De Festival Atlas 2016 geeft een overzicht en analyse van het landschap van film-, food- en muziekfestivals in Nederland in 2016. Dit is een druk en divers landschap. Een landschap ook dat veel bezocht wordt en daarmee een belangrijke culturele, sociale en economische factor is. Maar hoe ziet dit landschap er nu precies uit?
MULTIFILE
Vanuit identiteitstheorieën richt dit onderzoek zich op de identiteitsontwikkeling van jongeren en het maken van keuzes, in het bijzonder de studiekeuze.
MULTIFILE
De gangbare, DSM-gestuurde interpretatie van depressieve stoornis doet de ervaring van mensen die aan deze stoornis lijden geen recht. Er ontbreken drie wezenlijke aspecten aan de DSM-definitie: een verstoorde wereldbetrekking, een verstoorde lijfelijkheid en een verstoorde temporaliteit. De fenomenologische uitleg van depressie die in mijn proefschrift centraal staat, laat deze psychische stoornis niet naar voren treden als extreme somberheid, maar als existentieel isolement. De ‘stemmingsstoornis’ (mood disorder) is zo beschouwd een afstemmingsstoornis: een verstoring van een proces of gebeuren van synchronisatie op een heel elementair, lijfelijk-affectief niveau. Dat het fenomeen depressie momenteel zo wijdverbreid is – de zogeheten depressie-epidemie – kan in verband worden gebracht met de wijze waarop het individu door de laatmoderne ‘neoliberale’ cultuur tot subject wordt gevormd. De hedendaagse subjectpositie is ‘isolistisch’ van aard. Dit staat op gespannen voet met de menselijke grondbehoefte aan elementaire afstemming. Anders gezegd: de laatmoderne subjectificatie van het individu is depressogeen. LinkedIn: https://www.linkedin.com/in/bert-van-den-bergh-95476526/
In tijden van toenemende culturele diversiteit en arbeidsonzekerheid hebben jongeren in Nederlandse en Duitse stadswijken grote behoefte aan richting met betrekking tot hun toekomstige leven. Ouders en leraren lijken zelf vaak te worden overweldigd door de snel veranderende wereld waarin ze leven. Naast deze veranderingen neemt het gebruik van sociale media sterk toe, waardoor de al bestaande generatiekloof nog groter wordt. Deze ontwikkelingen hebben grote gevolgen voor de levensloopperspectieven van jongeren en leiden er vaak toe dat ze meer dan ooit richting zoeken bij hun leeftijdgenoten. In plaats van dit te zien als een problematische situatie, is dit project erop gericht de netwerken van jongeren te gebruiken als bron voor verbetering van de stadswijken. Het basisidee is jonge adolescenten (in de leeftijd van 12-14 jaar) te empoweren via bepaalde leeftijdgenoten die al gerespecteerd, verantwoordelijk en stabiel in het leven staan. Deze ‘homies’ (vier Nederlandse en vier Duitse jongeren) worden getraind en begeleid door experts op het gebied van oplossingsgericht denken en inspirerende communicatie. Daarna gaan de homies aan de slag in hun eigen wijk, waar ze drie maanden actief zullen zijn. De meeste communicatie met hun leeftijdgenoten zal verlopen via mobiele communicatie en sociale medianetwerken. In het begeleidende onderzoek wordt een analyse gemaakt van de leefsituatie van jongeren in de geselecteerde wijken voor en na de tussenkomst van de homies. De homies houden zelf een (mobiel) dagboek bij dat inzicht zal bieden in hoe zij zelf de veranderingen bij de jongeren in hun wijk zien.
Kunstenaars en andere ‘creatieven’ vinden steeds moeilijker betaalbare werkruimte. Atelierstichtingen en broedplaatsorganisaties zitten klem tussen oplopende kosten, teruglopende subsidies en de structureel zwak-ke inkomenspositie van de hurende kunstenaars. Een manifest van Platform BK, dat beeldend kunstenaars vertegenwoordigt, en de KunstenBond agendeert dit vraagstuk. Een bijkomend probleem vormt de hoogspan-ning op de vastgoedmarkt, waardoor panden zeer gewild zijn bij projectontwikkelaars en gemeenten geneigd zijn om voor de panden die zij aan deze organisaties verhuren andere draagkrachtigere huurders te zoeken. Medewerkers en management van broedplaatsorganisaties staan voor de uitdaging om hun businesscase maatschappelijk en financieel te verduurzamen. Dit vraagt om nieuwe waardeproposities en herpositionering ten opzichte van de gemeente en andere publieke en private stakeholders. Ook het profiel van de broed-plaatsprofessional verandert. Ontwikkelaars van broedplaatsen zijn veelal geleidelijk in hun organiseren-de/coördinerende rol gegroeid. Het speelveld van stedelijke (gebieds)ontwikkeling waarop zij opereren is echter dynamisch. De broedplaatsprofessional krijgt steeds nadrukkelijker de positie van stedelijke kwartiermaker: een nieuwe, hybride rol op het snijvlak van vastgoed, cultuur, welzijn en ruimtelijk(-economisch)e ontwikkeling. Dit project beoogt broedplaatsorganisaties te voeden met (bedrijfs-)strategieën om hun businessmodel toe-komstbestendig te maken en deze te vertalen naar benodigde competenties voor de betrokken professionals. Alleen zo kunnen zij blijven bijdragen aan de politiek gewenste levendige en veelkleurige stad, waar mensen graag wonen en bedrijven zich graag vestigen. Veel onderzoek onderbouwt dat steden die investeren in cultuur economisch beter presteren. Daarbij gaat het niet alleen om toptheaters en –musea maar juist ook om innova-tie en creativiteit ‘van onderop’. Fontys Hogescholen gaat deze problematiek onderzoeken met inzet van een breed consortium creatieve ver-zamelgebouwen, netwerk- en kennispartners. Gezamenlijk vertegenwoordigen deze organisaties ruim 300 ate-liergebouwen/broedplaatsen, 4.700 werkruimten en honderdveertig professionals. De broedplaatsenproble-matiek speelt bovendien in vrijwel alle G40-steden, hetgeen de resultaten van dit project potentieel relevant maakt voor honderden professionals bij gemeenten, woningcorporaties en andere vastgoedeigenaren.
Met toepassing van ICT-innovaties in combinatie met real-time 5D Big Data verstevigt de creatieve industrie haar innovatiekracht. Hiermee genereert zij impact bij het oplossen van maatschappelijke vraagstukken, die aansluiten bij de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties. Vanuit haar meerjarige relatie met de creatieve industrie, wordt aan HAS Hogeschool steeds vaker de vraag gesteld hoe de creatieve professional op een ethisch verantwoorde manier om kan, wil en mag gaan met de toepassing van persoonsgebonden locatiedata in het designproces tot en met publicatie van digitale inter¬actieve applicaties met ruimtelijke visualisaties (animaties, video’s, digital twins, etc.). Ook participerende gebruikers worden steeds mondiger en stellen terecht vragen over het gebruik van persoonsgebonden locatiedata in dergelijke applicaties. De Autoriteit Persoonsgegevens houdt in deze toezicht en legt de komende jaren nadruk op dit focusgebied. Vanuit het maatschappelijk actuele sociaal en culturele thema Data & Ethiek wordt momenteel (inter-)nationaal onderzoek uitgevoerd en zijn een aantal instrumenten ontwikkeld. Deze zijn echter niet praktijkgericht en visueel, terwijl de creatieve industrie en de maatschappij daar wel steeds meer om vragen. Met de ontwikkeling en eerste toepassing van het praktijkinstrument Monitor Ethisch Ruimtelijk Visualiseren en brede kennis¬valorisatie met de creatieve industrie wordt een goede eerste stap gezet om deze behoefte in te vullen. Tevens worden de onderzoeksresultaten door HAS Hogeschool vertaald naar haar kerntaken (onderwijs, onderzoek en kennistransfer) en richting haar Ethische Adviescommissie. De resultaten van dit praktijkgericht onderzoek met een multidisciplinaire aanpak maken brede toepassing van technologie in maatschappelijk gedragen en ethisch geaccepteerde oplossingen mogelijk, geeft een impuls aan het vernieuwend onderwijs bij HAS Hogeschool en andere kennisinstituten en biedt het MKB in de creatieve industrie de innovatiekracht haar producten nu en in de toekomst meer ethisch-bewust aan de markt en haar gebruikers aan te bieden.