Pitchpresentatie tijdens tweede stakeholderbijeenkomst in het kader van de Sport Toekomstverkenning (STV), georganiseerd door het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) en het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM).
In het schooljaar 2015-2016 is onderzoek gedaan naar de motivatie voor school van leerlingen uit het voortgezet onderwijs op een vijftal scholen met een sportprofiel in Amsterdam en omgeving. Het is uitgevoerd met medewerking van studenten uit het vierde jaar van de Academie voor Lichamelijke Opvoeding (ALO) bij scholen die een convenant1 hebben met de ALO Amsterdam. Zowel leerlingen uit de onderbouw als uit de bovenbouw zijn in het onderzoek betrokken.
Sport, en bij uitbreiding bewegen, is in de afgelopen decennia opgeschoven van een maatschappelijk randverschijnsel naar het centrum van de samenleving: sport en bewegen zijn alledaags geworden. Deze ontwikkeling heeft voor heel wat veranderingen in het sport- en beweeglandschap gezorgd. Zo is er niet enkel een grote verscheidenheid aan sport- en beweegactiviteiten, maar ook een variatie aan aanbieders van deze activiteiten. In dit boek staat het strategisch, tactisch en operationeel management van organisaties die sport en bewegen aanbieden in Nederland en Vlaanderen centraal. Het betreft hier organisaties uit zowel de non-profit, de publieke als de commerciële sector. In het boek wordt onder meer uitvoerig aandacht besteed aan de balans die sport- en beweegorganisaties dienen te vinden tussen hun extreme omgeving en de eigen interne werking. Daarnaast wordt ingegaan op aspecten zoals het human resources management in sport- en beweegorganisaties, het managen van sportaccommodaties, -evenementen en -projecten, het opzetten van samenwerkingsverbanden, het effectief en efficiënt managen van organisaties, etc. Het boek verschaft kennis en inzichten in deze en andere aspecten van het management, maar reikt daarnaast ook de nodige tools en modellen aan die toelaten om deze inzichten te vertalen en toe te passen in de dagelijkse praktijk. Sport- en beweegmanagement in de Lage Landen is voornamelijk geschreven voor studenten, beleidsmakers en professionals die actief zijn en/of interesse hebben in het managen van sport- en beweegorganisaties. Het schrijven van dit boek wordt geleid door twee centrale vragen: (i) welke kennis over (organisatie)management is cruciaal voor mensen die actief (zullen) zijn in de sport- en beweegsector, en (ii) hoe kan maximaal de vertaalslag gemaakt worden naar het managen van organisaties in het domein sport en bewegen.
LINK
Door de grote ontwerpvrijheid van 3D printen heeft het de belofte om echte maatwerkproducten te creëren. Zo biedt het grote kansen voor het maken van poreuze, en dus lichtgewicht, structuren. In vergelijking met traditionele schuimen, waar de porositeit moeilijk te beïnvloeden is, kan met 3D printen de poreuze structuur geheel gecontroleerd worden geïntroduceerd en gevarieerd binnen een object. Dit is zeer interessant voor sectoren als (i) zorg, (ii) bouw en (iii) automotive industrie omdat (i) het kansen biedt protheses/implantaten te maken die het (vaak inhomogene) natuurlijk weefsel nabootsen; (ii/iii) lichtgewicht, stijve constructies gemaakt kunnen worden waarbij de massa wordt geminimaliseerd wat leidt tot lagere materiaalkosten binnen de bouw en minder brandstofgebruik bij transport. Vergelijkbaar met de opkomst van spuitgieten in de jaren ’70-’80, is de kennis rondom 3D printen nog gefragmenteerd. Om hoogwaardige functionele producten te ontwikkelen is het nodig om kennis over materiaalkeuze, printstrategie en microscopisch en macroscopisch ontwerp te koppelen. In dit project werken ontwerpers, machinebouwers en materiaaldeskundigen van bedrijven en kennisinstituten samen aan de uitdaging: Hoe kunnen unieke, functionele en hoogwaardige lichtgewicht producten verkregen worden via 3D printen? Door het printen van diverse polymere materialen met verschillende printstrategieën en microstructuren wordt nieuwe kennis verkregen omtrent eigenschappen als sterkte, zachtheid, warmte-regulerend vermogen en de onderlinge werking/samenhang. Vervolgens zal deze kennis toegepast worden in een drietal Use Cases: o Printen van duurzame comfortabele borstprotheses. Naast pasvorm zijn eigenschappen als zachtheid, warmte- en vochtregulering en gewicht belangrijk voor het draagcomfort. o Printen van innovatieve gevelelementen die voldoende sterk en isolerend moeten zijn. Lichtgewicht biedt hier het voordeel dat het de bouwprofessionals ontlast en transportkosten spaart. o Printen van een lichtgewicht auto om brandstof te besparen. Als demonstrator is gekozen voor het printen van een raceauto die voldoet aan de veiligheidseisen van Formula Student races.
De binnenvaart heeft een marktaandeel van 30% binnen het Nederlandse goederenvervoer en vervult daarbij een beduidende logistieke functie. Schepen zijn goedkoop, veroorzaken geen files en hebben een kleinere carbon-footprint dan vrachtwagens (Bureau Voorlichting Binnenvaart, 2019). Echter, is de betrouwbaarheid van de binnenvaart afhankelijk van de klimatologische omstandigheden. In extreem droge tijden kunnen schepen minder lading vervoeren in verband met de diepgang en kunnen schepen met een diepgang van boven de drie meter niet alle drempels passeren. Dit zorgt voor extra druk op het wegennet en verhoogd de transportkosten van ondernemingen. De Bedrijvenkring Zutphen en Provincie Gelderland hebben bereikbaarheid als speerpunt. Daarnaast werkt het Deltaprogramma Rijn aan toekomstscenario’s en adaptatiestrategieën die anticiperen op lange termijn klimaatverandering. De droogte van 2018 heeft er mede toe geleid dat hierbij ook expliciete aandacht is voor eventuele effecten van veranderende rivierafvoeren op de binnenvaart.
LEVV-LOGIC presenteert een voorstel voor onderzoek naar de inzet van lichte elektrische vrachtvoertuigen (LEVV’s) voor de levering van goederen in steden. In dit project ontwikkelen de Hogeschool van Amsterdam en Hogeschool Rotterdam samen met logistiek dienstverleners, verladers en voertuigaanbieders uit het mkb, netwerkorganisaties, kennisinstellingen en gemeenten nieuwe kennis over logistieke concepten en business modellen met LEVV met als doel de rendabele inzet van LEVV’s in stadslogistiek. De doelstelling komt voort uit een vraag van logistiek dienstverleners uit het mkb. Zij willen LEVV’s inzetten, maar weten niet hoe ze dit rendabel kunnen doen omdat de huidige logistieke processen in de keten afgestemd zijn op de inzet van bestel- en vrachtvoertuigen. Voor overstap naar LEVV’s dienen de logistieke processen anders georganiseerd te worden, want de voertuigen zijn kleiner in omvang en hebben een andere laad- en energievoorziening. Daarnaast is onvoldoende duidelijk voor welke stadslogistieke stromen LEVV’s geschikt zijn en aan welke technische eisen de voertuigen moeten voldoen. Verladers (verzenders van goederen) en voertuigaanbieders zijn actief betrokken bij de uitvoering van het onderzoek om afstemming met de marktvraag en de techniek te garanderen. De projectdeelnemers delen de ambitie om met LEVV’s een bijdrage te leveren aan regionale, nationale en Europese doelstellingen om stedelijk goederenvervoer efficiënter en schoner (“zero emissie”) te organiseren. Het project draagt hier aan bij door middel van vijf activiteiten. De deelnemers in LEVV-LOGIC: 1. onderzoeken de potentie van LEVV voor specifieke stadslogistieke stromen (waaronder food-, webwinkel-, en facilitaire leveringen); 2. ontwerpen nieuwe logistieke concepten met LEVV voor de distributie van goederen van verzender naar ontvanger; 3. vertalen logistieke vereisten naar technische ontwerpen en aanpassingen aan bestaande LEVV’s; 4. experimenten met nieuwe LEVV-concepten in de praktijk; 5. ontwikkelen schaalbare business modellen met LEVV’s. Het project verzekert een sterke relatie met praktijk en wetenschap, omdat zij via haar deelnemers verbonden is aan de Topsector Logistiek, de Green Deal Zero Emissie Stadslogistiek, de Europese federatie voor Cycle Logistics en de Europese onderzoeksprojecten FREVUE (FP7) en CITYLAB (Horizon2020). Via de betrokkenheid van drie lectoren en zes opleidingen van twee hogescholen wordt een brede inzet van de resultaten in het onderwijs gerealiseerd. LEVV-LOGIC hanteert een multidisciplinaire aanpak met aandacht voor de rol van logistiek, techniek, beleid en gedrag. Hiermee versterkt het project professionals van nu en van de toekomst met kennis om problemen in stadslogistiek op te lossen.