DOCUMENT
This dissertation presents research on customers’ perceptions of cleanliness in service environments. The research contributes to the gap in the literature on cleanliness examined from a customer perspective, and adds to the understanding of environmental cues that influence perceived cleanliness. Part one of the dissertation includes the operationalisation of the concept of perceived cleanliness and the development of an instrument to measure perceived cleanliness. Results showed that perceived cleanliness consists of three dimensions: cleaned, fresh, and uncluttered. Next, the Cleanliness Perceptions Scale (CP-scale) was developed and validated in different service environments, resulting in a 12 item questionnaire that can be used to measure perceived cleanliness in service environments. Part two includes the experimental research on the effects of different environmental cues on perceived cleanliness. It furthermore explores to what extent the effects of these environmental cues on perceived cleanliness can be explained by the concept of priming. The experiments demonstrated that particular environmental cues influence perceived cleanliness: the visible presence of cleaning staff, light colour, light scent, and uncluttered architecture positively influence customers’ perceptions of cleanliness in service environments. Also, empirical support was found for priming as one of the mechanisms involved in the effects.Part three reflects on the implications of the dissertation for theory and practice. The research provides knowledge that is relevant for the fields of facility management, service marketing, social psychology, and environmental psychology. The dissertation improves the understanding of the concept of perceived cleanliness by enabling scholars and practitioners to measure the concept and the effects of particular environmental cues in service environments.
MULTIFILE
Het plan van aanpak gepresenteerd in deze handreiking is bedoeld als leidraad voor het ontwerpen, ontwikkelen, implementeren en evalueren van verschillende Learning Communities binnen het RAAK-5 project Het Nieuwe Telen: gas erop! Het is bedoeld om zowel inzichten als instrumenten te bieden aan coördinatoren en facilitatoren voor de implementatie van de lokale Learning Communities gedurende het project. Deze handreiking is een noodzakelijke aanvulling op het project vanwege de prominente rol van Learning Communities binnen het project, maar ook omdat er geen wetenschappelijk gebaseerde ontwerpprincipes voor LC’s te vinden zijn. Er zijn veel projecten die Learning Communities uitvoeren, maar een grondige zoektocht naar literatuur en internetbronnen resulteerde niet in ontwerpprincipes.
DOCUMENT
Als ontwerpers hun vermogen voor inclusief ontwerpen versterken, leveren zij met hun producten en diensten een belangrijke bijdrage aan een inclusieve samenleving. Zij moeten dan wel een keuze kunnen maken uit beschikbare principes, richtlijnen en tools voor hun specifieke ontwerpdoelen, doelgroepen en contexten en deze in de praktijk toepassen. Het project Active Inclusive Design beoogt, middels praktijkgericht actieonderzoek, onderzoek, onderwijs en praktijk van inclusief ontwerpen samen te brengen in een leergemeenschap. Dit artikel beschrijft de verschillende fasen van de vorming van deze leergemeenschap en de lessen die we daaruit getrokken hebben. Tot dusver blijkt het een krachtig middel te zijn om kennis uit de wetenschap en praktijkervaringen samen te brengen, zodat kennis beter landt in de praktijk.
LINK
Inleiding Het College van Bestuur heeft mij benoemd tot lector in het vakgebied Integraal Ontwerpen. De voorzitter van de Faculteit Natuur en Techniek, de heer Udink ten Cate, heeft u verteld over de aanleiding van het instellen van dit lectoraat met de daaraan verbonden leerstoel. Voor het hbo zijn dit nieuwe onderwerpen en u begrijpt dat het voor mij een spannende uitdaging is de leerstoel Integraal Ontwerpen vorm en inhoud te geven. Bij de voorbereiding van de rede kwam ik het werk van kunstenaar Oskar de Kiefte tegen, waar ik in de loop van mijn verhandeling nog op terugkom. De wijze waarop hij speelt met vorm, structuur en functie van verschillende voorwerpen heeft mij erg geïnspireerd. Zijn werk is uitermate geschikt om bepaalde aspecten van Integraal Ontwerpen toe te lichten. Ik moest bij de voorbereiding ook denken aan een bekende kernzin uit de systeemleer van In t Veld: het geheel is meer dan de som der delen. Het onderwerp van mijn openbare les is Integraal Ontwerpen, een nieuwe verleiding voor techniek. Integraal Ontwerpen is voor velen van u een nieuw begrip. Ik ga dit toelichten en inhoudelijk uitwerken. Vervolgens wil ik u duidelijk maken wat Integraal Ontwerpen betekent voor het bedrijfsleven en vooral wat de consequenties zijn voor de ingenieur van de toekomst. Ik durf hier de volgende aannames te doen: dat Integraal Ontwerpen het beroep van (werktuigbouwkundig) ingenieur breder en daardoor aantrekkelijker maakt; dat Integraal Ontwerpen de keuze voor techniek verleidelijker maakt. Ik eindig met een overzicht van activiteiten waarmee ik me de komende tijd ga bezighouden.
DOCUMENT
Technologie in het onderwijs wordt mondjesmaat toegepast (zie bijvoorbeeld Schildkamp, Wopereis, KatDe Jong, Peet & Hoetjes, 2020). Alle onderwijsinstellingen hebben tegenwoordig weliswaar een digitale leeromgeving, doch een optimaal gebruik ervan is nog niet gerealiseerd. In veel situaties wordt de digitale leeromgeving voornamelijk gebruikt voor administratieve functies en voor de beschikbaarstelling van leermiddelen. De Coronapandemie heeft voor een ongekende exponentiële groei in het gebruik van technologie gezorgd. Eenvoudigweg omdat de gebruikelijke manieren van lesgeven onmogelijk werden. In een mum van tijd schakelden docenten over naar Teams, Zoom of andere vergelijkbare technologie, werden colleges opgenomen of gestreamd, webinars ontwikkeld, kennisclips gemaakt en online gezet en werd de leeromgeving verder doorontwikkeld om communicatie synchroon en asynchroon te verbeteren. Dat is een prestatie van formaat waardoor het onderwijs in tijden van de pandemie online door kon blijven gaan. Zo ontstonden er door een mix van fysiek en online onderwijs allerlei vormen van blended learning. Blended Learning is een populair concept waar echter zeer uiteenlopende betekenissen achter schuil gaan (Oliver & Trigwell, 2005). Een allesomvattende definitie die op ieders instemming kan rekenen, is een utopie maar de omschrijving van SURF (2020) wordt frequent gehanteerd: Blended learning is een mengvorm van face-to-face en online (ICT-gebaseerde) onderwijsactiviteiten, leermaterialen en tools. Beide soorten leeractiviteiten maken een substantieel onderdeel uit van het onderwijs; idealiter versterken ze elkaar. Het doel is onderwijs te ontwikkelen dat gebruik maakt van ICT om effectief, efficiënt en flexibel leren mogelijk te maken, met een stijging van het leerrendement en de student- en docenttevredenheid tot gevolg. Vanwege het Coronavirus zien we dat onderwijsactiviteiten die voorheen op locatie in een onderwijssetting plaatsvonden, nu voornamelijk online plaatsvinden waarbij studenten en docenten inloggen in Teams, Zoom, Bluejeans of een vergelijkbare omgeving. De inhoud van het onderwijs of manier van lesgeven verandert echter niet of nauwelijks. Dit is illustratief voor wat we verstaan onder blended learning in de vorm van substitutie. Er is dan sprake van een vervanging: Het klaslokaal wordt ingeruild voor Teams. Ook al is straks de coronapandemie voorbij, dan gaan we er van uit dat het onderwijs meer blended zal blijven dan voorheen, omdat we nu op grote schaal de mogelijkheden ervaren van technologische toepassingen en die willen we behouden en verder uitbouwen. Er is momentum om na te denken over hoe te komen tot een meer optimale blend, en dus niet in de fase van substitutie te blijven verkeren, hetgeen vraagt om een herontwerp van het onderwijs. Met dit essay willen we hier de aandacht op vestigen.
DOCUMENT
De creatieve denkkracht van kinderen wordt nog niet vaak benut bij het vinden van oplossingen voor problemen in de dagelijkse praktijk. Hun ervaringen en ideeën zouden meegenomen kunnen worden in ontwerpprocessen door hen te laten participeren in de ontwikkeling van nieuwe producten. In het NRO‐NWO project “Co‐design with kids” hebben 32 kinderen uit groep 5 en 26 kinderen uit groep 7 van twee basisscholen gedurende zeven weken onder begeleiding van een onderzoeker en hun groepsleerkracht gewerkt aan een ontwerpopdracht van een ‘echte’ opdrachtgever gericht op het bewegingsonderwijs (Casus Gymzaal van de Toekomst) en op de speelruimte (Casus Memo). Een jury van zeven tot acht personen met expertise op het vlak van bewegen, buitenspelen, bewegingsonderwijs, onderwijs of ontwerpen heeft de kwaliteit van de ontwerpuitkomsten van de kinderen beoordeeld in termen van originaliteit en variatie, inspiratie, uitwerking en relevantie. Uit de resultaten kwam naar voren dat de kinderen goed in staat zijn tussen‐ en eindproducten te bedenken die aansluiten bij de doelgroep. De ontwerpideeën scoorden over het algemeen ook hoog op de variatie in de oplossingen, de mate waarin de producten uitgewerkt, uitgedacht en direct toepasbaar waren en de mate waarin de eindproducten pasten binnen de context van het probleem. De ontwerpideeën waren volgens de juryleden en opdrachtgevers echter niet heel origineel; de ontwerpideeën waren in hun ogen niet erg vernieuwend, waren een afgeleide van bestaande concepten of bevatten geen verrassende elementen.
DOCUMENT
Hoe een natuur & techniek les een wetenschap & technologie les werd door het stellen van goede vragen. Onderzoekend en ontwerpend leren op basisschool de Kingbeek!
DOCUMENT
Dit document is samengesteld om constructeurs uit de mechatronica industrie met ervaring met metalen een inleiding in ontwerpen met composieten te geven. Het geeft basis info over de belangrijkste verschillen, eigenschappen en voor/nadelen van composieten. Het is niet bedoelt een ontwerphandleiding te schrijven maar een document met basisinformatie en vuistregels.
DOCUMENT
Ontwerpen van Technische Innovaties biedt studenten een ontwerpmethode voor het doen van onderzoek en het maken van innovatieve ontwerpen in multidisciplinaire teams. Steeds vaker immers werken verschillende disciplines in één team aan een innovatie samen met opdrachtgevers en ontwikkelpartners. Ontwerpen van Technische Innovaties concentreert zich op het ontwerpproces vanaf de innovatievraag tot en met het ontwikkelen en testen van een effectieve oplossing. In dit deel van het innovatieproces wordt het product gedefinieerd, het ontwerp bepaald en worden alle kritische problemen en risico’s onderzocht en zo innovatief mogelijk opgelost.
DOCUMENT