Welzijnswerk is uiterst gevoelig voor trends, veranderingen en discussies. De vraag hoe je het sociaal leven van mensen tot op zekere hoogte kunt reguleren en versterken levert geen eenduidige antwoorden op. Voor gemeentes en gemeenschappen is één ding wel duidelijk, er zijn momenten dat je in actie moet komen, dat je iets moet doen. Soms vanwege het gevoel van solidariteit, bewogenheid, rechtvaardigheid soms omdat je mensen moet beschermen, omdat mensen bedreigd worden, omdat het minder prettig wordt om er te wonen. In het spel tussen burgers en overheden heeft het welzijnswerk een vaste plek gekregen. 'Vast' niet in de zin van een duidelijke positie of een sterk profiel maar wel als niet meer weg te denken, je komt het steeds weer tegen. Het werk is permanent in uitvoering ondanks alle trends, veranderingen en twijfels. Dat is een troostrijke gedachte voor werkers in de sector maar geen excuus om niet te zoeken naar een steviger profiel en grotere herkenbaarheid. Dat is ook het debat van vandaag. Ik zal in dit debat stelling nemen. Ik doe dit door eerst kort drie belangrijke ontwikkelingen die het welzijnswerk raken toe te lichten om daarna een profielschets te geven van een moderne maatschappelijke dienstverlening, waarvan het welzijnswerk deel uitmaakt.
DOCUMENT
In dit boek worden computertoepassingen voor de sociaal-agogische beroepspraktijk beschreven die tot voor kort nog science-fiction leken, maar dat inmiddels niet meer zijn. Het gaat om bestaande applicaties, die echter maar sporadisch in de praktijk worden toegepast omdat velen in de beroepspraktijk (nog) niet van de mogelijkheden afweten. Dit boek wil dan ook een 'eye-opener' zijn en beschrijven wat er zoal in het beroep gebruikt wordt of gebruikt kan worden.
DOCUMENT
Twee welzijnsinstellingen in Limburg, te weten Trajekt in het zuidelijk deel en Wel.Kom in het noordelijk deel van de provincie, zijn samen met de onderzoeksgroep CESRT van Hogeschool Zuyd in 2007 op basis van een landelijke RAAK subsidie, gestart met een tweejarig actieonderzoek. Doel was om de ‘tacit knowledge’ van de welzijnsprofessionals expliciet te maken en daardoor welzijnsstrategieën van activering en dienstverlening voor het voetlicht te brengen. De uitdaging in het Procivi project lag in het expliciet naar buiten brengen van de ervaringen en ontwikkelde kennis van professionals. Met andere woorden ‘hoe breng je de eigen methodische aanpak onder woorden zodat anderen weet hebben van jouw kennis en inzicht in de gebruikte werkwijzen’. Procivi beoogde om een ontwikkeling in gang te zetten van ‘tacit knowledge’ naar ’reflective knowledge’ (Schön, 1983). Binnen Procivi is daarbij gaandeweg een methodiek ontwikkeld voor de professionalisering van het welzijnswerk in de praktijk. Oftewel voor de ontwikkeling van welzijnswerkers tot reflectieve professionals. In dit rapport wordt deze methodiek uiteengezet. Procivi vertoonde vele kenmerken van een actieonderzoek waarbij de coproductie van onderzoekers en professionals samen centraal stond. De onderzoekers brachten hun kennis van onderzoekstechnieken gekoppeld aan een nieuwsgierige houding ten opzichte van ‘het fenomeen welzijnswerk’ in, terwijl de professionals de kennis en ervaring van welzijnswerk in de praktijk bijdroegen. Het Procivi project heeft meerdere stappen en fases doorlopen die in het eindrapport van Procivi uitgebreid beschreven zijn. De hoofdlijnen bestonden uit het zoeken naar een manier om de kern en het wezen van het welzijnswerk te beschrijven en te duiden en het ontwikkelen van een methode om van binnenuit het welzijnswerk te onderzoeken en te bevragen. Gebruikte methodieken binnen Procivi bestonden uit interviews, focusgroep bijeenkomsten, intervisie bijeenkomsten, expert meetings, spiegel bijeenkomsten en het gezamenlijk ontwikkelen van een reflectie instrument. In dit methodiekboek wordt een beschrijving gegeven van hoe een professionaliseringsproces dat gericht is op reflectie in de welzijnspraktijk vorm gegeven kan worden. Uit de ervaringen die in Procivi zijn opgedaan en alle lessen die daar geleerd zijn, is een methodiek ‘gedestilleerd’ die ook voor andere organisaties in het welzijnswerk van nut kan zijn. Aangezien elke organisatie zijn eigen achtergrond, ervaringen en doelstellingen heeft, is er voor gekozen deze methodiek niet in veel vastliggende details te beschrijven, maar daarentegen in hoofdlijnen. Procivi was een samenwerking van onderzoekers en professionals, een combinatie die belangrijke voordelen bleek te hebben, maar ook enkele nadelen met zich meebracht (zie hiervoor het eindrapport).
DOCUMENT
Nu het Rijk daadwerkelijk aan het bezuinigen slaat in de zorg, hebben we een sterke eerstelijn nodig. Dat geldt ook voor het welzijnswerk. Om voorbereid te zijn op extra kaalslag, doen Ard Sprinkhuizen en Margot Scholte een voorzet.
DOCUMENT
De diamant reflectie als reflectie-instrument is voor het onderzoeksproject Procivi ontwikkeld door en voor studenten. Lectoraat CESRT van Hogeschool Zuyd en de welzijnsorganisaties Trajekt en Wel.Kom zijn partners in dit project. In Procivi staan professionaliteit, professionalisering en (reflectie op) werkpraktijken in het welzijnswerk centraal (Sniekers, Dinjens, Lamers, Potting, en Reverda, 2009). Dit is ook het geval bij studenten die binnen de opleiding Social Work opgeleid worden. Zes studenten1 CMV, SPH en MWD van Hogeschool Zuyd hebben in opdracht van CESRT de diamantfiguur ontwikkeld en de vragen opgesteld, die als basis dienen voor dit reflectiedocument. CESRT heeft de studenten gevraagd om een reflectie-instrument te ontwikkelen omdat gedurende het project Procivi is gebleken dat reflectie essentieel is voor een professional in het welzijnswerk. Onderzoekers hebben in samenwerking met welzijnsprofessionals reflectie-instrumenten voor professionals ontwikkeld (Lamers, van Engelen, Dinjens, Potting, Sniekers, en Reverda, 2009; Lamers, Dinjens, Potting, Sniekers, van Engelen, en Reverda, 2009). Deze Diamant reflectie hebben de studenten in samenwerking met de onderzoekers ontwikkeld. Studenten starten bij aanvang van hun opleiding ook met reflectie, op zowel hun studieloopbaan als op praktijkleren. De bedoeling van het ontwerpen van dit reflectie-instrument is dat het door studenten zelf ontwikkeld wordt, vanuit een praktijkperspectief. De studenten kennen zelf het beste hun eigen ervaringen vanuit werkveld en opleiding. Om die reden zijn vierdejaars studenten gevraagd, want zij hebben de meeste werkervaring kunnen opdoen, zijn bekend met het werkveld en met wat de opleiding van hen vraagt ten aanzien van reflectie. De keuze voor studenten van zowel de MWD, SPH en CMV opleiding is bewust gemaakt, omdat de volgende generaties studenten in Social Work worden opgeleid; een brede bachelor in het welzijnsdomein. Dit diamantmodel en bijbehorende vragen zijn dus door studenten voor studenten opgesteld. Het doel is om studenten Social Work te ondersteunen met reflecteren op de werkpraktijk tijdens hun praktijkleren in het derde studiejaar.
DOCUMENT
Wie verdere gezondheidswinst wil boeken, moet vooral ook inzetten op het verbeteren van het sociaal functioneren van mensen. Bij steeds meer zorgpartijen vindt deze stelregel aanhang. Zij richten een deel van hun eigen activiteiten op welzijn of zoeken de samenwerking met het sociaal domein. Een groeiend aantal evaluaties wijst uit dat de inzet op preventie van het Nederlandse welzijnswerk positieve effecten heeft op iemands gezondheid of goedkoper is dan een alternatieve inzet. Er is echter veel variatie in de effectiviteit. De vraag is dan ook: wat werkt?
LINK
Op 30 september 2009 vond in Maastricht de slotconferentie plaats van het tweejarige onderzoeksproject “Procivi”. De slotconferentie van het Procivi project was georganiseerd teneinde de doelen van RAAK te dissemineren. Procivi is een RAAK project, dat zich richt op de professionalisering van het welzijnswerk. In dit project heeft lectoraat CESRT, Hogeschool Zuyd, samengewerkt met de welzijnsorganisaties Trajekt en Wel.Kom om een aantal doelen te bereiken. Dit zijn het gezamenlijk expliciteren en ontwikkelen van werkpraktijken op het gebied van maatschappelijke ondersteuning, het gezamenlijk ontwikkelen van een methodiekboek om de ervaringen van de social workers systematisch te beschrijven en documenteren, het verspreiden van de inzichten en resultaten onder social workers, onderwijsprofessionals en andere betrokkenen, en als laatste het verankeren en implementeren van inzichten en resultaten in de beroepspraktijk evenals in de opleidingen. Hogescholen en werkvelden werken de laatste jaren intensief samen. Professionalisering en vernieuwing zijn daarbij de belangrijkste thema’s. Die professionalisering was en is hard nodig. De bijdrage van de welzijnssector in vergelijking met de andere sectoren van wonen en zorg, leek nogal onzichtbaar. Hierdoor leek het moeilijk de eigen bijdrage aan de verbetering van maatschappelijke problematiek aan te tonen. Ook vroegen de politiek, overheid en de financierder meer en meer aan het welzijnswerk om zich duidelijker te profileren en te legitimeren. Uit deze context zijn de bovengenoemde projectdoelen naar voor gekomen, waarbij de slotconferentie ingaat op de hieruit bereikte resultaten en producten. Bijgevoegd zijn welkomstwoord, lezingen en presentaties.
DOCUMENT
In het welzijnswerk speelt legitimatie van het eigen handelen een steeds belangrijkere rol. Welke rol speelt de welzijnswerker bij het uitvoeren van projecten en hoe ondersteunt hij de burger? Hoe bereikt hij zijn doelen en wat zijn die dan? Vragen die geleid hebben tot het Raak project, waarvan het Procivi reflectie-instrument één van de eindproducten vormt. Een verkorte versie van dit instrument is de Procivi Quick scan. Dit document bevat de Procivi Quick scan en de bijbehorende verantwoording. De originele, langere versie van het reflectie-instrument wordt gepresenteerd en verantwoord in het rapport Professionalisering van de welzijnswerker. Zelfreflectie als instrument. (Lamers et al. 2009)
DOCUMENT
In het welzijnswerk speelt legitimatie van het eigen handelen een steeds belangrijkere rol. Welke rol speelt de welzijnswerker bij het uitvoeren van projecten en hoe ondersteunt hij de burger? Hoe bereikt hij zijn doelen en wat zijn die dan? Vragen die geleid hebben tot het Raak project, waarvan het Procivi reflectie-instrument één van de eindproducten vormt. Het Provici reflectie-instrument is een hulpmiddel voor de professional en de lerende organisatie om op systematische wijze te reflecteren op de eigen werkpraktijk en handelswijze. Een verkorte versie van dit instrument is de Procivi Quick scan. In dit document vindt U het Provici reflectie-instrument en de bijbehorende verantwoording. De verkorte versie van het instrument wordt gepresenteerd in het rapport ‘Professionalisering van de welzijnswerker : zelfreflectie als instrument. De verkorte versie : de Procivi Quick scan”(Lamers et al. 2009)
DOCUMENT
Ingewikkelde vraagstukken of opgaven in het sociale, pedagogische en educatieve domein beperken zich meestal niet tot één van deze domeinen. Ze vragen om een aanpak waarbij professionals uit meerdere domeinen betrokken zijn: vanuit de verschillende disciplines, organisaties of afdelingen die er elk op hun eigen manier iets mee te maken hebben. Die samenwerking tussen de domeinen is nodig om de complexe vraagstukken rond kinderen met wie deze professionals werken, succesvol op te pakken. Maar de betrokken organisaties en professionals brengen daarbij ieder hun eigen achtergronden, werkwijzen en perspectieven mee. Sociale of culturele verschillen (zoals een andere visie, andere vaktaal, een andere manier van werken) of verschillen die vooral praktisch van aard zijn (zoals verschillende werkschema’s of systemen die niet op elkaar aansluiten) maken het soms een uitdaging om écht integraal aan gezamenlijke uitdagingen werken: vanuit een gedeelde visie, met een gedeelde aanpak, aan een gedeeld doel.
DOCUMENT