Burgerparticipatie en co-creatie staan hoog op de agenda van gemeentelijke organisaties. In de wijk Middelland is de gemeente Rotterdam al in 2015 gestart met meer inspraak voor bewoners. Onder de noemer van Mooi Mooier Middelland 2015-2018 is ruimte gecreëerd voor co-creatie. In 2019 kreeg dit project een vervolg, waarbij de werkgroep ‘Wijk voor Iedereen’ heeft zich hard gemaakt voor een inclusieve woonwijk. Hierbij is samenwerking gezocht met de gemeente, de bewonersgroep en Woonstad Rotterdam. In dit rapport kijken we terug op dit proces en komen we tot de conclusie dat van co-creatie in dit geval geen sprake was. Wel zagen we vormen van participatie en samenwerking en dan voornamelijk tussen de werkgroep, Woonstad Rotterdam en Bewonersgroep Oostervant.
DOCUMENT
Ook te leen in de HU Bibliotheek In organisaties op het gebied van de zorg en het sociaal werk zijn de vragen “wat is goede zorg?”, “wat is goed werk?” en “wat is goede samenwerking?” dagelijks aan de orde. In dit boek worden theoretische perspectieven op goede zorg, goed werk en goede samenwerking verbonden met de praktijk van het moreel beraad. Vertrekpunt is de vraag: “Hoe kan ‘co-creatie van goede zorg’ in de praktijk van zorg en sociaal werk worden bevorderd en wat kan moreel beraad daarbij betekenen?”
MULTIFILE
In 2016 zijn de TU Delft, De Haagse Hogeschool en andere hogescholen een samenwerking gestart om in co-creatie met kinderen beweegactiviteiten te ontwerpen. Er is een groot aantal werkvormen ontwikkeld waarmee het inlevingsvermogen en de creativiteit van basisscholieren worden gestimuleerd. Tegelijkertijd komen gymleraren en groepsleerkrachten meer te weten over wat de klas en het individu “beweegt” en waar behoefte aan is in de gymles.
DOCUMENT
Afgelopen jaren is er groeiende aandacht voor ‘gezondheid als één van de belangrijkste maatschappelijke vraagstukken’. Op verschillende manieren zijn organisaties en hun mensen aan de slag om gezondheid van mensen te verbeteren. De ervaringen en de uitkomsten hiervan zijn niet louter positief. Ondanks jarenlange inzet valt er nog veel te leren als het gaat om de aanpak. Aangejaagd door een steeds bredere kijk op gezondheid – positieve gezondheid – bestaat deze aanpak ook vaker uit een co-creatie met verschil- lende partners. Maar hoe doen we dat eigenlijk, co-creatie? Wat kunnen we leren van verschillende initiatieven uit de regio Haaglanden? Dit artikel schetst eerst twee onderliggende ontwikkelingen: De bredere kijk op gezondheid en het concept co-creatie, een samenwerking van verschillende stakeholders vanaf de start, waarin ieders kennis even waardevol is. Ter illustratie volgt een verkenning van vijf initiatieven in regio Haaglanden. Gesprekken met betrokken professionals en bewoners geven meer inzicht in de manier waarop co-creatie tot stand komt, de waardevolle aspecten van werken in co-creatie en de diverse uitdagingen en aandachtspunten hierbij.
DOCUMENT
Het ontwikkelen van geïntegreerde curricula waarin onderwijs, onderzoek en beroepspraktijk samenkomen, vraagt om het bijeenbrengen van expertise op elk van deze vlakken. Binnen het Comenius Leadership Project To Create Tomorrow Together ontwerpen teams van docenten, onderzoekers en studenten in co-creatie geïntegreerde curricula. Deze posterpresentatie richt zich op de ervaringen van elk van de drie groepen deelnemers met de samenwerking in het co-creatieproces. De resultaten volgen uit een kwalitatieve analyse van semi-gestructureerde interviews met vier teams (N=23). De overeenkomsten en verschillen in de ervaringen van deze groepen belichten obstakels én kansen in dit type samenwerking. Deze kennis kan handvatten bieden voor het effectief opzetten en ondersteunen van co-creatieprocessen. Implicaties voor het faciliteren van dit type samenwerking worden besproken.
DOCUMENT
Wetenschapswinkelprojecten hebben vaak als doel het handelingsperspectief van klantorganisaties te vergroten. Dit vereist een leerproces binnen die organisaties. Co-creatie van kennis is daarvoor een geschikt middel. Een van de taken van wetenschappers daarbij is om bestaande wetenschappelijke kennis te contextualiseren: algemene wetenschappelijke kennis te vertalen naar de lokale situatie. In dit artikel worden de ervaringen met co-creatie en contextualisering in een wetenschapswinkelproject in Zundert geëvalueerd.
DOCUMENT
In deze lectorale rede geeft Jan Jukema zijn visie op hoe hij, samen met de leden van de kenniskring van het lectoraat Verpleegkunde van Saxion, praktijkgericht onderzoek wil doen vanuit een benadering van co-creatie met zorgvragers, hun netwerk, verpleegkundigen en andere (zorg)professionals. Dit onderzoek is met name gericht op een bijdrage aan het ontwerpen, implementeren en evalueren van methodieken, interventies en tools die mensen als zorgvrager en verpleegkundige helpen bij het realiseren van gepersonaliseerde zorg, en aan het bewerkstelligen van een context waarin deze hoogwaardige zorg kan gedijen. Zij zijn daarbij ook geïnteresseerd in de plaats die technologie hierin heeft. Vragen die aan bod komen zijn: Wat is gepersonaliseerde zorg? Wat is co-creatie in de gezondheidszorg? Wat is haar belofte? Hoe kan co-creatie zorgvragers en (zorg)professionals helpen om te komen tot gepersonaliseerde zorg? Welke weloverwogen en methodische aanpak helpt hen daarbij? Deze lectorale rede schetst de inbedding en reikwijdte van deze vragen, en verkent de aanpak van het lectoraat om op deze en andere vragen een antwoord te geven.
MULTIFILE
In dit artikel (en keynote) schetst Nigten enkele grote veranderingen in onze samenleving en dagelijks leven en hoe dit samenhangt met onze kijk op techniek. Zij signaleert een verschuiving van techniek gestuurde innovatie naar innovatie door en met de eindgebruiker en hoe dit zich verhoudt tot technisch onderwijs. Vervolgens vergelijkt Nigten het procesverloop van grote sociale maatschappelijke innovaties met innovatie trajecten zoals we die kennen op het gebied van producten of diensten. Grote sociale innovatie trajecten vragen, net als radicale product- en diensteninnovaties, om andere organisatiemodellen dan het model waarin een product steeds verder verfijnd of verbeterd wordt. Om ons heen zien we dat de ROC opleidingen en de Hogescholen, moeite hebben met snel schakelen. De grote organisaties, de instituten hebben meestal niet de armslag om risico, een belangrijk aspect van innovatie, te nemen. Desondanks is het van groot belang dat de studenten toekomstbestendig onderwijs krijgen. Aan de hand van innovatie projecten van The Patching Zone, een transdisciplinair innovatie laboratorium in Rotterdam en het lectoraat PI aan de Hanze Hogeschool wordt er in dit artikel nader in gegaan op bruikbare innovatie modellen voor het technisch onderwijs. Hiervoor hanteert Nigten twee sleutelbegrippen: co-creatie en creativiteit en hoe deze die naadloos op elkaar aan kunnen sluiten.
MULTIFILE
CoSIE is een acroniem voor ‘Co-creation of Service Innovation in Europe’ . Het project staat voor het samen met burgers – in cocreatie – ontwerpen en verbeteren van sociale dienstverlening van de overheid om zo bij te dragen aan sociale inclusie en vernieuwing van de (lokale) democratie . Co-creatie is een gezamenlijke activiteit van overheid en burgers die tot doel heeft de waarde van publieke diensten te verrijken en te vergroten . Deze gezamenlijk activiteiten kunnen in elk stadium van ontwikkeling en implementatie van nieuwe diensten plaatsvinden . Individuele en publieke waarden kunnen worden begrepen in termen van toegenomen welzijn, gedeelde beleidsvisies of nieuwe diensten . Het CoSIE project heeft in heel Europa een beweging in gang gezet waarin onderzoekers en professionals samen met burgers werken aan een verbetering van publieke dienstverlening .
DOCUMENT
In het NRO-NWO project “Co-design with kids” worden in een consortium van kennisinstellingen en praktijkpartners richtlijnen voor leraren en ontwerptools voor kinderen ontwikkeld en geëvalueerd waarmee basisscholieren generieke 21ste-eeuwse vaardigheden kunnen ontwikkelen waaronder: 1. het ontwikkelen van empathie en inzicht in de ander; 2. communiceren en samenwerken met elkaar en de opdrachtgever; en 3. creatief denken. Deze vaardigheden ontwikkelen de kinderen aan de hand van vraagstukken uit de praktijk, van echte opdrachtgevers. Tijdens het ontwerpproces verkennen de kinderen in groepjes het probleem dat een echte opdrachtgever schetst en komen ze na een aantal weken met oplossingen. De Haagse Hogeschool (HHs) onderzoekt de kwaliteit van de ontwerpuitkomsten van de kinderen in termen van originaliteit, uitwerking, relevantie en toepasbaarheid en onderzoekt of de ontwerpideeën meerwaarde hebben voor de opdrachtgevers. De kinderen hebben gewerkt aan oplossingen voor vraagstukken uit drie domeinen: het bewegingsonderwijs, de speelruimte en de zorg. In elk domein worden minimaal twee ontwerprondes uitgevoerd, één waarbij het ontwerpproces door een ontwerper wordt gefaciliteerd en één waarbij het ontwerpproces door de groepsleerkracht van de kinderen wordt begeleid.
DOCUMENT