Boven titel staat vermeld: De symbiose van biologie en technologie. Zowel vanuit het Applied Science onderwijs als vanuit het werkveld kwam er meer vraag om biologische expertise toe te voegen aan het bestaande lectoraat Thin Films & Functional Materials.
Zorg, Service & Welzijn van Friesland College opereert in een complexe wereld. De bevolking vergrijst, de zorgvraag neemt toe en de beroepsbevolking krimpt. De technologische ontwikkelingen in de zorg gaan razendsnel. Mensen blijven langer thuis wonen, houden meer zelf de regie over wat ze nodig hebben en er ontstaan nieuwe vormen van welzijn en zorg, bijvoorbeeld kleinschalig wonen voor ouderen. In de maatschappij als geheel spelen ook grote vraagstukken waar (aankomende) professionals bij de uitoefening van hun beroep mee te maken krijgen. Dit vraagt om wendbare professionals ofwel professionals met de capaciteit om verbetergericht te leren en werken. Dit thema: professionals die zich blijvend ontwikkelen, heeft ook de aandacht van het Practoraat Leven Lang Ontwikkelen van Friesland College. Het beroepsonderwijs, waar deze professionals worden opgeleid, staat daarmee midden in de samenleving.
DOEL: Deze studie onderzoekt de mogelijke invloed van gender op de historische dynamiek rond verpleegkundig leiderschap. METHODE: Gebruikmakend van een historische onderzoeksbenadering voert deze studie een bronnenanalyse uit met gender als analytische lens, gericht op de ontwikkeling van het verpleegkundig directeurschap in het Sint Radboudziekenhuis vanaf de oprichting van de medische kliniek (1956) tot de uitsluiting van de verpleegkundig directrice uit de directie (1971). RESULTATEN: Er worden zes gendergaps geïdentificeerd, namelijk verschillen in vermeende capaciteiten en kwaliteiten, werk-privébalans, opleiding, salarisstructuur, ondersteuning en gebruik van retoriek. Dit wijst op betrokkenheid van stereotype denkbeelden bij het vormen van de genderasymmetrie binnen het verpleegkundig beroep en de perceptie ervan op de werkplek en daarbuiten. DISCUSSIE: Een geleidelijke uitsluiting van verpleegkundigen op basis van geslacht op strategisch niveau in directies wordt benadrukt. Deze asymmetrie en vooroordelen creëerden een onevenwichtig speelveld, wat de onderhandelingen over de status van het verpleegkundig beroep bemoeilijkte en belemmeringen opwierp voor verpleegkundig leiderschap. CONCLUSIE: Het zichtbaar en bespreekbaar maken van deze vooroordelen kan het bewustzijn vergroten over de wijze waarop historisch gegroeide ideeën en overtuigingen hedendaags verpleegkundig leiderschap beïnvloeden.
LINK
Integriteitsvraagstukken blijven de mensgerichte beroepsgroepen bezighouden. Denk aan de medewerkers van een ziekenhuis die onbevoegd het patiëntendossier van een bekende Nederlander inkeken. Hoe kunnen teams van professionals werken aan integriteit? Instanties voor inbreuken op professionele integriteit hanteren vaak een regelethiek of gevolgenethiek. Opleidingen doceren voor ethiekonderwijs veelal deugdenethiek en zorgethiek. Hoe kunnen regionale werkveldpartners en hogeschool Viaa vragen werken aan een ‘en/en’-benadering van integriteitsvraagstukken in de beroepspraktijk? Het voorgestelde project ontwikkelt over twee sporen een domeinoverstijgend praktijkonderzoek naar het omgaan met integriteitsvraagstukken in de mensgerichte beroepen. Het eerste spoor is een empirische verkenning van integriteitsvraagstukken in beroepspraktijken van werkveldpartners in de regio, de eisen die deze stellen aan een bredere benadering, en de toerusting die dit vraagt. Werkveldpartners en studenten van de hogeschool werken mee aan deze kennisontwikkeling. Dit levert tools op voor teams van professionals in de beroepspraktijk, zoals competentieprofiel, teamrol ‘aandachtsvelder integriteit’ en een handreiking. Dit levert voor professionals in opleiding een hogeschoolbrede minor met o.a. videocolleges en praktijkopdrachten. Het tweede spoor is een theoretische verdieping om bijdragen aan een brede benadering van integriteitvraagstukken te kunnen wegen en integreren. Om een extern gezichtspunt op beroepsethische benaderingen te hebben wordt een beroep gedaan op de bronnen van sociale en professionele ethiek uit de traditie waaraan de hogeschool haar visie op mens, beroep en samenleving ontleent. In dialoog met andere beroepsethische stromingen draagt deze beschrijving bij aan een integrale benadering van integriteitsvraagstukken in de mensgerichte beroepen, terug te vinden in de praktijk- en onderwijsproducten. De beoogde postdoc is aan de hogeschool in vaste dienst als seniordocent en onderzoeker beroepsethiek en zal dat ook tijdens het project zijn. Hij heeft binnen het lectoraat Zingeving en zorg ervaring met praktijkonderzoek naar competenties, werkwijzen en teamrollen op het gebied van ethiek en zingeving.
Lectorenplatform Voedsel en Gezondheid Het Lectorenplatform Voedsel en Gezondheid heeft in de afgelopen twee jaar gewerkt aan een onderzoekagenda bestaande uit een inhoudelijke en een kwaliteitspijler met betrekking tot toegepast onderzoek. Inhoudelijk kent het Platform drie pijlers gelieerd aan de thematiek Voedsel en Gezondheid, waarvan de eerste meer individueel gezond gedrag is gedreven, de tweede meer voedsel technologisch is ingestoken en de derde meer sociaal-maatschappelijk is georiënteerd. Wat betreft kwaliteit richt het platform zich op het professionaliseren van toegepast onderzoek binnen het HBO met betrekking tot methodiek, ethiek en databeheer. In de voorgaande periode is er al veel gerealiseerd in zowel samenwerking als programmering. Desalniettemin was Platform I vooral gericht op interne verkenning en afstemming. Het huidige voorstel bouwt voort op de in Platform I uitgezette weg, maar wel met nadrukkelijk een breder georiënteerd karakter: het door vertalen van kennis en expertise ten aanzien van onderzoekskwaliteit naar het onderwijs, het vergroten en verbreden van de zichtbaarheid en het uitdragen van kennis; het betrekken van bedrijfsleven en maatschappelijke partners bij de inhoudelijke agenda; het ontwikkelen van meer gezamenlijke onderzoeksprojecten. Nieuw voor de komende jaren is de ambitie om onderzoekskwaliteit beter meetbaar te maken. Hoe meet je kwaliteit in praktijkonderzoek: impact op de samenleving is een ander doel dan hoge impactfactoren van wetenschappelijke publicaties. Kenmerkend hierbij is de specifieke aandacht voor participatief onderzoek. Op basis van de verbondenheid van de Lectoraten binnen het platform bieden we een landelijk netwerk voor maatschappelijk geëngageerd toegepast onderzoek, inzetbaar voor samenwerkingsverbanden met overheden en bedrijfsleven, alsmede met universiteiten en andere onderzoeksinstellingen.