In dit paper vind je een toelichting op de Cirkel van Interactie, een aanpak die helpt bij het ontwerpen en uitvoeren van constructieve gesprekken tussen publieke organisaties en hun omgeving. Dit paper is geschreven voor (aankomend) professionals die gesprekken organiseren als onderdeel van participatieprocessen waar verschillende groepen betrokkenen, waaronder burgers aan deelnemen. Het kan gaan om bijeenkomsten met een klein of groot aantal deelnemers. De inhoud van dit paper is geschreven voor projectleiders, omgevingsmanagers en communicatieprofessionals van publieke organisaties of initiatiefnemers van een burgerinitiatief.
DOCUMENT
Bijgaand een paper dat ik geschreven heb op verzoek van Tweede Kamer. T.b.v. feitelijke vragen Voortgang SDE++ en eerste openstelling SDE++ 2020 d.d. 12 mei 2020
LINK
The recent bank collapses and bailouts highlight the fragility of the banking system and our bank deposits. The digital euro is an opportunity to reconfigure our monetary system to serve the interests of people and society, by making money safer and more inclusive. However, the European Central Bank’s (ECB) current proposal for a digital euro falls short of this potential. The current plan relies heavily on private financial intermediaries and envisions putting important limitations on the use of digital euros, thereby impacting its capacity to be a universally accessible public good and risking undermining the uptake of the digital euro. By heeding to the bank lobby and baking their interests into the design of the digital euro, the ECB is missing an opportunity to develop an appealing and public digital alternative to private bank deposits. The digital euro must be developed with the aim of benefiting people and society over private interests, and these considerations should guide its design. In the short term, the digital euro should: 1. Be universally accessible. People should be able to access digital euros through a diverse range of intermediaries, which include non-profit and public entities. Implementing a tiered identification system for account-based digital euros, and introducing a value-based option, would ensure the availability of digital euros to the most vulnerable segments of society. 2. Be free of cost for users. Any future legislative framework on the digital euro should include a list of basic services that should be provided for free to users, such as opening and managing an account and the provision of a payment instrument (e.g. a card). 3. Offer a high level of privacy and data protection. Cash, which is fully anonymous, should be used as the baseline when developing the digital euro. A value-based option should be introduced alongside an account-based one, and it should be designed to be fully anonymous. For the account-based option, a ‘privacy threshold’ can ensure that users’ data for small transactions is protected. 4. Have a clear European Central Bank branding. Clear branding will help to differentiate public digital euros from private bank deposits. 5. Bring resilience to the payment system. By providing an offline value-based option, and by ensuring that the digital euro’s legal and technical core infrastructure is public and works independently of any private system, we can offer an alternative to existing payment rails and increase resiliency in case of outages. The digital euro is also an opportunity to improve financial stability by transforming the banking system, and helping central banks to more effectively carry out their monetary policy. The design of the digital euro should be flexible enough to allow for the achievement of these longterm goals, and more research should be conducted to explore how different features could help achieve them. For instance, a digital euro without any holding limit could reduce moral hazard in the banking sector, and the adjustment of interest rates on digital euro deposits and direct monetary transfers could improve the transmission of monetary policy.
DOCUMENT
Het lectoraat Schulden en Incasso doet samen met de praktijk onderzoek om uitvoering en beleid te versterken en schuldenproblematiek te verminderen. Zowel de samenwerking tussen onder meer schuldhulp en bewind als de kwaliteit van en toezicht op bewindvoering vormen daarbij belangrijke thema’s. In dit paper delen wij de belangrijkste constateringen over bewind op basis van recent uitgevoerde onderzoeken. Daarbij reflecteren wij op (de voorstellen in) de initiatiefnota ‘Meer tijd, aandacht en bescherming bij bewind’.
DOCUMENT
De nationale en internationale ambities op het vlak van Circulaire Economie zijn groot, en veel bedrijven en organisaties dragen bewust of onbewust reeds bij aan de Circulaire Economie. Een Circulaire Economie reguleert het fundamenteel anders omgaan met grondstoffen, door het hergebruik van producten en grondstoffen centraal te stellen en afval en schadelijke emissies naar bodem, water en lucht zoveel mogelijk te voorkomen. De belofte van de Circulaire Economie is om verschillende vormen van duurzaamheid op verschillende niveaus te organiseren als een liefst integrale economische opgave. Hierbij zijn het voorkómen van afval en het (her)waarderen van materie belangrijke uitgangspunten. Naast technische ontwikkelingen zijn hier ook sociale en zelfs systeeminnovaties bij nodig. Daar hoort bijvoorbeeld ook bewustwording, gedragsbeïnvloeding en zakelijke haalbaarheid bij. De transformatie naar een circulaire samenleving is een grootschalige maatschappelijke transitie. Hogeschool Inholland beweegt mee met deze ontwikkeling in de maatschappij, door middel van onderzoek en onderwijs in samenwerking met het werkveld. Deze position paper is een verkenning van bestaande theorieën, maatschappelijk debat, relevante beleidskaders en financieringsinstrumenten (het externe beeld), alsmede een eerste inventarisatie gericht op het aanbod binnen Inholland (het interne beeld), om daarmee een dialoog te initiëren over een betere positionering van Inholland op het vlak van Circulaire Economie. Als vervolgstappen worden o.a. een verdere inventarisatie van het aanbod en betere inbedding binnen verschillende opleidingen en een versterking en bundeling van onderzoekscapaciteit door middel van een domeinoverstijgende aanpak aanbevolen, alsmede een marktonderzoek om vraag en aanbod beter op elkaar te kunnen laten aansluiten. Mede op basis van deze bouwstenen kan de communicatie en positionering van Inholland op het vlak van Circulaire Economie, zowel intern als extern, verstevigd worden. Deze position paper is een groeidocument, dus de deur blijft open staan om in de toekomst nieuwe kennis, inzichten, aanbevelingen en interventies mee te nemen.
DOCUMENT
Het position paper verstuurd vanuit het lectorenplatform Voedsel, Voeding & Gezondheid naar de vaste kamercommissie van VWS voor het debat over de afschaffing van de btw op groente en fruit
DOCUMENT
Op woensdag 27 oktober 2021 vond een inspiratiesessie van Innovatiewerkplaats Healthy Workplace plaats over het customizen van hybride werken. Op basis van deze eerste themabijeenkomst hebben wij deze inspiratie paper geschreven.
DOCUMENT
Hoofdstuk 2 uit Position paper Learning Communities van Netwerk learning Communities Grote maatschappelijke uitdagingen op het gebied van vergrijzing, duurzaamheid, digitalisering, segregatie en onderwijskwaliteit vragen om nieuwe manieren van werken, leren en innoveren. In toenemende mate wordt daarom ingezet op het bundelen van kennis en expertise van zowel publieke als private organisaties, die elkaar nodig hebben om te innoveren en complexe vraagstukken aan te pakken. Het concept ‘learning communities’ wordt gezien als dé oplossing om leren, werken en innoveren anders met elkaar te verbinden: collaboratief, co-creërend en contextrijk. Vanuit het Netwerk Learning Communities is een groep onafhankelijk onderzoekers van een groot aantal Nederlandse kennisinstellingen aan de slag gegaan met een kennissynthese rondom het concept ‘Learning Community’. Het Position paper is een eerste aanzet tot kennisbundeling. Een ‘levend document’ dat in de komende tijd verder aangevuld en verrijkt kan worden door onderzoekers, praktijkprofessionals en beleidsmakers.
DOCUMENT
Op dinsdag 12 april jl. vond een online inspiratiesessie van Innovatiewerkplaats Healthy Workplace plaats met als thema: ‘Healing Environment; van zorgomgeving naar werkomgeving’. Deze inspiratie paper is een samenvatting van de gegeven presentatie en de discussie.
DOCUMENT
Waarom dit position paper? De tijd is rijp om te werken met ervaringen en ervaringsdeskundigheid in het HBO. Dit position paper beoogt een standpunt in te nemen vanuit het HSAO onderwijs waar gewerkt wordt met ervaringskennis. Dit is een eerste poging de ervaringen van vijf hogescholen te bundelen en naar buiten te brengen, met als belangrijke kanttekening dat het een momentopname betreft en dit document ook als zodanig gelezen mag worden. Het werken met ervaringen en ervaringskennis van studenten en docenten binnen ons onderwijs verloopt verschillend. Het aantal studenten met ingrijpende levenservaringen is indrukwekkend. Uit onderzoek van zowel Hogeschool Windesheim als Hogeschool Utrecht blijken in totaal 2/3 van de studenten van sociale opleidingen persoonlijk of via een naaste, ervaringen te hebben met psychiatrie, verslaving of andere problematiek (Karbouniaris, 2009). Over het algemeen wordt in de opleidingen nauwelijks aandacht besteed aan deze persoonlijke ervaringen van studenten (of docenten) als bron van kennis en deskundigheid. Zowel landelijk als internationaal krijgt dit in toenemende mate aandacht. Recente ontwikkelingen (Welzijn Nieuwe Stijl) in het sociale domein maken juist het belang van aansluiten bij de leef- en belevingswereld van mensen in kwetsbare posities duidelijk. Dat veronderstelt een speciaal inlevingsvermogen, maar ook een vermogen om vanuit een ander perspectief dan van jezelf als professional te kijken naar krachten en kansen. Het gebruik maken van eigen ervaringen en ervaringskennis, in hetzelfde schuitje gezeten te hebben, geeft daarin een voorsprong.
DOCUMENT