Dit artikel besteed aandacht aan de context en omstandigheden van het werken aan een internationaal onderwijsproject, in dit geval gericht op verbetering van het onderwijs in Turkije ten behoeve van leerlingen met speciale onderwijsbehoeften. In dit project lag de nadruk op kwaliteitsverbetering, het bieden van gelijke onderwijskansen aan kinderen en jongeren met een beperking of handicap en het streven naar integratie van deze leerlingen in het reguliere onderwijs. Het project paste in de ondersteuning die Turkije krijgt vanuit de EU om op termijn te voldoen aan de voorwaarden die gesteld worden aan toetreding tot de EU. In dertien regio's zijn pilots opgezet met het doel kleinschalige onderwijsveranderingen en -vernieuwingen te realiseren, die als voorbeelden van good practice zouden kunnen dienen voor andere regio's.
Jongerenwerk op school biedt de mogelijkheid tot een samenhangend aanbod van activiteiten en functies die gericht zijn op de brede ontwikkeling van leerlingen (Sarti et al., 2019a). Leerlingen kunnen bij jongerenwerkers terecht voor bijvoorbeeld een praatje, laagdrempelig advies, ontspanning met schoolgenoten, individuele coaching, talentontwikkeling en verwijzing naar meer gespecialiseerde hulp. Op 20 Amsterdamse VO-scholen uit zes stadsdelen hebben schoolpersoneel en jongerenwerkers de afgelopen twee jaar gewerkt aan het implementeren van het jongerenwerk op school. Gelijktijdig is met een waarderend kader onderzocht in hoeverre deze implementatie is gelukt en welke doelen daarmee gerealiseerd zijn. De onderzoeksresultaten geven zicht op de meerwaarde van het jongerenwerk op school, evenals de mogelijkheden tot versterking en verbetering. De data zijn verzameld via een monitorinstrument en een actieplan, die tijdens drie contactmomenten werden ingevuld door een focusgroep van jongerenwerkers en schoolpersoneel. Aanvullend zijn diepte-interviews en vragenlijsten onder leerlingen afgenomen. Het onderzoek laat zien dat er over de gehele lijn sprake is van wederzijdse toenadering tussen de jongerenwerkers en het schoolpersoneel en dat de leerlingen de meerwaarde van het jongerenwerk zijn gaan ervaren. Dit gebeurde ondanks de coronapandemie en de beperkende maatregelen waardoor het voor jongerenwerkers ingewikkeld was om contact te leggen en relaties op te bouwen met leerlingen en schoolpersoneel.
MULTIFILE
Hoe kunnen politieteams meer bezig zijn met het oplossen van veiligheidsproblemen in de wijk? Van nature is de politie vooral geneigd te reageren op incidenten. Maar zij wil ook meer aan de oorzaken van problemen werken, samen met partners en burgers. De wijk operationeel expert (WOE) heeft daarin een cruciale rol. In dit project deden we actieonderzoek in politieteams in Amersfoort, Almere en Utrecht. Doel In dit actieonderzoek kregen we vanuit verschillende functies binnen de politie inzicht in hun perspectief op de rol van de WOE in het probleemgericht werken per basisteam en aan welke ontwikkelpunten zij willen werken. Resultaten Om meer WOEst aantrekkelijk probleemgericht te werken is een product ontwikkeld voor zowel de drie betrokken politieteams als andere politieteams. In dit product zijn de lokale context en ontwikkelpunten van de drie teams verwoord en met kunst en metaforen verbeeld. Er zijn verschillen en overeenkomsten tussen de teams. Uit deze vergelijking volgt een aantal thema’s en vragen waar ook andere politieteams mee aan de slag kunnen. Zo kunnen zij hun probleemgerichte werken en de rol van de WOE daarin versterken. De ontwikkelpunten per politieteam vormden de basis voor lokale ontwikkeltrajecten. In het vervolgproject WOE’s Next? pakken we dit samen met de politieteams op.
MULTIFILE
De komst van integrale geboortezorg, met als doel het bieden van kwalitatief goede, continue zorg waarbij de cliënt centraal staat, heeft in verschillende regio’s in Nederland geleid tot initiatieven om de geboortezorg binnen netwerkzorg op een andere, innovatieve wijze vorm te geven. Een van die innovatieve ontwikkelingen is de pilot ‘Antenataal CTG in de eerste lijn’, uitgevoerd in drie regio’s. Een cardiotocogram (CTG) is een registratie van de foetale harttonen om de conditie van de foetus tijdens de zwangerschap te bewaken. Het CTG vindt binnen de reguliere zorg in het ziekenhuis plaats. Dankzij technologische ontwikkelingen is de apparatuur nu ook mobiel beschikbaar, wat het maken van een CTG op de verloskundigenpraktijk of thuis bij de cliënt mogelijk maakt. Dit creëert kansen voor versterking van de dienstverlening en de marktpositie van verloskundigenpraktijken. Verloskundigen uit de praktijken die deelnemen aan de pilots geven aan behoefte te hebben aan een gedegen evaluatie van de pilots, zodat deze innovatie kan worden geoptimaliseerd en handvatten kunnen worden geboden op het gebied van organisatie, logistiek en financiën. De vraag vanuit de praktijk heeft geleid tot de volgende hoofdvraag: Onder welke voorwaarden kan het antenatale CTG in de eerste lijn worden uitgevoerd als onderdeel van kwalitatief goede en doelmatige zorg dichtbij cliënten? Het onderzoeksproject is onderverdeeld in een drietal werkpakketten 1) De pilots evalueren met kwalitatieve en kwantitatieve onderzoeksmethodes 2) Het vaststellen van voorwaarden en afspraken rondom het antenataal CTG 3) Het opstellen van een kostenanalyse en businessplan. De drie onderdelen worden samengevat in een handboek wat in samenwerking met de branchevereniging (KNOV) beschikbaar wordt gesteld aan verloskundigenpraktijken, zodat ook zij deze vorm van zorg kunnen gaan aanbieden. Het antenatale CTG in de verloskundigenpraktijk is een innovatie die bijdraagt aan continue praktijk- en kennisontwikkeling en het onderzoek hiernaar is een kans voor praktijkgericht onderzoek van Hogeschool InHolland.
Artificial Intelligence (AI) wordt realiteit. Slimme ICT-producten die diensten op maat leveren accelereren de digitalisering van de maatschappij. De grote innovaties van de komende jaren –zelfrijdende auto’s, spraakgestuurde virtuele assistenten, autodiagnose systemen, robots die autonoom complexe taken uitvoeren – zijn datagedreven en hebben een AI-component. Dit gaat de rol van professionals in alle domeinen, gezondheidzorg, bouwsector, financiële dienstverlening, maakindustrie, journalistiek, rechtspraak, etc., raken. ICT is niet meer volgend en ondersteunend (een ‘enabling’ technologie), maar de motor die de transformatie van de samenleving in gang zet. Grote bedrijven, overheidsinstanties, het MKB, en de vele startups in de Brainport regio zijn innovatieve datagedreven scenario’s volop aan het verkennen. Dit wordt nog eens versterkt door de democratisering van AI; machine learning en deep learning algoritmes zijn beschikbaar zowel in open source software als in Cloud oplossingen en zijn daarmee toegankelijk voor iedereen. Data science wordt ‘applied’ en verschuift van een PhD specialisme naar een HBO-vaardigheid. Het stadium waarin veel bedrijven nu verkeren is te omschrijven als: “Help, mijn AI-pilot is succesvol. Wat nu?” Deze aanvraag richt zich op het succesvol implementeren van AI binnen de context van softwareontwikkeling. De onderzoeksvraag van dit voorstel is: “Hoe kunnen we state-of-the-art data science methoden en technieken waardevol en verantwoord toepassen ten behoeve van deze slimme lerende ICT-producten?” De postdoc gaat fungeren als een linking pin tussen alle onderzoeksprojecten en opdrachten waarbij studenten ICT-producten met AI (machine learning, deep learning) ontwikkelen voor opdrachtgevers uit de praktijk. Door mee te kijken en mee te denken met de studenten kan de postdoc overzicht en inzicht creëren over alle cases heen. Als er overzicht is kan er daarna ook gestuurd worden op de uit te voeren cases om verschillende deelaspecten samen met de studenten te onderzoeken. Deliverables zijn rapporten, guidelines en frameworks voor praktijk en onderwijs, peer-reviewed artikelen en kennisdelingsevents.