera’s en een actuator die de lamp naar de plant toe beweegt, welke beschikbaar is bij het GreenTechLab. Dit vormt de basis voor de overstap naar Alpha Ceres.
De toename van antibioticaresistente bacteriën wordt beschouwd als een wereldwijde bedreiging voor de gezondheid van zowel mens als dier. Accurate en snelle detectie van resistentie bij mens, dier en omgeving is belangrijk om verspreidingsroutes in kaart te brengen zodat de juiste maatregelen tegen infectie genomen kunnen worden. Binnen zorginstellingen is de detectie van resistentie essentieel om te voorkomen dat patiënten blootgesteld worden aan resistente bacteriën. Ook buiten zorginstellingen zijn er bronnen te vinden die resistente bacteriën bevatten, zoals het riool. Dit onderzoek heeft tot doel om met nieuwe, in opmars zijnde technieken snelle detectie en identificatie te realiseren van het genetisch materiaal van resistente bacteriën. Het onderzoek zal plaats vinden binnen en buiten zorginstellingen en ook bijdragen aan het traceren van bronnen van antibioticaresistentie. De toe te passen innovatieve technieken zijn een aanvulling op het onderzoek dat wordt uitgevoerd binnen het lectoraat Analysetechnieken in de Life Science (ALS) en een uitbreiding van de detectietechnieken die nu in het onderwijs worden gedoceerd. Dit onderzoek ondersteunt een opleiding waar praktijkgericht onderzoek een prominente plaats heeft in onderwijs. Zowel binnen de opleiding Biologie en Medisch Laboratoriumonderzoek (BML) als binnen het lectoraat ALS zijn er diverse samenwerkingen met relevante praktijkpartners. Hierdoor is vraagsturing vanuit het werkveld goed georganiseerd. De vragen vanuit het werkveld worden geïmplementeerd in verschillende projecten met als doel (1) het werkveld met kennis te verrijken, (2) studenten meer onderzoeks-minded te maken en (3) bij te dragen aan verdere professionalisering van docenten. Vanwege de groei van het aantal studenten biologie, de opkomst van nieuwe technieken voor het bepalen van het genetisch materiaal binnen de life science, het belang van de microbiologie in het onderwijs en maatschappij en de roep om datavaardige studenten, is dit onderzoek een essentiële stap voor zowel het lectoraat ALS en (BML) opleidingen binnen en buiten Avans Hogeschool.
Urineweginfecties behoren tot de meest voorkomende infecties waarvoor de huisarts wordt bezocht. Bij de diagnostiek van urineweginfecties wordt uitgegaan van een anamnese van klachten en vervolgens kunnen verschillende point-of-care testen worden ingezet. Deze testen zijn echter niet geschikt om de diagnose urineweginfectie te bevestigen, maar alleen (indien negatief) om de diagnose uit te sluiten. Daarnaast is het op basis van deze testen niet mogelijk om direct een gerichte therapie in te zetten. Er wordt regelmatig gestart met een antibioticumkuur zonder dat de verwekker bekend is, hetgeen kan leiden tot toename van de antibioticaresistentie. Er is grote behoefte aan nieuwe diagnostische benaderingen voor urineweginfecties. In het RAAK publiek project “Sneldiagnostiek van urineweginfecties in de eerstelijn” (RAAK.PUB04.050) is de inzet van single-cell MALDI-TOF massaspectrometrie onderzocht. Deze technologie blijkt in staat om zeer snel (in enkele minuten) de verwekker van een potentiële urineweginfectie te identificeren. De massaspectrometer levert unieke eiwitspectra van de bacteriecellen op. Regelmatig werd ook een additioneel laagmoleculair eiwitpatroon gevonden in de urine van patiënten met een urineweginfectie. Om die reden werd het onderzoek uitgebreid met de analyse van ruim 250 controlemonsters, urines van mensen zonder verdenking op een urineweginfectie. Uit dit onderzoek bleek dat de gevonden laag moleculaire peptiden in urine mogelijk gebruikt kunnen worden als biomarker voor een urineweginfectie. In het kader van het Top-up project willen we meer bekendheid geven aan de potentiële biomarker door middel van een wetenschappelijke publicatie. Daarnaast willen we nagaan of het mogelijk is om een pointof- care test te ontwikkelen op basis van de biomarker. Voor de klinische validatie van deze test wordt het netwerk gevormd en een onderzoeksplan voor een vervolgproject opgesteld.