Het werken met rijke teksten wordt alom geprezen, om zo de taalvaardigheid van leerlingen te bevorderen en de kennis van zichzelf , de ander en de wereld te vergroten. Tegelijkertijd hebben veel basisschoolleerlingen in Nederland moeite met verdiepend lezen: het leggen van verbanden binnen een tekst, tussen teksten, het integreren van de inhoud van de tekst met achtergrondkennis en het evalueren en reflecteren op dat wat ze hebben gelezen. Naar aanleiding daarvan is een bescheiden casestudy uitgevoerd naar de puzzels en parels die leerkrachten ervaren tijdens het werken met rijke teksten rondom een onderwerp van een van de wereldvakken. Hierbij combineerden zij het bevorderen van diep lezen in combinatie met inhoud van wereldvakken, het voeren van gesprekken en de didactiek van stelonderwijs.
DOCUMENT
De Kwaliteitswaaier is ontwikkeld door de Kwaliteitstafel Effectief Leesonderwijs. De waaier bestaat uit kwaliteitskaarten voor zowel de leraar, de leesdeskundige(n), de schoolleider en de bestuurder. Deze kaarten beschrijven wat effectief leesonderwijs betekent voor de vier verschillende rollen in het onderwijs. De kaarten kunnen niet los van elkaar gezien worden. Juist de samenhang van de kaarten maakt leesonderwijs effectief. We spreken daarom niet van losse kwaliteitskaarten, maar van samenhangende kaarten die gezamenlijk een de Kwaliteitswaaier ‘Effectief Onderwijs in Begrijpend Lezen’ vormen.
MULTIFILE
Het versterken van de leesvaardigheid is een prioriteit voor de Nederlandse overheid, omdat goed tekstbegrip essentieel is voor het leren en voor het functioneren in de maatschappij. Onderzoek wijst uit dat Nederlandse jongeren minder vaardig en minder graag lezen, waardoor effectieve leeslessen nodig zijn. In lees- en literatuurlessen Nederlands (en lessen in moderne vreemde talen) ligt de nadruk vaak op het beantwoorden van vragen over teksten, met weinig aandacht voor het lezen en begrijpen van literaire teksten zoals poëzie. Dit is een gemiste kans, omdat het lezen van dergelijke teksten de leesvaardigheid en het begrip van taal en cultuur kan vergroten. In dit onderzoek is voor het eerst onderzocht hoe havo- en vwo-leerlingen poëzie lezen en begrijpen in vergelijking met proza (korte verhalen en beschrijvende teksten), met behulp van tekst-met-vragen en oogbewegingstechnologie. Een eerste bevinding is dat de leesprestaties voor poëzie consistent lager zijn dan voor proza in alle leerjaren. Daarnaast verbetert het begrip van poëzie niet in de loop van de leerjaren, terwijl het begrip van proza dat wel doet. De eyetracking gegevens laten met name zien dat leerlingen zowel poëzie als proza de eerste keer snel en lineair (oppervlakkig) lezen, maar poëzieteksten langer lezen na het lezen van een vraag. Vervolgens werd een leesprogramma voor poëzie en proza ontwikkeld en getest. Het programma is gebaseerd op observerend leren aan de hand van video's van de oogbewegingen van leerlingen. Leerlingen die deelnamen aan het programma lazen en begrepen poëzie, korte verhalen en informatieve teksten significant beter, ook in vergelijking met leerlingen die reguliere leeslessen volgden. Het is daarom aan te bevelen om in lessen Nederlands en in andere lessen aandacht te besteden aan het leesproces van leerlingen, met name poëzie.
DOCUMENT
Heeft een doordachte en verantwoorde doeltaaldidactiek gunstige effecten op het leren van leerlingen in het voortgezet onderwijs, en is zo’n didactiek duurzaam aan te leren door docenten? Om tot de antwoorden op deze vragen te komen, ontwierpen Sebastiaan Dönszelmann, Anna Kaal, Rick de Graaff en Jos Beishuizen een complete didactiek, gericht op toepassing in de reguliere vreemdetalencontext, en daarnaast een intensief professionaliseringstraject. Deelnemende docenten onderwezen hun leerlingen van 1 havo/vwo een jaar lang met behulp van het programma Doeltaal-Leertaal, waarna de prestaties in kaart werden gebracht en vergeleken met die van controleklassen. Het blijkt dat toepassing van de didactiek positieve invloed heeft op de taalvaardigheid van de leerlingen bij zowel lezen als luisteren, spreken en schrijven.
DOCUMENT
Sinds februari 2023 is het Lectoraat Diversiteitsvraagstukken betrokken bij de ontwikkeling van de Nieuwe Leraren Academie / De Inholland Pabo met als kernopdracht: Onderzoek en adviseer op welke manier inclusiviteit in alle aspecten van De Inholland Pabo verweven kan worden en kan fungeren als een kernprincipe van de aanstaande onderwijsontwikkeling. Kort gezegd en vrij vertaald: Hoe zorgen we ervoor dat inclusief onderwijs deel uitmaakt van het DNA van De Inholland Pabo? In dit rapport kun je de resultaten en aanbevelingen lezen die uit dit onderzoek zijn voortgekomen.
DOCUMENT
Docenten van Fontys Hogeschool Bedrijfsmanagement, Educatie en Techniek (BEnT) hebben geëxperimenteerd (Gorissen, 2014) met Flipping the Classroom in relatie tot de taxonomie van Bloom. Bij dit concept worden lage kennisniveaus uit deze taxonomie voor de les aangesproken en in de les worden hogere kennisniveaus aangesproken. Bij het herontwerp van hun lessen zijn docenten ondersteund door workshops, gegeven door Fontys Educatief Centrum (FEC). Het onderzoek geeft inzicht in de ervaringen van docenten als ze Flipping the Classroom toepassen en dient als input voor FEC zodat toekomstige workshops nog beter aansluiten bij behoeften van docenten. De hoofdvraag is: Wat zijn ervaringen van docenten en studenten van een HBO-instelling met het toepassen van de taxonomie van Bloom in relatie tot Flipping the Classroom? Hiervoor zijn drie deelonderzoeken uitgevoerd, te weten een kwalitatieve analyse van de lesvoorbereidingen en individuele interviews met docenten en een kwantitatief onderzoek onder studenten over de door hun gevolgde lessen via dit concept. Resultaten laten zien dat docenten het concept correct toepassen en ze hiervoor activerende werkvormen en ICT tools inzetten. Docenten zijn enthousiast over de toepassing ondanks dat herontwerp tijdrovend is. Studenten kenden het concept vooraf niet maar hérkenden het wel, zowel voorafgaand als in de les. Vanwege de lage respons onder studenten kan alleen een voorzichtige conclusie getrokken worden dat het concept bijdraagt aan betere verwerking van de leerstof en dat het vaker toegepast mag worden. De belangrijkste aanbevelingen zijn gericht op kennisdeling tussen docenten die dit concept (willen gaan) toepassen in het onderwijs en nader onderzoek naar de invloed op de leerprestaties van de studenten.
DOCUMENT
In dit rapport ziet en leest u wat er in vierenhalf jaar in vier leernetwerken van verschillende zorgorganisaties in Noord-Nederland in het project ‘LeerSaam Noord, samen werken, samen leren’ is gedaan om persoonsgerichte zorg te bevorderen en te versterken. In deze rapportage kunt u zich in hoofdstuk 1 oriënteren op het project via een algemene beschrijving en overzicht van het project. Vervolgens komen in de hoofdstukken 2 en 3 de onderzoeksbevindingen aan bod vanuit een review en de 4 verrichtte deelstudies. In hoofdstuk 4 zijn de verschillende evaluatieve onderdelen van het projectproces beschreven, in hoofdstuk 5 vindt u de beschrijving van de toolbox en tot slot geeft hoofdstuk 6 de conclusie en praktische aanbevelingen en geleerde lessen. In elk hoofdstuk vindt u onder het kopje ‘meer weten en lezen’ links naar relevante documenten, onderzoeksverslagen en publicaties aan. Daar waar publicaties onder review zijn, staat dit eveneens aangegeven. Deze worden bij daadwerkelijke publicatie alsnog toegevoegd. In de tekst staan, daar waar relevant, ook directe links naar websites of verwijzingen naar informatie in de rapportage.
DOCUMENT
Spreker op dit onderwijscongres over de rol van de docent De snelle veranderingen in de maatschappij hebben grote impact op het onderwijs en de toekomst van het leren. De komende generaties lopen aan tegen de grenzen van ons systeemdenken. •Hoe leren we ze daar uit te breken? •Hoe zorgen we ervoor dat het onderwijs van nu aansluit bij de maatschappij van de toekomst? •En hoe zorgen bedrijven voor werknemers die blijvend leren? Stevige discussies, nieuwe inzichten, diepgang en volop inspiratie. En antwoord op dé prangende onderwijsvraagstukken van nu: •Hoe ontwikkel je creatief en innovatief talent? •Welke rol moet technologie zoals VR en gamification gaan spelen in het onderwijs? •Een leven lang leren: wie pakt het op? •Wanneer werkt onderwijsinnovatie wel, en wanneer niet? Spreker op dit onderwijscongres over de rol van de docent Babs is research fellow bij lectoraat Strategic Development in Creative Business en docent en onderwijsontwikkelaar bij de hogeschool Inholland. Met haar onderzoeksproject ‘De docent als held’ doet zij onderzoek naar de veranderende rol van docenten. Volgens Babs is het belangrijk dat organisaties ook strategische invulling geven aan deze veranderende rollen, maar hoe?
LINK
De wereld om ons heen verandert continu in een hoog tempo. Dus vraagt ook de steeds complexer wordende onderwijsomgeving om continue veranderingen. In deze nieuwe context dienen ook docenten een nieuwe rol vervullen. Zijn er barrières die we moeten overwinnen om deze nieuwe rollen aan te laten sluiten op de veranderende omgeving? En zo ja, welke? Wat is er nodig om nieuwe docenthelden te creëren?
LINK
Lerarenopleidingen kunnen studenten beter voorbereiden op het terugdringen van kansenongelijkheid door de ontwikkeling van contextbewuste professionaliteit al in de opleidingen centraal te stellen. Deze professionaliteit formuleren de auteurs als het “continu bewegen tussen individueel situationeel handelen in een specifieke context en collectieve duiding en onderzoeksmatige verbetering op basis van een collectief geformuleerde pedagogische opdracht”. In hun betoog beschrijven de auteurs, geïllustreerd met anekdotes uit de praktijk, hoe ze bij Hogeschool Inholland een onderzoekend curriculum vormgeven dat opleidt tot contextbewuste leraren met onderzoekend vermogen. Lerarenopleidingen kunnen studenten beter voorbereiden op het terugdringen van kansenongelijkheid. Dit doen de opleidingen door de ontwikkeling van contextbewuste professionaliteit al in de opleidingen centraal te stellen. Deze professionaliteit van de leraar werpt een nieuw licht op het te ontwikkelen onderzoekend vermogen van aankomende leraren. Voor deze studenten is het zaak dat zij leren waarnemen en ervaren voor de klas in uiteenlopende schoolcontexten. Bovendien is het belangrijk dat zij leren de ervaringen met het collectief van studenten of het schoolteam te duiden met behulp van literatuur. In hun betoog beschrijven de auteurs, geïllustreerd met anekdotes uit de praktijk, hoe ze bij Hogeschool Inholland een onderzoekend curriculum vormgeven dat opleidt tot contextbewuste leraren met onderzoekend vermogen.
DOCUMENT