Vandaag de dag lijkt de focus van docenten en andere onderwijsontwerpers vooral te liggen op het uitvoeren van het onderwijs. Kortgezegd, we evalueren te weinig terwijl dat juist hard nodig is om ons onderwijs te verbeteren. Als we wel evalueren doen we dat vaak op basis van studentenevaluaties, maar die worden weer als minder betrouwbaar en niet valide gezien. Wil jij simpel en snel inzicht krijgen in manieren waarop je jouw onderwijsontwerp verder kunt ontwikkelen? Zoek je concrete handvatten op maat die je helpen om snel en op een heldere manier te evalueren? Antwoord op deze en andere vragen vind je in deze publicatie van het lectoraat Teaching, Learning & Technology zodat je in zeven minuten weer bent bijgepraat over het ontwerpen, evalueren en door ontwikkelen van je onderwijs.
DOCUMENT
De opleiding Life Sciences & Chemistry in het domein AFL wil aansluiten bij ontwikkelingen in het werkveld en didactisch vernieuwen, gericht op de activering van studenten. Hierbij wordt van een beredeneerde inzet van video veel verwacht, vooral bij de curriculumonderdelen die studenten als lastig ervaren. De onderwijseenheid ‘Basischemie’ (blok 1, jaar 1) wordt gezien als een ‘struikelvak’. Een focusgroep met studenten maakte duidelijk dat niet alleen de stof, maar vooral ook de werkwijze in het hbo verschilt van die in de havo. Daarom is besloten tot een herontwerp van de didactiek. Doel van het onderzoek is samen met de betrokken pionier en docent die dit onderwijsonderdeel verzorgt, een uitwerking met inzet van video’s te genereren en te testen, waarbij de video’s aansluiten bij de hoorcolleges, opdat het ontwerp leidt tot actieve betrokkenheid van studenten bij het onderwijs en een beter begrip van de leerstof. Studenten vinden het logisch om voorafgaand aan een hoorcollege de video’s te bekijken en zijn positief over de gecombineerde aanpak van video’s en hoorcolleges. Het ontwerp heeft het ervaren probleem opgelost: de voorkennis is voorafgaand aan het hoorcollege geactiveerd, de oriëntatie op het hoorcollege vond plaats, en het tijd- en plaatsonafhankelijk leren is versterkt. De docent had in het hoorcollege meer tijd over voor extra verwerkingsopdrachten.
DOCUMENT
Bij het ontwerpgerichte onderzoek dat het lectoraat Teaching, Learning & Technology uitvoert naar effectieve inzet van technologie bij leerprocessen wordt gewerkt met pioniers binnen opleidingsteams, die samen met een aantal teamleden een innovatieve leerpraktijk ontwerpen en testen in de praktijk. In het studiejaar 2016-2017 werd in zeven opleidingen een casestudie uitgevoerd naar inzet van video en/of scripting van peerreview. In twee gevallen betrof het een eerste iteratie waarbij een eerste prototype werd getest en geëvalueerd. In de andere vijf gevallen betrof het een tweede iteratie waarin een bijgesteld prototype werd getest. Deze studie richtte zich op de verkenning van kenmerken van pioniers en de karakteristieken van de gegeven contexten en de mogelijke invloeden daarvan op het effectief opereren als pionier. Op basis van inzichten uit onderzoek naar voorbeelden van brede acceptatie en succesvolle implementatie van onderwijsinnovaties met technologie, is een procesgang geschetst die duurzame inzet van een innovatie in een opleiding kansrijk maakt. In dat proces speelt de pionier weliswaar een centrale rol, maar ook andere condities in de context zijn belangrijk, waaronder de aanwezigheid van op transformatie gericht leiderschap, een visie op onderwijs en een feedbackcultuur in het team. Deze aspecten zijn nader onderzocht in deze studie, waarbij de inzichten uit onderzoek sturend waren voor de dataverzameling, dataverwerking en data-analyse.
DOCUMENT
Mediawijsheid staat niet op zichzelf, er is sprake van een generatiekloof. Dat stelt Bart Wernaart, lector Moral Design Strategy bij Fontys Hogeschool Economie en Communicatie (FEC). “Ik heb een redelijk groot vertrouwen in het techno-morele kompas van onze studenten.”
LINK
Technologie & toepassing, praktijkgericht programma en de nieuwe leerweg zullen voor velen onbekende begrippen zijn. Toch zullen deze effect hebben op de grootste groep jongeren in het voortgezet onderwijs. Tijd voor uitleg.
DOCUMENT
Er is behoefte aan mensen die bijdragen leveren aan de ontwikkeling van technische producten en processen. Onderwijs heeft de opdracht de technische geletterdheid van leerlingen te ontwikkelen en te zorgen dat ze zich prettig voelen bij het hanteren van techniek. Deze studie focust op de bijdrage die Mindtools hieraan leveren. Mindtools zijn op ICT gebaseerde leermiddelen die samenwerkend constructivistisch leren en hoger-orde (kritisch en creatief) denken stimuleren. Het begrip Direct Manipulation Environments (DME's), een subklasse van Mindtools, kenmerkt concrete leermiddelen zoals de microwerelden "Lego Mindstorms" en "Techno Logica". Deze microwerelden functioneren op basis van een materieel technisch model dat direct via een computer¬programma bestuurd wordt en taken kan uitvoeren (robots). De leertaak voor de leerling kan zich bewegen op het continuüm van het zelf programmeren van een kant-en-klaar materieel model dat bepaalde taken moet uitvoeren tot en met het zelf bedenken, bouwen en programmeren van een dergelijk model dat een of meer taken kan uitvoeren. Op grond van eerder literatuuronderzoek en een casestudie veronderstellen we dat het educatief toepassen van DME's bijdraagt aan de ontwikkeling van de technische geletterdheid van leerlingen. Hoewel definiëring van technische geletterdheid meer aandacht vraagt, zijn de volgende drie dimensies voor onze analyses bruikbaar gebleken: inhoud (zoals feiten, concepten, voorschriften), praktijk (het handelen, het materiële, doen en realiseren) en de cognitieve dimensie (denkvaardigheden en denkhoudingen). Het is aannemelijk dat door het toepassen van DME's domeinspecifieke concepten en kennis ontwikkeld wordt. Het denken van leerlingen is gekoppeld aan contexten en taken en moet niet geïsoleerd worden bestudeerd. We concentreren ons in deze studie vooral op onderzoek naar de dimensie van de denkvaardigheden en denkhoudingen (het denken van leerlingenduo's bij het oplossen van een probleemtaak) door het analyseren van de verbale interactie op kenmerken van kritisch - en creatief denken. Er is gebruik gemaakt van een Techno Logica leeromgeving bestaande uit een computer met software, een interface, bestuurbare materialen zoals lampjes en motors, en een zelfinstructie handleiding. Twee in complexiteit toenemende probleemtaken, ieder gebaseerd op een kant-en-klaar materieel model (Verkeerslicht en Reuzenrad), zijn gebruikt om de leerlingen besturingen te laten ontwerpen en testen. Dit proces werd op video opgenomen. We veronderstellen dat Techno Logica een bruikbare Mindtool is wanneer werken ermee bijdraagt aan technologische geletterdheid, in de zin dat er sprake is van probleemoplossen en hoger orde denken. Om dit te operationaliseren ontwierpen we een gestructureerd observatie-instrument op basis van het IOWA Integrated Thinking Model en de theorie over denkhoudingen (Costa, 2000). Hiermee werd het voorkomen en de diversiteit van denkvaardigheden en denkhoudingen in de verbale acties en interactie gescoord. Op basis van onze waarnemingen concluderen we dat veel interactie en handelen eerder geduid kan worden als uitingen van denken dan trial and error. Er zijn indicaties dat de leeromgeving en probleemtaken leiden tot ontwikkeling van expertise waardoor een nieuwe (moeilijkere) probleemtaak efficiënter en effectiever opgelost wordt. We vragen we aandacht voor de rol van de docent. We ervaren immers dat nieuwe leermiddelen niet gemakkelijk geadopteerd worden door leerkrachten.
DOCUMENT
Hoe kan technologie mensen met een verstandelijke beperking motiveren om meer te bewegen in het dagelijks leven? Het onderzoeksprogramma TIME2Play van het lectoraat Technologie voor Inclusief Bewegen en Sport van de Haagse Hogeschool bundelt initiatieven die dat op een speelse en uitdagende manier doen, van beweeg-digiboards tot apps.
DOCUMENT
Het lectoraat Media & Entertainment (nu Media Business) heeft in opdracht van P60 en de branchevereniging VNPF een tweeledig onderzoek verricht. Daarbij was het doel enerzijds een aansprekende casus te presenteren bij de masterclass op de Noorderslag/Eurosonic conferentie en anderzijds heeft het lectoraat onderzocht of en hoe de gehanteerde programmeringsstrategie van P60 bijdraagt aan het behalen van de geformuleerde doelstellingen in het beleidsplan 2010-2014.
DOCUMENT
Binnen het Expertisecentrum Gezondheidszorg en Technologie van Fontys (Fontys EGT1) loopt het meerjaarse project Verpleeghuis van de Toekomst (VETO). Binnen Fontys EGT wordt ruimte gegeven aan een minor gezondheidszorg en technologie aan derdejaars studenten, stagiaires en afstudeerders. Studenten werken in interdisciplinaire groepen aan projecten en onderwijs, onder andere aan het maken van prototypes die met eindgebruikers getest worden.
DOCUMENT
De bacheloropleidingen Verpleegkunde in Nederland staan voor de uitdaging het nieuwe beroepsprofiel Bachelor Nursing 2020 te vertalen naar het onderwijs. Een deel van het nieuwe curriculum gaat over de inzet van eHealth. In dit document worden 14 verpleegkundige beroepstaken omschreven waarbij eHealth wordt ingezet. Beschreven wordt welke kennis, vaardigheden en houding van een verpleegkundige worden gevraagd om elke eHealth-taak zelfstandig uit te voeren. Elke taak wordt gekoppeld aan kernbegrippen van Bachelor Nursing 2020 en aan relevante CanMEDS-rollen.
DOCUMENT