Je kent ze wel: mensen die het roer omgooien en samen een kleinschalige, nieuwe deelgemeenschap vormen, vaak op een afgelegen plek. In Eindhoven gebeurt het ook, maar dan op grotere schaal en in de stad. In het onderzoeksproject Ge Meent ’t volgt Fontys samen met bewoners het ontstaan van een deelgemeenschap in een nieuwe wijk.
LINK
Ook in deze roerige tijdens zal het vandaag (zondag) tijdens de hoogmis van het Vlaamse wielrennen weer volop feest zijn. De organisatie zorgt dit weekend op zaterdag (bij de toertocht) en zondag (bij de koers) voor verscherpte veiligheidsmaatregelen. Hoewel veiligheid voor veel evenementenorganisatoren gezien wordt als een noodzakelijk kwaad, bijvoorbeeld om de juiste vergunningen te kunnen krijgen, laat de Ronde van Vlaanderen zien dat het ook kan bijdragen aan een versterkte beleving. De modernisering van het parcours vijf jaar geleden stuit de liefhebber nog steeds tegen de borst, maar het heeft ook kansen gegenereerd op het gebied van commercie, mobiliteit, veiligheid en beleving.
LINK
De ene projectleider doet het beter dan de ander; de vent is belangrijker dan de tent. Dat weten we in de bouw al jaren. Als er ergens problemen zijn weten we best wie we erheen moeten sturen om de zaken te regelen. Maar wat maakt dat de ene vent (of vrouw natuurlijk) zaken wel goed regelt en de ander niet? Naar onze stellige mening is dat goed projectmanagement. Projectmanagement is de core business van veel bouwbedrijven, maar het krijgt niet de aandacht die het verdient. Inzetten op een hoogwaardige projectmanagementfunctie is veruit de meest verstandige keuze die bedrijven kunnen doen.
DOCUMENT
Vrijwel elk evenement heeft een backstage area waar tijdelijke stroomvoorziening op diesel worden geplaatst. Bij deze test wordt de waterstof Volta op een dergelijke backstage area geplaatst in plaats van of naast een andere tijdelijke stroomvoorziening. Tijdens de test willen de HAN en Volta in aanvulling op het RAAK-mkb project H2-Modus data verzamelen over de werking van het waterstofsysteem en de processen rondom veiligheid en vergunningen. In tegenstelling tot een eenvoudig te plaatsen dieselgenerator dient bij het plaatsen van een waterstof systeem rekening gehouden te worden met een veiligheidszone rondom het systeem. Waterstof is namelijk een zeer licht ontvlambaar en explosief gas. Een van de testdoelen is dan ook bewustwording creëren van deze extra voorzorgmaatregelen. Dit bewustwordingstraject begint al bij de aanvraag van een waterstofsysteem en loopt tot na de afbouw van het evenement. We sluiten hierbij zo veel mogelijk apparaten aan die in andere gevallen door dieselgeneratoren van stroom worden voorzien. Het is een grote uitdaging voor bedrijven om de businesscase van toepassingen op waterstof positief te maken. Het H2-Modus project ontwikkeld daarom modellen en tools die de zogenaamde Total Cost of Ownership minimaliseert en drempels in de ontwikkeling en toepassing in de praktijk minimaliseert en verwerkt dit in een waterstof handbook speciaal voor deze bedrijven. Met de data uit deze test deze modellen en tools extra gevalideerd en verbeterd worden.
De nematode C. elegans is als alternatief testsysteem een zeer aantrekkelijk organisme voor het beoordelen van stoffen op potentieel schadelijke effecten. Het biedt door zijn geringe grootte van maar 1 mm een alternatief om op snelle wijze veel stoffen te beoordelen. C. elegans valt als ongewerveld dier niet onder de dierproefwet en kan ongelimiteerd zonder benodigde vergunningen worden ingezet. In de afgelopen jaren is uit gesubsidieerd onderzoek (RAAK MKB, CRACKIT) gebleken dat C. elegans een goede voorspellende waarde heeft om effecten te beoordelen die stoffen mogelijk hebben op de ontwikkeling en reproductie. Via een haalbaarheidsstudie wordt de markt beter in kaart gebracht en een verzelfstandigingsmodel ontwikkeld vor de relatie met de HAN.
Omdat netcongestie en gelijktijdigheid van het energiesysteem steeds grotere uitdagingen worden naarmate de adoptie van zonnne- en windenergie toeneemt, zien we in toenemende mate dat de duurzame energie opweksystemen niet tot hun volledige potentieel benut worden. Dat geldt voor wind- en zonneparken op elke schaal. Het is aantrekkelijk om deze ‘overtollige’ energie toch nog nuttig te gebruiken door het om te zetten in waterstof voor decentrale toepassingen. Tegelijk zien we dat de uitlevering van die waterstof in gasvorm problemen kent. De benodigde waterstof volumes zijn al snel heel groot wat zorgt voor complicaties op het gebied van veiligheid en vergunningen. Bij bestaande pilots treden problemen op omdat er (te) vaak nieuwe flessenbundels moeten worden gebracht om aan de vraag te voldoen. Bij opschaling zal dat zich vertalen naar een enorme capaciteit aan grote en zware gas cilinders, met de logistieke- en capaciteitsuitdagingen die daarmee gepaard gaan. Een oplossing daarvoor kan zijn om het waterstof in de vorm van methanol als drager te verplaatsen, gezien de energiedichtheid per volume van methanol ruim een factor 3 hoger is dan die van waterstof zelf. Daardoor nemen zowel de volumes, als de prijs voor eindgebruiker, af. Momenteel is er echter geen groene methanol als waterstofdrager commercieel verkrijgbaar. In dit project ontwikkelen we het systeemontwerp voor de productieketen van (een teveel aan) zonne-energie tot aan opslag van methanol. We bouwen een lab opstelling waarmee we efficiëntie en opbrengsten van dit systeem kunnen bepalen en voeren een techno-economische haalbaarheidsstudie uit, geschaald naar de Nederlandse waterstofeconomie. Het doel is om het werkingsprincipe en de levensvatbaarheid van groene waterstof uit overtollige pv energie, aan te tonen.