RUIT 1 In dit rapport wordt onderzocht wat het vastgestelde veiligheidsbeleid van de gemeenten in de regio Utrecht is, en hoe dat wordt uitgevoerd.
MULTIFILE
Het thema veiligheid is nooit van de politieke agenda verdwenen. Toch heeft het weer extra aandacht gekregen sinds de coronacrisis, met onder andere de coronarellen in verschillende steden en protestacties door corona-critici. Mede als gevolg hiervan is er een nationaal programma Leefbaarheid en Veiligheid gestart. Welke ontwikkelingen op het gebied van veiligheid verdienen de komende jaren de aandacht? Hierover interviewen we Julien van Ostaaijen, lector Recht & Veiligheid bij Avans Hogeschool.
In de MKB-maakindustrie zijn aanzienlijke kosten gemoeid met het intern transport van goederen en materialen. Het belang van gebruik van mobiele robots voor interne logistieke processen neemt dan ook razendsnel toe. Men wil betaalbare mobiele robotsystemen die betrouwbaar kunnen werken en navigeren binnen de unieke omgeving van de eigen werkvloer. Voor gerobotiseerde oplossingen wil en kan de MKB-maakindustrie echter niet afhankelijk zijn van één leverancier. Er is immers geen omgeving die geheel is toegespitst op en aangepast aan het gebruik van robots zoals in grootschalige logistieke bedrijven. Daarom is inzet van combinaties van robots van verschillende leveranciers met elk verschillende functionaliteiten noodzakelijk. Probleem is echter dat roboticaleveranciers specifieke verkeersmanagementsystemen (fleetmanagement) leveren en ook de interactie van robots met ERP (Enterprise Resource Planning) systemen, liften, deuren etc. op hun eigen wijze implementeren. Er bestaat geen generiek of geïntegreerd fleetmanagement systeem, waardoor de diverse typen robots nu letterlijk onafhankelijk van elkaar opereren. Dit resulteert in inefficiënt robotverkeer met een groot risico op verkeersproblemen, hinder voor personeel en dure parallelle koppelingen met interfaces (met deuren, liften etc.). Dit leidt tot verwarring, onzekerheid en potentiële veiligheidsproblemen bij werknemers op de werkvloer. Ambitie van het project Let’s Move IT is om verschillende fabricaten en typen mobiele robots (met elk hun eigen logistieke taken) beter met elkaar te laten communiceren en samenwerken. In het project wordt daartoe gewerkt aan integraal verkeersmanagement, modulaire interfaces en slimme gecombineerde omgevingsinterpretatie. Zo kunnen logistieke robots veilig, flexibel, robuust en adaptief opereren in een steeds veranderende productieomgeving in aanwezigheid van mensen. Het project is een samenwerking van Fontys Hogescholen, Haagse Hogeschool en NHL. Participerende (MKB-)bedrijven zijn werkzaam als ontwikkelaar, system integrator, toeleverancier en eindgebruiker van mobiele robotsystemen. Daarnaast zijn coöperatie Brainport Industries en Metaalunie nauw betrokken. In het project zal bestaande kennis toepasbaar worden gemaakt en zal nieuwe kennis worden ontwikkeld ten behoeve van het verkeersmanagement van meerdere fabricaten mobiele robots tegelijkertijd. Verder zal verankering van kennis en kunde in onderwijs en lectoraten plaatsvinden en een vergroting van de kwaliteit van docenten en afstudeerders. Er zullen circa 18 (docent-)onderzoekers van de hogescholen en circa 100 studenten betrokken worden, die in de vorm van studentenprojecten, stages en afstudeeronderzoeken werken aan interessante vraagstukken direct uit de beroepspraktijk.
In het RUIT-project wordt jaarlijks bekeken hoe onderzoek, onderwijs en werkveld rond het thema veiligheid beter kunnen samenwerken in de regio Midden-Nederland. Het meest recente onderzoeksproject richt zich op een andere uitvoering van straffen en hoe de Nederlandse bevolking over strafdoelen denkt.Doel In het terugkerende RUIT-onderzoeksproject werkt het lectoraat Kennisanalyse Sociale Veiligheid samen met de opleiding Integrale Veiligheidskunde, het Bureau Regionale Veiligheidsstrategie en Veiligheidsregio Utrecht. Jaarlijks kiezen we een onderzoeksvraag, waarmee tweedejaarsstudenten Integrale Veiligheidskunde aan de slag gaan. Het doel van alle RUIT-onderzoeksprojecten is om de samenwerking te verbeteren tussen onderwijs, onderzoek en praktijk. Resultaten RUIT 1: Lokaal veiligheidsbeleid Het eerste RUIT-onderzoek (2012-2013) had als doel om inzicht te krijgen in de theorie en de praktijk van het lokaal veiligheidsbeleid, specifiek in de Utrechtse gemeenten en over meerdere jaren. Lees het onderzoeksrapport. RUIT 2: Burgerparticipatie bij veiligheidsproblemen RUIT 2 (2013-2014) keek naar de beleving van bewoners over burgerparticipatie bij het werken aan lokale veiligheids- en leefbaarheidsproblemen. Lees het onderzoeksrapport. RUIT 3: Woninginbraak zelf voorkomen In RUIT 3 ( 2014-2015) stond het voorkomen van woninginbraak door bewoners centraal. Welke preventiemaatregelen nemen mensen zich voor en wat voeren ze daadwerkelijk uit? Lees het onderzoeksrapport. RUIT 4, onderzoek 1: Zelfredzaamheid bij brand Het eerste onderzoek van RUIT 4 (2015-2016) keek hoe zelfredzaam ouderen, die zelfstandig wonen in een seniorencomplex, waren bij brand. Lees het onderzoeksrapport. RUIT 4, onderzoek 2: Nieuwe leeftijdgrens Drank- en Horecawet Het tweede onderzoek van RUIT 4 ging over de effecten van de wijziging van de leeftijdgrens in de Drank- en Horecawet 2014 in de gemeenten Almere, Huizen en Zeist. Lees het onderzoeksrapport. RUIT 5: Deelnemen aan een Whatsappgroep voor veiligheid in de buurt RUIT 5 (2016-2017) onderzocht de factoren waardoor buurtbewoners wel of niet deelnemen aan een Whatsappgroep voor veiligheid in de wijk. Uit dit onderzoek bleek dat deelnemers niet erg verschilden van niet-deelnemers. De belangrijkste reden dat bewoners niet deelnamen was dat zij niet wisten van het bestaan van de Whatsappgroep. Bekijk de factsheet. RUIT 6: Alcoholbeleid in (para)commerciële horecagelegenheden RUIT 6 (2017-2018) ging dieper in op het onderwerp van RUIT 4, deelonderzoek 2. Studenten keken in Almere hoe de Drank- en Horecawet werd uitgevoerd in (para)commerciële horecabedrijven. RUIT 7 en RUIT 8: Meningen over strafdoelen Strafrecht is een middel om controle te krijgen over het gedrag van de bevolking. Straf was vroeger vooral gericht op leedtoevoeging en wraak, tegenwoordig zetten wij als samenleving ook in op strafdoelen als resocialisatie of afschrikking. Maar blijkbaar doen wij het niet zo goed, want de recidivecijfers zijn hoog. Vanuit het programma ‘Koers en Kansen van de sanctie-uitvoering’ van het ministerie van Justitie en Veiligheid wordt gewerkt aan andere uitvoering van straffen, opdat de recidive minder wordt. Bijvoorbeeld door meer vakkundig maatwerk bij het begeleiden van resocialisatie. Maar sluit dit ook aan bij hoe de Nederlandse bevolking denkt over strafdoelen? De studies van RUIT 7 en RUIT 8 proberen meer duidelijkheid te geven over deze vraag. Welke strafdoelen zijn bekend en hoe wordt over deze doelen gedacht? En zijn er verschillen vast te stellen in dit denken over strafdoelen tussen bevolkingsgroepen, zoals bijvoorbeeld vrouwen en mannen? Deze vragen staan centraal in de zevende en in de achtste uitgave van dit samenwerkingsproject tussen de opleiding Integrale Veiligheidskunde en het lectoraat. Looptijd 01 januari 2012 - 31 december 2020
De wijk operationeel expert (WOE) heeft bij de politie een cruciale rol in het werken aan problemen in de wijk, samen met collega’s, partners en burgers. Om het werken aan deze veiligheidsproblemen te versterken, zijn er eerder in drie politieteams ontwikkelpunten bepaald. In dit vervolgproject gaan wij samen met de politieteams hiermee aan de slag.Doel Door dit actieonderzoek versterken wij samen met de politieteams de rol van de WOE in het probleemgericht werken. Daarnaast wordt een product ontwikkeld waar ook andere politieteams mee aan de slag kunnen. Resultaten Versterking van de rol van de WOE in het probleemgericht werken in drie politieteams Op basis van de resultaten een product voor andere politieteams waarmee zij inzicht krijgen in hoe zij meer probleemgericht kunnen werken en de rol van de WOE hierin Looptijd 01 januari 2023 - 30 april 2024 Aanpak Betrokken professionals en onderzoekers werken in elk politieteam samen aan de gekozen ontwikkelpunten. Onderzoekers lopen hiervoor eerst mee in de dagelijkse praktijk van een WOE. Vervolgens wordt per team gezamenlijk een ontwikkelplan met activiteiten opgesteld die vervolgens worden uitgevoerd. De onderzoekers begeleiden dit proces. Door reflectie, afstemming en bijstelling wordt er gezamenlijk geleerd en veranderd.