Recensie van Melvin Delgado (2013) Social justice and the urban obesitas crisis. Implications for social work.
DOCUMENT
Posterpresentatie ter gelegenheid van de presentatie lectoraat tijdens partnerdag SICT 21 juni 2013.Schematische weergave van een concept smartphone applicatie die ondersteuning biedt aan gebruikers lijdend aan obesitas, bij het uitvoeren van oefeningen van psychomotorische therapie.
DOCUMENT
Meer bewegen vraagt meer energie. Het lijkt daarom logisch te veronderstellen dat wie beweegt daardoor ook meer gaat eten. Heeft het dan wel zin om meer te gaan bewegen om af te vallen. In dit artikel wordt een wiskundig model opgesteld. De "energiebalans" kan worden beschreven met een eerste orde lineaire differentiaalvergelijking. Oplossing van deze vergelijking laat zien dat het inderdaad zin heeft om meer te bewegen.
DOCUMENT
Obesitas bij adolescenten geeft naast sociale en emotionele gevolgen ook een groter risico op medische complicaties zoals onder andere glucose-intolerantie. Recent is onderzocht of het multidisciplinaire groepsprogramma Go4it beter werkt dan de reguliere zorg voor obese adolescenten in de leeftijd van 11-18 jaar.
DOCUMENT
Een verwijsindicatie voor de bevalling bij een multipara enkel op indicatie van obesitas klasse II-III lijkt niet noodzakelijk en dus niet de juiste zorg voor deze groep vrouwen. Dit concluderen de auteurs op grond van twee onderzoeken over de perinatale uitkomsten van laagrisicovrouwen in relatie tot hun BMI en pariteit.
DOCUMENT
Behandeling van patiënten met obesitas vraagt in de eerste plaats een professionele houding van de fysiotherapeut en een bewustwording van eventuele onbewust aanwezige stigmatisering. Bij aanvang is het belangrijk om een inschatting te maken van de verwachtingen en de motivatie (extrinsiek of al meer intrinsiek) van de patiënt en om duidelijke, neutrale informatie te geven. Tijdens het programma staat de autonomie van de patiënt centraal en heeft de therapeut vooral een coachende functie. Door te werken aan competentieverbetering en dankzij een stimulerende houding, neemt de zelfregulatie en de kans op blijvend succes toe.
DOCUMENT
Dit boek beschrijft op een toegankelijke manier hoe een multidisciplinair team van een Amsterdamse kinderpolikliniek een Zweedse behandelmethode vertaalde naar de Nederlandse situatie. Kern van de behandeling bestaat uit motiveren en coachen van kinderen en hun ouders om hun leefstijl stapsgewijs, in eigen tempo, passend bij hun leefsituatie te veranderen. Geen dwingende gedragsvoorschriften, maar positief stimuleren van het gezin om haalbare doelen te stellen en hen daarin ondersteunen. Daarnaast komt in het boek een sociaal en cultureel diverse groep tieners en ouders aan het woord. Hoe ervaren ze de begeleiding? Lukt het om de adviezen en tips toe te passen, hun leefstijl te veranderen? Wat helpt en stimuleert om vol te houden?
LINK
Achtergrond: Coxartrose wordt vaak in het eindstadium behandeld met een Totale Heup Artroplastiek (THA). In de postoperatieve fase na een THA varieert het fysiotherapeutische beleid. Mogelijk leidt een verhoogd BMI tot een trager functioneel herstel na een THA. Een aangepast revalidatietraject zou dan van belang zijn. Vraagstelling: Is er een verschil in mate van functioneel herstel na een THA, bij patiënten met normaal gewicht, overgewicht en obesitas 12 weken en 6 maanden postoperatief? Daarnaast wordt de mate van associatie bepaald tussen BMI en de mate van functioneel herstel. Methode: In dit longitudinaal, prospectief onderzoek werden patiënten geïncludeerd in het PIUS ziekenhuis in Oldenburg; ze kregen allen eenzelfde revalidatietraject na de THA. Indeling vond plaats in 3 subgroepen, met normaal gewicht (BMI 18,5- 25 kg/m²), overgewicht (BMI 25 - 30 kg/m²) en obesitas (BMI > 30kg/m²). Mate van functioneel herstel werd objectief gemeten met de Timed Up & Go test (TUG) en de 5 Times Sit-to-Stand Test (5TSST), en subjectief met de self-reported vragenlijsten: de Hip disability and Osteoarthritis Outcome Score (HOOS) en de Short Form 36 (SF-36). Metingen werden verricht preoperatief (T0), en 12 weken (T1) en 6 maanden (T2) postoperatief. Met behulp van de Kruskall-Wallis test werden de verschilscores van de uitkomstmaten in de 3 subgroepen tussen T0-T1 en T0-T2 geanalyseerd. De mate van associatie werd berekend met de Spearman correlatiecoëfficiënt (rS). Het significantieniveau was p<0.05. Resultaten: Er werden 62 patiënten geïncludeerd. Er waren geen significante verschillen in functioneel herstel in beide tijdsintervallen tussen de groepen met een normaal gewicht (n=14), overgewicht (n=23) en obesitas (n=25); de p-waarde varieerde bij T0-T1 van p=0,069 tot p=0,962 en bij T0-T2 van p=0,068 tot p=0,931. Er werden zeer zwakke tot zwakke correlaties gevonden tussen BMI en de mate van functioneel herstel, variërend bij T0-T1 van rS=0,02 (p=0,892) bij de TUG tot rS=0,26 (p=0,041) bij ‘Algemene gezondheidsbeleving’ van de SF-36. Tussen T0-T2 varieerde de correlatiecoëfficiënt van rS=0,02 (p=0,876) bij ’Fysiek functioneren’ van de SF-36 tot rS=0,25 (p=0,053) bij ’Kwaliteit van leven’ van de HOOS.Conclusie: In deze studie werd geen verschil gevonden in de mate van functioneel herstel tussen patiënten met een normaal gewicht, overgewicht en obesitas na een THA. BMI was zwak tot zeer zwak geassocieerd met functioneel herstel na een THA tussen preoperatief en 12 weken en 6 maanden postoperatief. Implicaties voor de fysiotherapie: Tot op heden is er geen indicatie om voor groepen met overgewicht of obesitas een specifiek revalidatietraject te starten na een THA.
DOCUMENT
Uit de Vijfde Landelijke Groeistudie is gebleken dat jonge kinderen nog steeds dikker worden (Schönbeck et al., 2011; Van Dommelen, Schönbeck, Van Buuren, & HiraSing, 2014). Overgewicht en obesitas nemen inmiddels schrikbarende waarden aan. Minder eten en meer bewegen zijn de simpele remedies, maar gedragsverandering is moeilijk te bewerkstellingen. Dit door KIEM gelden van NWO gefinancierde voorstel behelst een inventarisatie van de mogelijkheden om met een geïnstrumenteerd vest waarmee de veranderende lichaamsdimensies van de scholier eenvoudig te bepalen tijdens de lessen lichamelijke oefening. De docent krijgt op deze manier goede informatie over de puberteitstoestand van de scholier en kan op basis hiervan in het kader van het Athletic Skills Model (ASM: Wormhoudt, Teunissen,& Savelsbergh, 2012) de oefenstof optimaal afstemmen op de scholier. Het ASM is een talentontwikkelingsmodel voor zowel de breedte- als de topsport. Het ASM heeft als speerpunt het ontwikkelen van het atletisch vermogen met aandacht voor welzijn, gezondheid en prestaties. Het kent een holistische visie over bewegen, onderbouwd door praktische- en wetenschappelijke kennis. Bewegen wordt gezien als basis voor een betere gezondheid en daarmee als basis voor een betere sportieve prestatie. Gezondheidsaspecten vinden we terug bij hedendaagse lifestyle problematiek als obesitas, diabetes maar ook blessures. Blessures doordat de huidige generatie kinderen minder basisvaardigheden ontwikkelt, veroorzaakt door meerdere factoren. Voor de prestatieve kanten binnen de talentontwikkeling is het natuurlijk ook van belang dat de kansen op blessures verkleinen. Voor de specifieke groeispurt fase van jongens en meisjes heeft het ASM in zijn programma’s veel aandacht. Het te ontwikkelen vest c.q. meetinstrument zal het inzetten als het verloop van de groeispurt op een eenvoudige en frequente manier kunnen meten (wekelijks) waardoor doormiddel van ASM programma’s de kans op blessures en overtraining voorkomen kunnen gaan worden.
DOCUMENT
Hydrotherapie en aquajoggen wordt voor de behandeling van mensen met gewrichtsklachten en sporters met blessures al langer toegepast. De toepassing bij obesitas is relatief nieuw en nog niet eerder onderzocht. Toch is de behandeling in water een oude methode: baden werd door Hippocrates al aanbevolen bij de Romeinen in de vierde eeuw voor Christus als therapie voor overgewicht! Het eerste onderzoek over aquajoggen en obesitas is afgerond. Het oorspronkelijke artikel is reeds te downloaden via: http://www.hindawi. com/journals/jobes/contents.html
DOCUMENT