Het Waddenfondsproject Súd Ie beoogt economie, recreatie en ecologie te combineren en te verbinden. Het project kent drie fasen, in fase 1 en 2 van het uitvoeringsprogramma van het project Súd Ie zijn o.a. vispassages, natuurvriendelijke oevers en paai- en opgroeigebieden aangelegd. Daarnaast worden langs de Súd Ie gelegen (brakke) polders en natuurgebieden hersteld en toegankelijk gemaakt voor diadrome vissoorten. Doelsoorten zijn met name driedoornige stekelbaars en paling. De maatregelen zorgen ervoor dat de deur vanaf het Lauwersmeer open staat en het huis (lees habitat) voor de vis op orde is. Daardoor is een duurzame ecologische verbinding met de Waddenzee in dit gebied hersteld. Door middel van innovatieve monitoring wordt onderzoek gedaan naar het effect van de vismigratiemaatregelen die in fase 1 en 2 van het Súd Ie project zijn genomen. Deze rapportage bevat de resultaten van de pilot monitoring in het voorjaar van 2020, waarbij meerdere locaties langs de Súd Ie onderzocht zijn. Bij de vispassages ter plaatse van de stuw Wetsens, gemaal de Kolk en gemaal Tibsterryd is de intrek van vissen door de passages gemonitord met een fuik. Met behulp van fuiken en kruisnetten is het aanbod van vis bekeken aan de Lauwersmeerzijde bij gemaal Dongerdielen te Ezumazijl. Dit onderzoek is uitgevoerd om een eerste indruk te krijgen over de aanwezigheid van vis, voornamelijk de doelsoorten driedoornige stekelbaars en paling, en in welke mate ze gebruik maken van de aanwezige vispassages.
MULTIFILE
Deze studie maakt onderdeel uit van een groter onderzoeksproject naar Adaptief vermogen voor toekomstbestendig leraarschap, genaamd ‘Expeditie Lerarenagenda’. Met deze studie beoogden we inzicht te krijgen in hoe processen van adaptief vermogen (betekenisgeving, besluitvorming en voorgenomen handelen) zich manifesteren in de onderwijspraktijk van leraren en leidinggevenden èn hoe systeembewustzijn daarin doorwerkt. We richtten ons daarbij op de onderwijspraktijk van leraren en leidinggevenden in het po, vo en mbo en maakten daarbij gebruik van vignetten om uitspraken te achterhalen over processen van adaptief vermogen en systeembewustzijn in verandering met bottom-up en top-down oorsprong. Leraren en leidinggevenden werden gevraagd te reageren vanuit het eigen perspectief en dat van de ander op voorgelegde vignetten (korte scenario’s van verandering in een schoolsituatie).
Het Waddenfondsproject Súd Ie beoogt economie, recreatie en ecologie te combineren en te verbinden. Het project kent drie fasen, in fase 1 en 2 van het uitvoeringsprogramma van het project Súd Ie zijn o.a. vispassages, natuurvriendelijke oevers en paai- en opgroeigebieden aangelegd. Daarnaast worden langs de Súd Ie gelegen (brakke) polders en natuurgebieden hersteld en toegankelijk gemaakt voor diadrome vissoorten, veelal driedoornige stekelbaars en paling. Deze maatregelen zorgen ervoor dat de deur vanaf het Lauwersmeer open staat en het huis (lees habitat) voor de vis op orde is. Daardoor is een duurzame ecologische verbinding met de Waddenzee in dit gebied hersteld. Door middel van innovatieve monitoring wordt onderzoek gedaan naar het effect van de vismigratiemaatregelen die in fase 1 en 2 van het Súd Ie project zijn genomen. Deze rapportage bevat de resultaten van de monitoring in het najaar van 2020. Dit onderzoek is uitgevoerd om een beeld te krijgen over de aanwezigheid van vis in het najaar bij Ezumazijl en de vispassages bij de Kolken. De doelsoorten zijn driedoornige stekelbaars en paling.
MULTIFILE
Overgewicht en obesitas bij kinderen is een groot maatschappelijk probleem vanwege de negatieve gevolgen voor de gezondheid en de stijgende zorgkosten. De Gecombineerde leefstijl interventie (GLI) staat in de recente richtlijn ‘Diagnostiek, ondersteuning en zorg voor kinderen met obesitas’ (Partnerschap Overgewicht Nederland/VU, 2022) beschreven als meest effectief en moet in 2030 in alle gemeenten beschikbaar zijn (Nationaal Preventieakkoord VWS, 2018). Doel is het verbeteren van leefstijl gerelateerd aan bewegen, eten en slapen. Betrokken zorgprofessionals zijn kinderfysiotherapeuten, diëtisten, jeugdverpleegkundigen en kinderartsen. In de praktijk blijkt echter dat de effectiviteit van de huidige zorg niet optimaal is en niet alle kinderen met overgewicht en obesitas bereikt worden. Door de stijgende aantallen kinderen met overgewicht en obesitas enerzijds en de tekorten aan professionals in de zorg, zal het in de toekomst naar verwachting nog moeilijker worden om alle kinderen en jongeren passende ondersteuning te bieden.
LARS draagt bij aan de optimalisatie van het gemeenschappelijke besluitvormingsproces voor de beste behandelkeuze voor een patiënt met chronische lage rugpijn. De combinatie van ‘evidence-based’ beslissingsondersteuning met patiëntvoorkeuren belooft de gepersonaliseerde zorg en het effect van de behandeling substantieel te verbeteren.
LARS draagt bij aan de optimalisatie van het gemeenschappelijke besluitvormingsproces voor de beste behandelkeuze voor een patiënt met chronische lage rugpijn. De combinatie van ‘evidence-based’ beslissingsondersteuning met patiëntvoorkeuren belooft de gepersonaliseerde zorg en het effect van de behandeling substantieel te verbeteren.Doel Het doel is om in co-creatie (samen met cliënten met chronische lage rugpijn en fysiotherapeuten) een web-based instrument te ontwikkelen voor het kiezen van een zo goed mogelijk passende behandeling, dat toepasbaar en bruikbaar is in de eerstelijnspraktijk. Resultaten Een haalbare, bruikbare en acceptabele eHealth-tool om geïnformeerde gemeenschappelijke besluitvorming te ondersteunen door behandelaanbevelingen te doen aan fysiotherapeuten en patiënten, op basis van patiëntkenmerken (gestratificeerde zorg). Looptijd 01 april 2022 - 30 september 2024 Aanpak LARS volgt de vier fasen van de CeHRes Roadmap: contextueel onderzoek, waardebepaling van stakeholders, prototype-ontwikkeling in co-creatie en de daadwerkelijke introductie, adoptie en inzet van LARS in de fysiotherapeutische praktijk.