Introduction: Bruxism is a repetitive masticatory muscle activity that may cause substantial morbidity and reduce the quality of life in children with profound intellectual and multiple disabilities. Assessment methods most commonly used were caregiver reporting and dental examination, This systematic review with meta-analysis aims to determine the prevalence of bruxism in children with profound intellectual and multiple disabilities and to describe the currently used assessment methods for bruxism in this population. Methods: We conducted a systematic review and meta-analysis using a multi-component search strategy. We used a random effects model to calculate the prevalence and 95 % confidence intervals for each study, for all studies combined, and specifically for Rett syndrome (RS), cerebral palsy (CP), Down syndrome (DS), and “other disorders (primarily Angelman syndrome and Prader–Willi syndrome).” Results: The prevalence for the entire group based on a random effects model was found to be 49 % (95 %CI 41–57 %) with high heterogeneity (I2 = 93 %, p < 0.01), for RS 74 % (95 %CI 53–88 %, I2 = 84 %, p < 0.01), CP 48 % (95 %CI 38–57 %, I2 = 86 %, p < 0.01), DS 40 % (95 %CI 33–47 %, I2 = 60 %, p < 0.01) and “other disorders” 40 % (95 %CI 18–67 %, I2 = 98 %, p < 0.01). The group prevalences were not equal, indicating a significant difference (P-value = 0.03), with a notably higher likelihood of RS. Conclusion: We observed a five-fold increased likelihood of bruxism in children with profound intellectual and multiple disabilities. The disorder with the highest prevalence was Rett syndrome, with a seven-fold increased likelihood of bruxism. The increased likelihood of bruxism in this vulnerable group of children demands clinicians pay heed to this substantial morbidity.
DOCUMENT
Binnen het Raak Pro project ‘Praten kan ik niet …, maar communiceren wil ik wel’ hebben we onderzoek gedaan naar het gebruik van Communicatie Ondersteunende Hulpmiddelen (COH) bij kinderen/jongeren met ernstige communicatieve en meervoudige beperkingen. Het ging om kinderen/jongeren die niet, nauwelijks of zeer slecht verstaanbaar spreken vanwege hun meervoudige beperkingen. We onderzochten hoe zij en mensen in hun omgeving, bijvoorbeeld ouders, leraren en/of behandelaars geholpen konden worden bij het zoeken, selecteren en inzetten van de best passende en meest adequate hulpmiddelen om de communicatie van het kind/de jongere te ondersteunen en verder te ontwikkelen. Goede, optimaal aangepaste hulmiddelen, methoden en technieken voor communicatieondersteuning vergroten de mogelijkheden en kansen van deze kinderen en jongeren om meer (zelf)redzaam te worden, meer regie te hebben over eigen kwaliteit van leven en meer succesvol deel te nemen aan verschillende activiteiten in allerlei sociale en maatschappelijke contexten: thuis, op school, in dagbesteding of werk en in de vrije tijd. Hiervoor is een Routekaart ontwikkeld. Onderdeel van de Routekaart is het proces van assessment waarin onderzocht wordt welke barrières/functioneringsproblemen het kind/de jongere ervaart bij het communiceren met anderen; wat zijn/haar behoeften en wensen zijn wat betreft het communiceren en welke mogelijkheden de persoon heeft om, eventueel met behulp van een COH, te kunnen communiceren in alledaagse levenssituaties.
DOCUMENT