Verslag van het congres 'Kleurrijk maatschappelijk werk, een boeiende ontwikkeling', georganiseerd door de Nederlandse Vereniging van Maatschappelijk Werkers (NVMW). Het congres vond plaats op 28 oktober 2008 in het Koninklijk Instituut voor de Tropen in Amsterdam en stond in het teken van werken met en voor mensen uit een diversiteit aan culturen.
DOCUMENT
Op 8 november hield prof.dr. Hans van Ewijk zijn oratie Maatschappelijk werk in een sociaal gevoelige tijd*. Dit artikel is hierop gebaseerd. De oorsprong van het maatschappelijk werk ligt vooral in het bestrijden van armoede, ongeletterdheid en onbeschaafdheid. De inzet was mensen te sterken in het verbeteren van hun maatschappelijke positie. Door de jaren heen hield het zich bezig met een hele reeks van achterstandsgroepen; arbeiders, vrouwen, werklozen, mensen met een handicap of stoornis, nieuwkomers en oudkomers. In de jaren tachtig wilde het maatschappelijk werk erkend worden als een beroep in de geestelijke gezondheidszorg. Hierbij lag het accent op behandelen en therapie. Van een armoede gerichte professie ging het naar een stoornis gerichte professie. In de praktijk wilde het vooral mensen die de complexiteit van het leven (tijdelijk) niet aankonden, zo helpen dat ze met minimale professionele ondersteuning weer wat beter in staat zouden zijn zichzelf en hun omgeving ter hand te nemen.
DOCUMENT
Rapport, geschreven in opdracht van de Commissie Internationaal van de Nederlandse Vereniging van Maatschappelijk Werkers (NVMW). Het rapport beoogt door middel van onderzoek een bijdrage te leveren aan de uitvoering van het plan van de NVMW om haar internationale activiteiten te revitaliseren. Het onderzoek “Internationalisering van de Nederlandse Vereniging van Maatschappelijk Werkers” is een onderdeel van het gelijknamige project, dat in 2004 is geïnitieerd door de Commissie Internationaal van de NVMW. De commissie gaf opdracht tot het verrichten van onderzoek, dat antwoord moest geven op de vraag: Wat zijn voor de beroepsvereniging en de maatschappelijk werkers die ze vertegenwoordigt de mogelijkheden om zich te internationaliseren? Het onderzoek is opgezet vanuit drie uitgangspunten. 1. Ten eerste wordt ervan uitgegaan, dat internationalisering van het maatschappelijk werk implicaties heeft voor het beroepsprofiel van het maatschappelijk werk. 2. Verder wordt uitgegaan van de veronderstelling, dat netwerkvorming de beste strategie is voor internationalisering van het maatschappelijk werk. 3. Tenslotte wordt aangenomen dat internationalisering begint in en vanuit de micro-omgeving van het organisatienetwerk van de vereniging. 1. Door middel van deskresearch en interviews met experts is kwalitatief onderzoek verricht naar de internationale ontwikkeling van het beroep. Het domein van maatschappelijk werk wordt in verschillende landen verschillend bepaald. Het Nederlandse maatschappelijk werk is een deelverzameling van wat in veel landen “social work” heet, een brede professie die min of meer alles omvat wat in Nederland valt onder het beroependomein van het sociaal agogisch werk. In internationale verhoudingen zal het Nederlandse maatschappelijk werk zich tot deze brede definitie van de professie moeten verhouden. 2. Er is ook kwalitatief onderzoek verricht naar internationale netwerkvorming als strategie voor de internationalisering van de NVMW. Het voorstel is gedaan om internationale uitwisseling tussen maatschappelijk werkers te ondersteunen, zowel in het binnenlands als in het buitenlands netwerk van de vereniging, zowel langs de gouvernementele als de niet-gouvernementele weg. Dit is verder uitgewerkt in vijf thema’s, die verschillende aspecten van internationale uitwisseling belichten: academiesering van het maatschappelijk werk, euregionale samenwerking tussen hogescholen, Europees sociaal beleid, grensoverschrijdende hulp en internationalisering van de website. 3. Tenslotte is kwantitatief onderzoek gedaan onder de leden van de vereniging waarbij hun mening over de internationalisering van de NVMW is gepeild. Uit de resultaten komt het volgende beeld naar voren. Ruim een derde van de leden die hebben gereageerd heeft een beroepspraktijk met een internationale context. Meer dan de helft daarvan heeft door directe ervaring of opleiding met internationale aspecten van het beroep te maken gehad. De meeste leden willen dat de NVMW internationaal actief is. Velen willen daar zelf actief aan deelnemen. Niet iedereen vindt het belangrijk om zelf internationale ervaring op te doen, wel om kennis te verwerven.
DOCUMENT
In dit artikel worden de posities van verschillende actoren, die actief zijn op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen en assurance, geïdentificeerd en geanalyseerd. De nadruk wordt momenteel gelegd op vrijwillige activiteiten op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen en het rapporteren over deze activiteiten, ondanks dat een nieuwe richtlijn op Europees niveau bepaalde Nederlandse ondernemingen verplicht te rapporteren over maatschappelijk verantwoord ondernemen. Door het vrijwillige karakter van rapportages over maatschappelijk verantwoord ondernemen en het ontbreken van formele regelgeving is er een verhoogd risico dat bedrijven misbruik maken van mvo-rapportages voor bijvoorbeeld zakelijk of persoonlijk gewin. De verwachting is echter dat het belang en de kwaliteit van mvo-rapportages zal toenemen in de nabije toekomst om transparantie te verhogen binnen verschillende branches en sectoren. Hierdoor kunnen mvo-rapportages en de controle hierop ingezet worden om onethisch gedrag te verminderen en meer openheid van zaken te geven hoe ondernemingen te werk gaan.
DOCUMENT
In dit boekje vindt u de oratie, zoals die ongeveer is uitgesproken bij de aanvaarding van het bijzonder hoogleraarschap ‘Grondslagen van het maatschappelijk werk’ aan de Universiteit voor Humanistiek. Daar heb ik twee hoofdstukken aan toegevoegd. In hoofdstuk 2 ‘Op zoek naar het maatschappelijk rendement’ verantwoord ik gebruikte getallen in de oratie en geef ik argumenten om te investeren in eerstelijns ondersteuning in het sociaal functioneren van mensen in een steeds complexere samenleving. In hoofdstuk 3 ‘Een aanzet tot een raamwerk voor een sociaal werk theorie als voorbeeldige praktijkdiscipline’ werk ik een inzicht in en uitzicht op een samenhangend kennis- en handelingsdomein sociaal werk uit. Sociaal werk is de omvattende term voor het brede kennis- en handelingsdomein waar sociale professionals van verschillend pluimage zich inzetten voor het sociaal functioneren. Binnen sociaal werk is maatschappelijk werk een kernberoep met een lange en indrukwekkende geschiedenis. Het raamwerk dat ik hier presenteer zal mijn werk aan de Universiteit voor Humanistiek en mijn samenwerking met collega’s in het hoger onderwijs en de praktijk inkaderen.
DOCUMENT
'Onderzoek naar het maatschappelijk werk' doet verslag van de inventariserende (literatuur)studie naar de stand van zaken van onderzoek naar het maatschappelijk werk en naar op onderzoek gebaseerde instrumentontwikkeling voor deze werksoort. Het onderzoek is verricht in opdracht van De Vereniging van Maatschappelijk Werkers, als eerste studie voor een onderzoeks- en ontwikkelingsprogramma voor het maatschappelijk werk. De inventarisatie beperkt zich tot twee terreinen: Nederlandse onderzoekspublicaties vanaf ongeveer 1995 en een selectie van de daarbij behorende achtergrondliteratuur. Uit de inventarisatie blijkt dat de hoeveelheid onderzoek naar de beroepsuitoefening zeer beperkt is. Het is belangrijk dat in het maatschappelijk werk (de agogische beroepen) een onderzoekscultuur wordt opgebouwd. De onderzoekers benoemen een aantal prioritaire thema's voor verder onderzoek naar: hulpvragen en de relatie daarvan met het hulpaanbod; de inhoud van het hulpverleningsproces; uitkomsten en de relatie daarvan met de feitelijke interventies; de plaats van het maatschappelijk werk temidden van andere beroepen en de daarbij passende deskundigheid. Hiernaast vindt u onder 'Samenvatting' BIJLAGE IV met de samenvattingen literatuur, behorend bij de eindrapportage Onderzoek naar het Maatschappelijk Werk.
DOCUMENT
Of het nu om arbeidsmigratie gaat of om flexwerk, om de inzet van zzp’ers of om vaste contracten: ‘werk’ is een centraal onderwerp in het maatschappelijk en politiek debat. De ‘hardwerkende Nederlander’ lijkt maatgevend voor politieke besluitvorming te zijn geworden. Veel minder gaat het over de inhoud en kwaliteit van het werk zelf. Wanneer is werk van voldoende kwaliteit en wie bepaalt dat? En welke bijdrage levert werk aan de samenleving? Werk moet ook bij iemand passen – hoe kan werk bijdragen aan het welzijn van de werknemer? Over al die aspecten van werk gaat het in Goed werk in uitvoering – werk dat goed is, goed doet en goed voelt. Deze publicatie is het resultaat van een meerjarig onderzoekstraject van The Work Lab, in samenwerking met het Centre for Economic Transformation van de Hogeschool van Amsterdam. De centrale onderzoeksvraag was: wat is goed werk? De onderzoekers keken wat hierover in de bestaande literatuur te vinden is, spraken met deskundigen en interviewden tientallen werknemers uit uiteenlopende sectoren. Hun bevindingen leidden tot een analyse en karakterisering van wat zij als goed werk zien: werk dat goed is, goed doet en goed voelt. Beschrijvingen vanuit de praktijk maken een belangrijk deel uit van deze publicatie. De persoonlijk verhalen geven een indringend beeld van de verwikkelingen en overwegingen die een rol spelen bij de keuzes van mensen voor werk dat zij moeten, kunnen of willen verrichten. Het zijn verhalen over goed én slecht werk, die een bijzonder reliëf geven aan de bevindingen van de onderzoekers. Naast inzicht in de kwaliteiten van werk, biedt deze publicatie – voor werknemers, werkgevers en de overheid – concrete handvatten voor het vormgeven van goed werk. Goed werk in uitvoering – werk dat goed is, goed doet en goed voelt is een onmisbare gids voor iedereen die zich beroepsmatig of vanuit interesse wil verdiepen in wat in het leven van velen een centrale plaats inneemt: werk.
MULTIFILE
Aanvankelijk werd maatschappelijk werk vooral ingezet bij de armoedebestrijding. Tegenwoordig wordt van de beroepsgroep vooral verwacht dat ze mensen activeren. In werkelijkheid gaat het om accentverschillen. De activeringsopdracht is al zo oud als het maatschappelijk werk.
MULTIFILE
Hoe verhouden studenten en beginnend maatschappelijk werkers met een Turkse of Marokkaanse achtergrond zich tot het werk? Wat is hun kracht in het werk met clienten van Turkse of Marokkaanse afkomst? En voor autochtone clienten? Met die vragen intervieuwden vierdejaars MWD-studenten veertig (aankomend) maatschappelijk werkers. Hun achtergrond en ruime interculturele communicatievaardigheden blijken goed van pas te komen
DOCUMENT
Certificering in het Hoger Onderwijs: De medewerking van professionals aan kwaliteitscontrole Dit artikel presenteert de resultaten van een onderzoek naar de bereidheid van professionals in Hogescholen in Nederland en Vlaanderen om mee te werken aan het accreditatieproces. Betoogd wordt dat accreditatie eigenlijk een vorm van certificering is. Conclusies zijn dat professionals loyaal zijn naar hun organisatie en bereid zijn verantwoording af te leggen. De nadruk in de certificering zou dan echter moeten liggen op de inhoud van het werk en de beoordeling zou moeten worden gedaan door vakgenoten (peer review). Er treden meer problemen op bij het certificeringproces, als het management de certificering onvoldoende ondersteunt of als de interne kwaliteitszorg onvoldoende op orde is. Er is een risico dat er window dressing optreedt. Uiteindelijk leidt dat tot de conclusie dat controle (door middel van bijvoorbeeld ISO of HKZcertificering) gescheiden zou moeten worden van verbetering. Er zijn voldoende overeenkomsten tussen hoger onderwijs en maatschappelijk werk om te bezien of de resultaten ook gelden voor maatschappelijk werk.
DOCUMENT